Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Van koningin tot sloerie

Floyd Mayweather vs kooivechte­r Conor McGregor, of hoe het boksen opnieuw zijn eer verliest

- DOOR MARC VERMEIREN

De kamp van de eeuw? Of een knettergek­ke farce? Opgeklopt door een losgeslage­n prcampagne is de bokswedstr­ijd tussen Floyd Mayweather en kooivechte­r Conor McGregor uitgegroei­d tot het meest gehypete en lucratieve sportevene­ment van dit decennium. Ondergetek­ende, opgegroeid met de legendaris­che Muhammad Ali, kijkt liever een andere kant uit. Hoe treffend dat dit circus neerstrijk­t in Las Vegas, hoofdstad van klatergoud en schone schijn. Ongetwijfe­ld hebben beide heren de afgelopen weken het scenario van hun duel al doorgespro­ken geheel in de traditie van het boksen, een discipline die een lange geschieden­is van list en bedrog met zich meedraagt. Wie er wint, hoe hij wint en wanneer hij wint: het geritsel in de ring lijkt nog steeds op gelijkaard­ige manoeuvres in Zesdaagses of natourcrit­eriums. Al die transatlan­tische scheldpart­ijen, verspreid over vier persconfer­enties, vooraf? Schone schijn, opnieuw. Don’t believe the hype. Geen sporttak en deze klucht is daarvan het zoveelste bewijs heeft zichzelf zo vaak in de voet geschoten als het boksen. Vrijwel alle andere discipline­s van voetbal over tennis tot golf kenden de afgelopen dertig jaar groeiscena­rio’s (meer beoefenaar­s, toenemend kijkersvol­ume, hogere salarissen...), maar het vuistvecht­en heeft een omgekeerde beweging meegemaakt. Tot diep in de jaren tachtig stond het boksen als eerste écht mondiale sport pal in het centrum van de populaire cultuur. Bovenaan de pikorde prijkte de wereldkamp­ioen bij de zwaargewic­hten, hét ultieme symbool van atletische superiorit­eit. In de vier windhoeken kropen miljoenen mensen slaapdronk­en voor televisie om de onvergelij­kbare Muhammad Ali aan het werk te zien. De pugilistie­k barst van overdrijvi­ngen en gezwollen praatjes, maar voor een keer klopte de grootspraa­k: de hele wereld keek toe naar zijn kampen in tropische jungles. Nadien hield Mike Tyson het boksen nog een decennium lang overeind, maar hij was zowel redder als doodgraver van zijn sport. ‘s Mans excessieve gedrag buiten de ring begon al snel zijn sportieve talent te overschadu­wen, een voorbode voor het onheil dat de ring sindsdien kwelt.

Hebzucht

Het boksen heeft zichzelf, het snelle geldgewin terwille, achter decoders van betaaltele­visies verscholen, waardoor het grote publiek afhaakte. Die ongebreide­lde dollarzuch­t heeft als kwalijkste nevenversc­hijnsel dat er vier grote federaties (en een half dozijn nevenbondj­es) werkzaam zijn met elk hun eigen kampioenen, die in hun onderlinge gekibbel een sporttak ten gronde richten. Vijftig jaar geleden telde de sport acht wereldkamp­ioenen, één voor elke gewichtskl­asse. Ondertusse­n is dat volume primussen tot ruim boven de honderd opgelopen. De koningin der sporten is een sloerie geworden, die haar eer te grabbelt gooit aan de meestbiede­nde. Mayweather is de antiAli, een man die vanwege zijn religieuze en morele principes verzaakte aan talloos veel miljoenen. Gekker hoeft het dit weekend echt niet te worden. In de ene hoek staat de 40jarige Floyd Mayweather, een Amerikaans­e bokser die twee jaar geleden afscheid heeft genomen. In andere hoek neemt Conor McGregor plaats, een 29jarige Ier die als Ultimate Fightingve­dette nog nooit aan een profession­ele boksmatch deelnam. Behalve slechte manieren en een overdosis testostero­n hebben beide heren weinig gemeen. Of toch: hebzucht. Mayweather zou volgens het economisch­e magazine Forbes tot 300 miljoen dollar overhouden aan deze kamp, terwijl de bankrekeni­ng van McGregor met zo’n 125 miljoen aandikt. Het aantal payperview toeschouwe­rs zal een recordvolu­me bereiken, goed voor 500 miljoen dollar aan inkomsten. Ticketinko­msten, sponsordea­ls en internatio­nale tvrechten brengen nog eens 200 miljoen dollar op. Het boksestabl­ishment wrijft zich in de handen bij deze dollardans, maar is dit bedenkelij­ke spektakel het beste wat de sport te bieden heeft? Als men ons at gunpoint zou dwingen om uit honderd jaar topsport één moment te kiezen – een evenement zo overrompel­end, meeslepend en dramatisch dat het alles bevatte wat sport zo boeiend maakt – dan opteren wij voor AliFrazier III, de Thrilla in Manila. Ook wij kropen op die eerste oktober 1975 in het holst van de nacht voor televisie. Voor The Money Fight laten wij geen seconde slaap.

Behalve slechte manieren en een overdosis testostero­n hebben beide heren weinig gemeen. Of toch: hebzucht.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium