Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Voor hetzelfde geld was ik niet meer wakker geworden”

De woelige weken van Ben Hermans (31): zware val, nieuwe revalidati­e en transfer naar Israëlisch team

- WIM VOS

Gelukkig was zijn – verrassend­e – transfer naar Israel Cycling Academy al in kannen en kruiken. Of Ben Hermans had er nog een zorg bij gehad. Pols, schouder, teen en een stuk of wat tanden: na zijn zware val in de Ronde van Polen was er weinig dat Hermans niet gebroken had. Vier maanden voor hij bij zijn Israëlisch­e ploeg aan de slag gaat, moet Hermans nog maar eens revalidere­n. “Alsof het niet mag zijn.”

Normaal gezien had hij nu in de Vuelta moeten rijden. Ben Hermans knikt: “Eindelijk eens een grote ronde waar BMC mij alle vrijheid wilde geven.” Maar in plaats van Spanje werd het pijn verbijten in het Limburgse Diepenbeek. Allemaal het gevolg van dat ene ongelukkig­e moment op 31 juli in Polen.

“Ik weet nog altijd niet wat er precies gebeurd is. Tv-beelden zijn er niet van. Het laatste wat ik mij herinner, was dat iedereen begon te remmen in een bocht naar links. Daar is wellicht iemand keihard achteraan op mij ingereden. Op mijn fietscompu­tertje heb ik later gezien dat we 86 per uur reden, vervolgens zakte dat naar 70, dan ineens naar nul. Ik moet onmiddelli­jk buiten bewustzijn geweest zijn en ben van links naar rechts gekatapult­eerd. Vandaar ook al die breuken. Ik heb mij niet meer kunnen beschermen.”

Een akelige gedachte.

“Heel akelig. Dat is wat mij nog het meeste tegenzit: plots word je geconfront­eerd met de risico’s die je als renner neemt. Ik ben al zwaar gevallen. Twee jaar geleden nog in Plouay. Toen had ik verlamd kunnen zijn. Nu ben ik ook nog eens buiten bewustzijn geweest. Pas op intensieve zorgen ben ik weer wakker geworden. In die zin ben ik er goed van afgekomen. Mijn hersenen zijn in orde, dat is al veel.”

“Ik hoef je de verhalen niet te vertellen: Weylandt, Broeckx, Boeckmans… Voor hetzelfde geld was ik niet meer wakker geworden. Als ik mijn helm zag nadien… Die was in frutten vaneen. Probleem is dat je er als wielrenner niet mag bij stilstaan. Ofwel kies je voor je sport en denk je niet na. Ofwel denk je wel na, maar dan moet je stoppen.”

De verzorging in Polen was ook niet je dat. De volledige schade is pas later duidelijk geworden.

“Het heeft uren geduurd voor ze mijn wonden verzorgd hebben. Maar dat niet alleen. Spaakbeenb­reuk: hadden ze niet gezien. Schouderbr­euk: ook niet gezien. Mijn vrouw: niet verwittigd. Handdoeken: kenden ze niet – ik moest mij afdrogen met papier. En terwijl mijn tanden tot op het bot afgesplint­erd waren, kreeg ik alleen maar vast voedsel.”

“Die tanden zijn nog altijd het ergste. Met mijn pols en schouder gaat het alweer veel beter. Ik train alweer op de weg en zal in september en oktober zeker nog koersen. Maar ik verrek van de tandpijn. Verschrikk­elijk. Na mijn wervelbreu­k in Plouay was ik na twee weken van de pijnstille­rs verlost. Nu neem ik nog altijd ibuprofen.”

En dat allemaal op een moment dat je sportief wilde pieken.

“Polen, Vuelta: dat moesten mijn koersen worden. Ik was net op hoogtestag­e geweest, had echt op mijn voeding gelet, had zotte trainingen gedaan. Ik ging super zijn. Dit waren ook de koersen waarin ik echt mijn kansen zou krijgen. Voordien had ik vooral voor de ploeg moeten werken. Maar het mag niet zijn, zeker?”

Intussen is duidelijk dat je BMC verlaat en volgend jaar voor het procontine­ntale Israel Cycling Academy zal rijden.

“Gelukkig had ik vóór die val al zicht op mijn toekomst. Niet zoals een paar jaar geleden, toen ik na de Ronde van Lombardije nog altijd in onzekerhei­d verkeerde. Dan zou ik er nog een zorg bij gehad hebben.”

Mogen we Israël een rare keuze vinden?

“Toen ze mij een eerste keer contacteer­den, vond ik het ook maar raar. Israël? Wordt daar gekoerst? Tot ze mij uitlegden wat hun plannen waren. De ploeg wil over twee jaar graag WorldTour zijn en de Tour rijden. En zelf krijg ik alle vrijheid in de rittenweds­trijden. Daar kon ik geen neen tegen zeggen.”

Omdat je die vrijheid bij BMC te weinig kreeg?

“Soms wel. Begrijp mij niet verkeerd: ik heb nooit verwacht dat BMC een volledige ploeg in mijn dienst zou laten rijden. Dat zorgt maar voor druk en stress. Bovendien heeft BMC Porte, Van Garderen, eventueel Dennis… Die kunnen Froome en Quintana kloppen in een grote ronde. Daar ben ik niet goed genoeg voor. Ik kan misschien negende worden in een Giro. Maar daarvoor start BMC niet. Dat wil winnen. En terecht.”

“Maar nu kreeg ik mijn vrijgeleid­e soms heel laat. Vorig jaar werd ik veertiende in de Vuelta nadat ik 19 van de 21 ritten in dienst had gereden. Dan wil je wel eens weten waar je kan stranden als je wel vanaf het begin volledig je zin had kunnen doen. Ander voorbeeld, wat ik ook tegen Ochowicz (BMC-manager, red.) gezegd heb: ik heb vier jaar bij BMC gezeten, heb altijd een redelijk niveau gehaald, maar ik was er nooit bij in de Tour. Straks is mijn loopbaan gedaan en heb ik nooit de Tour gereden. Volgend jaar misschien, zei Ochowicz. Maar dat wordt mij al een paar jaar beloofd. BMC heeft nog een effort gedaan, het wilde mij zeker houden, maar ik vond het moment gekomen om aan mezelf te denken.”

Over risico’s gesproken: Israel is niet meteen het veiligste land. Je toekomstig­e wielerploe­g krijgt ook overal extra bewaking.

“Ik heb geen idee hoe vaak ik in Israël zelf zal moeten zijn. Maar als ik zie waar de jongste aanslagen gebeurd zijn: Barcelona, Parijs, Brussel, Nice. Dat ligt allemaal niet in Israël. Waar is het wel nog veilig?”

Ben Hermans “In Polen heeft het uren geduurd voor ze mijn wonden verzorgd hebben. En handdoeken kenden ze er niet.”

 ??  ?? MINE DALEMANS
FOTO
MINE DALEMANS FOTO

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium