Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Tennis is leuker dan ooit”
Acht maanden na aanval met mes geniet Petra Kvitova van haar sport
2017 is het jaar van comebacks, revivals en verrijzenissen. De dertigers Rafael Nadal en Roger Federer draaien de klok tien jaar terug en verdelen alle Grand Slams onder mekaar. In de vrouwenafdeling presteert niemand regelmatiger dan Venus Williams, herboren op haar 37e. Maar de pakkendste terugkeer staat toch op naam van Petra Kvitova, de 27jarige Tsjechische die acht maanden geleden een aanslag met een mes overleefde.
Het was de voorbije nacht een kwartfinale vol emoties: Venus Williams (WTA 9) vs. Petra Kvitova (WTA 14). Zes jaar geleden had Williams publiekelijk bekendgemaakt dat ze leed aan het Syndroom van Sjörgen, een auto-immuunziekte die vermoeidheid en spierpijnen veroorzaakt. Ze tuimelde uit de top honderd, maar als rijpe dertiger staat ze opnieuw in de top tien. Ook Petra Kvitova leek ooit verloren voor het toptennis. Op 20 december 2016 werd ze in haar flat in het Tsjechische Prostjov aangevallen door een man die zich had aangemeld als controleur van de elektriciteit. Toen de aanvaller een mes op haar keel plaatste, liep de dubbele Wimbledonwinnares tijdens een afweerbeweging diepe snijwonden in haar linkerhand op.
Aanvankelijk vreesden artsen voor het einde van haar loopbaan. “De wonden waren zo verschrikkelijk dat ik de kans op een terugkeer heel laag inschatte”, verklaarde de behandelende chirurg later.
Alle vijf vingers waren geraakt en het risico bestond dat pezen zouden scheuren. In dat geval was het: over and out. “Ook ik vreesde het ergste”, sprak de atlete enkele weken na de aanval. “Ik speel met mijn linkerhand en net dat lichaamsdeel was geraakt.” Omdat een vier uur durende operatie succesvol verliep, werd de rampdiagnose bijgesteld. Minstens zeven maanden revalidatie: zo luidden de nieuwe vooruitzichten. Wimbledon, de plek van haar grootste triomfen, moest het moment van de terugkeer worden.
Ze begon al snel - de gehavende hand in een brace gevat met joggen en fietsen. Eind maart pikte ze opnieuw een racket op. “Op dat moment had ik net voldoende kracht in mijn vingers teruggewonnen.” En iets meer dan vijf maanden na de aanslag stond ze, sneller dan verwacht, op Roland Garros weer tussen de lijnen van een tornooi. Vechtend tegen de tranen hield ze haar eerste persconferentie. “Weinig mensen hadden gedacht dat ik nog zou kunnen tennissen. Mijn zwaarste gevecht ooit heb ik al geleverd. Ik leef nog, ik beschik over al mijn vingers en ik kan mijn favoriete sport beoefenen. Ik heb nog nooit met zoveel plezier een mooie forehand geslagen.”
Vreemde gezichten
Als mentaal verzet volgde Kvitova tijdens haar revalidatie een universitaire cursus communicatie en sociale media. “Ik ben niet het type dat zich voor televisie nestelt. En naar tennis kijken maakte me alleen maar duidelijk hoeveel ik mijn sport miste.” Ze verhuisde naar Monaco, weg van die boze herinneringen. “De eerste dagen kon ik moeilijk de slaap vatten. Op straat keek ik behoedzaam om me heen, speurend naar vreemde gezichten.”
De dader van de aanslag, die wegvluchtte met zo’n 200 euro, is nog steeds niet geïdentificeerd. De politie vermoedt dat er een poging tot afpersing in het spel is.
De grote afspraken op Roland Garros en Wimbledon verliepen nog moeizaam, met telkens een uitschakeling in de tweede ronde, maar op de US Open haalde Kvitova opnieuw de tweede week. In New York kon ze verheugd vaststellen dat haar techniek ongeschonden uit het voorval is gekomen. “Hopelijk zal ooit alle kracht terugkeren in mijn hand, maar ondertussen geniet ik meer dan ooit van het tennis.”