Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Dassen terug van nooit weggeweest
Wetenschappers ontdekken dat diersoort in regio niet is uitgestorven zoals decennialang verondersteld
Bij het Instituut voor Natuur en Bosonderzoek (INBO) zijn ze zeker: in de Antwerpse Kempen wonen dassen. Iedereen dacht dat de diersoort daar al sinds de jaren zeventig was uitgestorven. Maar onderzoekers vermoeden nu dat de dieren al die jaren gewoon onder de radar kon blijven. In heel Vlaanderen is de das aan een voorzichtige opmars bezig.
Mensen die in Vlaanderen ooit een van de weinige dassen hebben gezien, zijn zeldzaam. Alleen in Haspengouw en de Voerstreek worden er geregeld gespot. De das is bovendien een nachtdier en hij mijdt plaatsen waar mensen komen. Dassen hebben ook de reputatie dat ze nijdig zijn. Of waarom dacht u dat Bernard Hinault in het peloton ‘De Das’ werd genoemd?
Mensenschuw
Maar dassen zijn eigenlijk onschuldige wormeneters die af en toe ook een stukje fruit lusten. “Daarom houden ze eerder van Haspengouw en de Voerstreek, waar leem in de grond zit – wat meer regenwormen oplevert – en waar het fruit van de bomen bijna in hun mond valt”, zegt expert Kris Boers van Natuurpunt. “Een hol graven voor hun ‘dassenburcht’ lukt in de leemstreek ook veel beter dan in het Kempense zand, waar de grond minder stabiel is en hun burcht dus sneller instort.”
“Een gezonde dassenpopulatie in de Noorderkempen leek verdwenen”, zegt Boers. “Al is de das ook erg moeilijk waar te nemen. Hij bouwt zijn burcht ver weg van mensen. In de Kempen bijvoorbeeld op militaire domeinen en uitgestrekte private domeinen, zoals kasteelparken. Daar mag weinig volk binnen.”
Kadavers op E313
Sinds de jaren zeventig zijn er alleen nog losse waarnemingen bekend van Kempense dassen. De laatste melding van een bezette dassenburcht dateert van 1983, in Kalmthout. Iedereen ging ervan uit dat er alleen af en toe nog eens een verloren gelopen dier uit Nederland of Haspengouw door de bossen zwierf.
“Maar die mening moeten we nu herzien”, zegt Koen Van Den Berghe van INBO. “De Kempense waarnemingen zijn vaak gesneuvelde dieren die aangereden worden als ze de snelweg E313 oversteken. We verzamelen die gegevens via onze vrijwilligers. We hebben ons lang afgevraagd of die gevonden dieren daar toevallig waren, of daar echt leefden. Maar sinds we zijn begonnen met ons onderzoek in 1985 hebben we zo veel dassen gespot dat we moeten besluiten dat ze echt in de Kempen wonen. Soms vonden we kadavers van dassenwijfjes die melk gaven. Dan moeten ze ook ergens in de buurt jongen hebben, natuurlijk.”
De onderzoekers vonden ook steeds meer dode dassen in de Kempen die bijtsporen vertoonden. “Dat doen dassen als ze sociale of seksuele contacten hebben”, zegt Koen Van Den Berghe. “Maar om bijtwonden te hebben, moeten er natuurlijk meerdere dassen zijn.”
Al een kwarteeuw aan kasteel
Daar komt bij dat dierenvrienden soms een dassenburcht lokaliseren, maar het aan niemand vertellen zodat de dieren niet gestoord zouden worden. “Een anonieme Kempenaar vertelde ons dat er op zijn uitgestrekt kasteeldomein al een kwarteeuw dassen zitten”, zegt Van Den Berghe.
De Kempense dassenpopulatie blijkt zich westwaarts uit te breiden, richting Schoten, Brecht en Wuustwezel. Zo werd in maart 2012 in een tuin in Schoten een das gefilmd en werd in mei 2015 een exemplaar meermaals waargenomen bij een tijdelijke burcht in Wuustwezel.