Anderlecht zonder Kums en Kara tegen Lokeren

René Weiler laat toppers vanavond (even) aan de kant voor cruciaal duel

Anderlecht heeft geen excuses meer tegen Lokeren. Na de gemiste start met 5 op 15 kan René Weiler zich geen puntenverlies meer permitteren of het is echt crisis. De coach kiest voor een schokeffect: toptransfer Sven Kums zit niet in de selectie, net als Kara.

René Weiler kijkt niet naar namen. Om een nieuwe dynamiek in zijn zoekende groep te krijgen, schuift hij zelfs toppers (even) aan de kant. Tegen AA Gent twee weken geleden passeerde hij al Dendoncker wegens transferperikelen, maar nu die terug is, laat hij zowaar Sven Kums in de tribune. Het ziet er niet naar uit dat Weiler vandaag nog van gedacht verandert. Mogelijk gunt hij Kums rust met het oog op de Champions Leaguewedstrijd van dinsdag tegen Bayern, maar dat de voetbalvisie van de middenvelder en die van de coach botsen is een publiek geheim. Weilers countervoetbal is niets voor Kums.

Spanning stijgt

Achteraan ontbreekt trouwens ook Kara Mbodj en zal wellicht Deschacht (of Josué) spelen. Kara dankt zijn verwijdering wel aan zichzelf, want gisteren was hij nog niet terug van interlands met Senegal terwijl hij er wel had moeten zijn.

In doel is het plan dat Boeckx speelt tegen Lokeren en Sels op Bayern, terwijl Teo vooraan dan toch de voorkeur lijkt te krijgen op Harbaoui en Beric. Een mens kan misschien niet alles veranderen, want Najar start mits groen licht van de medische staf ook. Dan moet er nog een grotere naam in de tribune plaatsnemen.

Sowieso kunnen Weilers’ keuzes maar beter goed uitdraaien, want de spanning stijgt op Anderlecht. In 1998 begon Arie Haan ook met 5 op 18 en dat kostte hem in september zijn job. Nu scoorde Anderlecht maar 3 keer in 5 duels.

Voorzitter Roger Vanden Vanden Stock en manager Herman Van Holsbeeck kwamen deze week alleszins meermaals naar de trainingen kijken. Weiler kreeg zijn versterkingen en nu de transferperiode voorbij is moet dat resultaat opleveren. Paars-wit wil vooral met een goed gevoel naar Duitsland reizen. Overklast worden door Bayern kan altijd, maar iedereen zal extra nerveus zijn als het gepaard gaat met slechte Belgische resultaten.

Oef, Lokeren trekt naar Anderlecht met een zes op zes – al wat beter voor de tikker van Roger Lambrecht. De voorzitter, sinds enkele weken 86, leeft weer op – met dank aan maatje Maes. We namen gisteren zijn temperatuur op – waar beter dan in zijn Audi A8, langs de lijn.

“Zet u maar.” Lambrechts leren zetels liggen vol met paperassen, maar geen erg. In zijn

typische Wase tongval: “Da’s kladpapier, da

kan geen kwaad.”

Ping, ping, ping, ping, ping… Dat hij zich niet vastklikt om richting oefenveld te bollen, boeit hem evenmin. We passeren de fans, een man of veertig. Enkele lucky few krijgen een goeiedag. “We zullen ons achter die tribune zetten. Als ze dan straks tegen mekaar spelen, kunnen we alles zien. Wacht, ik ga hier eerst nog keren.”

Eigenlijk hadden we verwacht dat Lambrecht zich zou storen aan ons gezelschap. Maar hij vindt het best plezant. “’t Is den eerste keer dat er iemand naast mij zit, maar ik heb daar gene last van. De fotograaf? Die mag doen wat hij wilt, trekt uwe plan.”

Hij zet zijn wagen stil, doet het raam open en werpt een blik op het oefenveld, waar Peter Maes zijn troepen aanvuurt. Een stilte valt. Tot plots: “Ja! Zeg maar!”

Voorzitter, waarom komt u hier nog altijd de training volgen?

“Ik kom ni altíjd zien, hè. Gewoonlijk de dag voor de match, zodat ik weet hoe de ploeg staat, met wie hij gaat spelen.”

Al 24 jaar lang?

“Ja, maar vroeger kwam ik nog naar iedere training. Ssssst! (maant aan tot stilte en

beweegt zijn hand naar zijn linkeroor) Wa zijn ze aan ’t doen? Ik hoor niet goed, hè. Ah, hij gaat de truitjes verdelen. Dan weten we direct wie er zal spelen. (even later wijst hij, een

minuut lang) Ik denk dat hij met Enoh in de spits speelt. Alleen? Dat durf ‘k ni zeggen, want Kehli is er ni bij. Ah, Söder is tweede spits. (mompelt) Daarachter De Ridder, Overmeire, Terki, Miric. Achterin Huskalon

(bedoelt Skulason), Filipovic, Maric en Marzo. Voilà, we hebben ze!”

Volgde uw vrouw vroeger ook mee de trainingen?

“Make? (lacht) Nee nee. Die komt naar de voetbal, maar ni naar de training. Da zou nogal erg zijn. (plots) Ja! Allez, schieten! Ja maar, uwe fotograaf loopt in de weg! Zat em binnen of ni?”

Hij zat binnen. Komt u in weer en wind kijken?

“Nee nee, het moet een beetje weer zijn. Ik kan wel eens mijn chauffage opzetten, maar als het koud is of sneeuwt, blijf ik liever binnen.”

Het is hier wel rustig. Zet u nooit de radio aan?

“Die heb ik ni nodig om naar de voetbal te kijken, hè. Ik zet het nieuws wel eens op, maar gene muziek. Ik zit liever op mijn gemak.”

Hoe aandachtig volgt u?

“Ik ga hier niet in een boekske zitten noteren, hè. Als ik weet hoe hij speelt en wie er speelt, is ’t goed. Als ik ni akkoord ben? De trainer is de baas, hè. Ik kan toch moeilijk ingrijpen?”

Zit u hier vaak te bellen?

“Ooh, ni veel. Er zijn weinig mensen die mijn telefoon hebben. Makelaars? Die bellen naar Willy (Reynders, red.). Investeerders? Af en toe ja. Maar we staan weer in ‘t midden van ‘t pak, we zijn ni haastig.”

Ooit al in slaap gevallen?

“Nee nee nee. Als ik voel dat ik in slaap val, rijd ik naar huis.”

Had u ooit trainers die u hier liever niet zagen staan? Of spelers die er nerveus van werden?

“Zij moeten ni nerveus zijn. Ze moeten maken dat ze hun werk goed doen. (zucht) Pfffft. Godverdoeme, wie is dat daar? Ik ken ze allemaal ni meer… Daar, dat is dat Amerikaantje zeker? Mpati moet hier ook ergens tussen lopen, maar ik zou ni weten waar.”

*** De training kabbelt voort. Maes doet wat hij goed kan: bijsturen, af en toe goed brullen. Zo heeft Lambrecht, die geboeid de onderlinge wedstrijd volgt, het graag.

Maes zit er kort op, hè?

“Da’s nodig ook. Peter zet er vuur achter. Er wordt scherper getraind, dat zie je. Den bal gaat ook veel sneller rond dan vroeger.”

Waarom haalde u hem niet in juni?

“Toen was er nog geen enkele reden om met Runar (Kristinsson, red.) te stoppen. Pas op, die jongen heeft dat goed gedaan. Maar als je drie keer verliest, kan je ni veel zeggen.”

U kreeg wel veel kritiek door Kristinsson na twee speeldagen al buiten te gooien.

“Dat moet ge accepteren, hè. Kritiek is er om gegeven te worden. Daar lig ik ni wakker van. Ik ben gewoon blij dat Peter terug is. Met hem is het hier rap gekeerd.”

Maar over Playoff 1 mogen we allicht nog niet praten?

“Ge moogt daar wél over praten! (lachend) Ik praat daar heel gráág over. Maar of dat haalbaar is? Ik ben al blij als onze ploeg in de linkse kolom speelt. Dat mag zelfs vanonder zijn.”

Het is toch hét moment om op Anderlecht te gaan stunten?

“Anderlecht is inderdaad nog ni op topniveau. Als Sint-Truiden daar kan winnen, kunnen wij misschien ook een puntje pakken.”

Harbaoui zit nog altijd bij Anderlecht, die had u er allicht graag bij gehad?

“Bwa ja. We zouden die wel graag gewild hebben, maar hij is toch ook al 32 jaar. Hij schiet ze binnen, da’s juist. En hij moet toch goed aan ‘t werken zijn, dat de trainer hem er weer bij haalt.”

Maar u hebt wel nog Tom De Sutter. Dat is toch ook een doelpuntenmaker?

“Gewéést. Met ‘geweest’ zijde niks. We verwachten er nog iets van ja, want in dat jaar een half heeft hij nog ni te veel potten gebroken. Maar hij ontbreekt nu op training, hij is ziek.”

*** We naderen het einde van de training en dat heeft Lambrecht begrepen, hij kijkt op zijn uurwerk. “Kleer? Als ge nog wa moet hebben, gaat ge u moeten haasten, ik moet bijna door.”

We wilden toch nog eens polsen naar dat gedoe rond Koen Persoons, die naar OHL vertrokken is. Jammer?

“Luistert: als ge wilt weggaan als ge nog een contract hebt, is ‘t logisch dat de club geld vraagt. Dat hij eerst gratis weg mocht? Voor zover ik weet is dat nooit gezegd.”

Hebt u nog iets voor hem gekregen?

“Tuurlijk! Maar te weinig, hè. (stiekem lachje) Ach ja, Koen was nen echte clubspeler, met een goeie mentaliteit. Maar we moeten niet leven van spelers van 34 jaar, hè. Terki is er 25, Rassoul 21. We mogen toch wel eens verjongen? Komaan hè, kameraad, nu moet ik wel voort, ‘t is half vijf. Ik moet nog gaan werken in Sint-Niklaas.”

*** Ping, ping, ping, ping, ping… Hij rijdt ons terug naar de voorkant van het stadion. “Salut, het amusement, hè, ja!”

Succes voorzitter!

“Merci, da zal nodig zijn.”

Roger Lambrecht

‘‘Ik kom ni altíjd zien, hè. Gewoonlijk de dag voor de match, zodat ik weet hoe de ploeg staat.’’