Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik moet al eens onnozel kunnen doen met Puck”

Superbelof­te ELI ISERBYT (19) wil met steun van vriendin revanche nemen na tegenvalle­nd seizoen

- WERNER BOURLEZ

Eli Iserbyt (19) werd in 2016 als eerstejaar­s de jongste beloftewer­eldkampioe­n ooit. De cyclocross­wereld lag aan zijn voeten. Maar vorig jaar leerde hij de keerzijde van de medaille kennen en bleven de successen in de modder steken. “Soms moet je eens met je gezicht tegen de muur lopen”, zegt de guitige WestVlamin­g. “Maar de speelvogel is terug: mijn benen voelden nooit beter aan dan nu.”

De jetlag is nog niet verteerd. Eli Iserbyt kwam dinsdagmor­gen terug na twee weken crossen in de Verenigde Staten en het is nog aanpassen aan het uurverschi­l. “Ik word ’s nachts nog vaak wakker”, zegt hij. Vriendin Puck Moonen (21), renster bij Lotto-Soudal, grijnst: “En daar ben ik dan het slachtoffe­r van.” Iserbyt voelt zich weer goed in zijn vel, dat is vorig seizoen wel even anders geweest. “Ik werd als eerstejaar­sbelofte meteen wereldkamp­ioen, ik kon het jaar nadien eigenlijk alleen maar verliezen. Misschien dacht ik dat het allemaal wel vanzelf zou lopen. En als het dan wat tegenzit, laat je een beetje de kop hangen. Het vertrouwen was weg. Nog voor ik aan de start stond, dacht ik: Dit wordt niks. Het was mijn parcours niet, de benen voelden niet goed, het weer zat tegen… Het zat een beetje in mijn hoofd. In mijn debuutjaar kwam ik over van de junioren, waar ik alles won, en ik ging op dat elan verder. Wout van Aert en Mathieu van der Poel hadden net de overstap naar de profs gemaakt, de tegenstand viel mee. Maar vorig jaar zetten mijn concurrent­en een stap voorwaarts, ik niet. Iedereen keek ook naar mij, ik was de te kloppen man. En het kopje ging naar beneden. Nochtans was ik in de zomer voor het eerst serieus bezig geweest met de voorbereid­ing: gezonder leven, veel trainen. Maar dat sloeg niet aan. Ik was die speelsheid kwijt en dat was nefast. Ik moet al eens onnozel kunnen doen met Puck, eens een pak frieten eten. Ik heb die decompress­ie nodig. Ik kan niet zeven dagen op zeven en 24 uur op 24 bezig zijn met de koers.”

Stoppen met zagen

Dus heeft Iserbyt deze zomer weer de onnozelaar uitgehange­n. “De voorbereid­ing was goed. Mijn masseur zei mij gisteren dat mijn benen nooit beter aanvoelden. En die drang om te willen winnen is ook helemaal terug. Ik besef nu dat ik op voorhand niet moet zagen of wanhopen voor een cross. Hoe het parcours er ook bijligt, ik zal goed zijn. Ik hou van klimcrosse­n en het mag van mij regenen. Hoe gladder het parcours erbij ligt, hoe beter. Ik ben wendbaar, met mijn 1m65 en 55 kilo. Als er maar niet te veel modder ligt, met lange loopstroke­n. Want dan verdrink ik. (lacht) Maar ik zit toch wat met revanchege­voelens, ik wil tonen wat ik allemaal in mijn mars heb. De crossen in Amerika hebben mij ook vertrouwen gegeven. Mathieu is momenteel outstandin­g, maar de rest ligt zeer dicht bij elkaar. Je kan tweede worden, maar ook elfde. Ik wil dit jaar die kloof met de supertop weer kleiner maken. Daarom concurreer ik in de Superprest­ige met de profs. De andere wedstrijde­n rij ik met de beloften. Ik ga voor de Wereldbeke­r en zeker een tweede regenboogt­rui. Valkenburg is een ideaal parcours voor mij. Je mag ook niet vergeten: ik moet in oktober nog 20 jaar worden, hé. Zelfs volgend jaar ben ik nog belofte, al ben ik wel van plan om dan bij de profs te rijden als dit seizoen meevalt. Het niveau is ook ferm gestegen de laatste jaren, dat zegt mijn ploegmaat Michael Vanthouren­hout ook. Mathieu en Wout, die twee zijn uniek, hoor. Ieder jaar wil ik dichter bij hun niveau komen. Ik zal dan ook wat meer body hebben.”

Iserbyt heeft ook zijn studies rechten aan de KU Leuven stopgezet. “De combinatie is moeilijk en in overleg met de ploeg heb ik beslist om als een echte prof alles op de koers te zetten. In mijn studierich­ting moet je er toch iedere dag mee bezig zijn. En als je studeert, zijn je benen wel stil maar rust je niet. Laten we ook eerlijk zijn: in de cross is veel geld te verdienen, ik wil er alles uithalen. Als ik gestopt

ben, kan ik de draad weer opnemen in mijn studies. Want luieren ga ik daarna zeker niet doen.” Als het toch moest tegenzitte­n, dan zal het wel de fout van Puck zijn. Iserbyt lacht: “Ja, als het vorig jaar wat minder ging met Van Aert, dan lag het aan zijn ketting. Reed ik slecht, dan was het door mijn vriendin. Jaloezie zeker? Toen ik wereldkamp­ioen werd, was ik ook al samen met Puck, maar niemand schreef dat ik won omdat ik verliefd was. Ach, wij liggen daar niet wakker van.”

Tussen Bavikhove en Liempde

Puck Moonen is intussen wel al bekender dan Eli. Ze werd door het mannenblad FHM uitgeroepe­n tot mooiste sportvrouw van Nederland en daar zitten haar vele sexy foto’s op Instagram voor veel tussen. Ze heeft intussen al 238.000 volgers, wat haar ook al een pak privéspons­ors opleverde. “Ja, ze is bloedmooi en de sociale media zijn in deze tijden zeer belangrijk”, zegt haar trotse vriend. “Ze speelt er handig op in. Want van het wielrennen kan ze niet leven. 75 procent van de vrouwen rijdt voor een appel en een ei. Ze bezorgt de sponsors veel aandacht. Ik ben trots op haar. We zijn intussen al twee jaar samen en we zien elkaar heel graag. We wonen op 198 kilometer van elkaar, ik in Bavikhove en zij in Liempde, net voorbij Eindhoven. Maar we zijn zo goed als altijd bij elkaar. Tijdens de winter is ze constant bij mij in Bavikhove. Ze spreekt al WestVlaams, zoals Gerrit Callewaert (het typetje van Wim Opbrouck uit In de Gloria, red.). We denken eraan om volgend jaar te gaan samenwonen, dan hebben we ons eigen plekje.” Zondag in Gieten kan hij niet op haar steun rekenen. “Neen, ik heb sponsorver­plichtinge­n, als hostess voor Soudal op een bouwbeurs in Kortrijk”, zegt Puck, die donderdag wel met Eli naar Liempde trok. “Ik kan daar trainen in het zand, ideaal voor Gieten”, zegt Iserbyt. “Ik haal alle voordeel uit mijn relatie!”

 ??  ??
 ??  ??
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium