Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Van volksbuurt naar voorbeeld duurzame stadsontwikkeling
Tara Opdebeeck beschrijft mogelijkheden Arenawijk in masterproef aan UA
De implementatie van een warmtenet in de Deurnese Arenawijk is interessanter dan een doorgedreven renovatie. Dat is de conclusie van Tara Opdebeeck (27), die in haar masterproef aan de UA de wijk onder de loep neemt.
Met de komst van het waterpretpark van Sportoase op de Site Ruggeveld in Deurne, is de afbraak van zwembad Arena in de gelijknamige wijk nakend. Het district hoopt het Arenazwembad te vervangen door een sporthal om tegemoet te komen aan de nood aan extra sportinfrastructuur. Tara Opdebeeck (27) is ruimtelijk planner bij de Vlaamse Overheid en legde in september als thesisstudente stedenbouw aan de Universiteit Antwerpen, een masterproef neer. Daarin ziet zij de kans om van de volkse Arenabuurt een toonwijk van duurzame stadsontwikkeling te maken. “Ik heb uitgezocht wat een warmtenet kan betekenen voor de stad Antwerpen en specifiek ook voor de Arenawijk”, zegt Opdebeeck. “Modernistisch erfgoed wordt al te vaak gesloopt omdat een renovatie onbetaalbaar is. De Jos Van Geellaan naar ontwerp van Renaat Braem is zo’n voorbeeld. De wijk wordt ge- sloopt en vervangen door nieuw- bouw. Daarentegen betekent behoud ook niet altijd dat de erfgoedwaarde in ere gehouden wordt: de Silvertoptorens, ont- worpen door Jul De Roover, werden zo grondig gerenoveerd dat er nog weinig overbleef van de oorspronkelijk in brutalistische stijl ontworpen gevel.”
De Arenawijk, ook naar het ontwerp van Braem, is een naoorlogse, modernistische erfgoedwijk en aan renovatie toe. De gebouwen hebben ook een slechte energieprestatie, wat een fortuin kost. De implementatie van een warmtenet biedt volgens Opdebeeck daarom een interessantere oplossing voor deze beschermde gebouwen dan een doorgedreven renovatie. De woontorens in het park zijn later gebouwd en gezien de mindere erfgoedwaarde valt een afbraak ten voordele van nieuwbouw volgens Opdebeeck te overwegen. Ook het verdwijnen van het zwembad biedt mogelijkheden. “De voorwaarde is wel dat er bij nieuwbouw minstens evenveel woningen worden voorzien”, zegt ze. “Een groot deel van de Braemblokken kunnen herbestemd worden naar ateliers. Een 94-tal wooneenheden kunnen behouden en gerenoveerd worden volgens de hedendaagse normen. De woontorens, die in het midden worden afgebroken, kunnen gecompenseerd worden met nieuwbouw, waar ook de bib, het dienstencentrum en het café terechtkunnen.”
“De koppeling van de nieuwbouw met de bestaande Braemblokken maken een interessante wisselwerking mogelijk voor een warmtenet. Om de oude gebouwen te verwarmen is meer warmte nodig. Die restwarmte kan gebruikt worden om de nieuwbouw, die minder nodig heeft, te verwarmen. Bijkomend kan de restwarmte van de nieuwbouw gebruikt worden voor gemeenschappelijke projecten, zoals het verwarmen van serres of vijvers.”
“Ik heb uitgezocht wat een warmtenet kan betekenen voor de stad Antwerpen en specifiek ook voor de Arenawijk.”