Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Tegen 2025 alleen nog groene taxi’s in ’t Stad
Sector vraagt wel extra ondersteuning om milieudoelstelling te halen
MILIEU
Met een aanpassing van het taxireglement wil Antwerps mobiliteitsschepen Koen Kennis (NVA) tot een versnelde vergroening van de taxivloot komen. De taxisector steunt schoorvoetend deze ambitie, maar vraagt extra ondersteuning.
Het vergroenen van de taxisector zal in twee stappen worden ingevoerd. Zo zullen nieuwe taxi’s vanaf 1 januari 2018 enkel een vergunning krijgen als ze rijden op elektriciteit, brandstofcel, waterstof, plug-in-hybrides of CNG. Om een overgangsperiode in te bouwen voor de taxibedrijven, moeten hun voertuigen bij vervanging voldoen aan de nieuwe voorschriften rond duurzame brandstoffen. Dat zou betekenen dat tegen 2025 in Antwerpen geen taxi’s meer rijden op uitsluitend benzine of diesel. “Wie niet voldoet aan deze voorwaarden zal zijn of haar vergunning verliezen”, zegt schepen Kennis.
De Vlaamse taxisector had zichzelf al als doelstelling opgelegd om tegen 2020 minstens 10% van het wagenpark elektrisch te maken. “In Antwerpen zitten we al aan deze doelstelling”, zegt Koen Van Oorschot, gedelegeerd bestuurder bij Antwerp-Tax en voorzitter van de Antwerpse Provinciale Taxi Unie. “We zijn ons bewust van de noodzaak tot het verhogen van de luchtkwaliteit. Met dit reglement neemt Antwerpen het voortouw. Alleen hadden we als sector graag nog wat uitstel gekregen.”
De overschakeling naar duurzame brandstoffen plaatst de taxibedrijven voor zware investeringen. “Als taxibedrijf is het belangrijk dat onze voertuigen een grote autonomie hebben”, zegt Steve Van Avermaet, gedelegeerd bestuurder van het taxibedrijf DTM. “Een wagen rijdt zo’n 200 kilometer per shift en 100.000 kilometer per jaar. Dit kan momenteel geen enkele 100% elektrische wagen aan. Bovendien rijden onze wagens dag en nacht. Ze komen alleen binnen om gepoetst te worden en te tanken voor ze weer uitrijden. We moeten niet alleen investeren in duurdere wagens, maar ook in infrastructuur om wagens snel op te laden. Het is voor ons momenteel moeilijk in te schatten hoe groot die financiële inspanningen zullen zijn.”
De taxisector pleit voor flankerende maatregelen en het uitbreiden van het aantal laadpalen en de tankinfrastructuur in de stad. Van Oorschot verwijst naar München, waar de stad elke gereden kilometer met een elektrische taxi ondersteunt met 0,20 euro. Ook de Noorse stad Oslo beschikt over een subsidiereglement en investeert 3 tot 4 miljoen euro in elektrische laadpalen. “Ik hoop dat Antwerpen inziet dat het haar ambities niet enkel moet afwentelen op de sector, maar zelf ook een grote verantwoordelijkheid draagt om van Antwerpen een eerste groene taxistad te maken”, zegt Van Oorschot.
Schepen Kennis wijst op het plan om meer laadpalen te plaatsen als er meer elektrische taxi’s komen. “Alleen vrees ik dat de stad Antwerpen niet over het nodige geld beschikt voor meer flankerende maatregelen”, zegt Kennis. “Het reglement maakt een geleidelijke overgang mogelijk. Bovendien verwacht ik ook meer klanten voor de taxi met onze nieuwe mobiliteitsapp Whim.”
In Antwerpen rijden momenteel 454 vergunde taxi’s. Dat aantal zal worden opgetrokken naar 500.