Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Rector wil één netwerk van ziekenhuizen
Grote voordeel is gemeenschappelijk patiëntendossier
Herman Van Goethem, rector van de UAntwerpen en voorzitter van het UZA in Edegem, pleit in een nota voor één ziekenhuisnetwerk in de regio Antwerpen. “Samenwerking binnen één netwerk zou vooral de zorgketen voor de patiënt optimaliseren. En het kan een voorbeeld zijn voor de rest van Vlaanderen.” Eén ziekenhuisnetwerk heeft onder meer als voordeel dat er één gemeenschappelijk elektronisch patiëntendossier kan zijn, waardoor de informatie tussen verschillende zorgverleners veilig en vlot verloopt.
De UAntwerpen, de inrichtende macht van het UZA in Edegem, pleit voor één ziekenhuisnetwerk in de ruime regio rond de stad Antwerpen. “Op dit moment tekenen er zich twee netwerken af en dat is niet goed”, vindt Herman Van Goethem, rector van de UAntwerpen en voorzitter van het UZA.
Wie in de regio rond de stad Antwerpen naar het ziekenhuis moet, komt op dit moment in een ziekenhuis van een van drie groepen terecht. Er is Gasthuiszusters Antwerpen (GZA), met onder andere het Sint-Augustinusziekenhuis in Wilrijk, daarnaast is er het Ziekenhuis Netwerk Antwerpen (ZNA), met ziekenhuizen als het Middelheim en het Stuivenbergziekenhuis, en ten slotte is er nog het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA) in Edegem, dat een ziekenhuisgroepering vormt met ziekenhuizen als Monica en Klina, en dat verbonden is aan de Universiteit Antwerpen. Aangezien het UZA een universitair ziekenhuis is, worden er niet alleen ‘gewone’ ingrepen uitgevoerd, maar wordt er ook internationaal wetenschappelijk onderzoek verricht. Ook de faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen van de unief is er gevestigd.
Nota
GZA en ZNA beslisten in 2016 om nauw te gaan samenwerken. De onderhandelingen tussen de werkgeversen werknemersafgevaardigden over de concrete uitwerking van die samenwerking lopen nog. Op termijn is het de bedoeling dat GZA en ZNA één ziekenhuisnetwerk gaan vormen, naast het netwerk rond UZA.
Maar twéé netwerken, dat is geen goede zaak, vindt rector Herman Van Goethem, die ook voorzitter is van het UZA. Hij kaartte de situatie aan bij de Raad van Bestuur van de UAntwerpen en daaruit vloeide een nota voort die hij overmaakte aan de twee zich vormende ziekenhuisnetwerken. “Het is een kadertekst die kan dienen om overleg op te starten”, zegt Van Goethem. “Als we in Antwerpen kunnen evolueren naar één groot netwerk, dan kan dat een voorbeeld zijn voor de rest van Vlaanderen.”
Volgens Van Goethem heeft iedereen baat bij zo’n eengemaakt netwerk, ook de patiënten. “Nu maak je het mee dat een patiënt wordt overgebracht naar een ziekenhuis dat verder weg ligt, omdat het tot hetzelfde netwerk behoort, terwijl een ziekenhuis uit een ander netwerk veel dichterbij is en beter geplaatst kan zijn om de beste zorg te verschaffen. Als we kijken naar bijvoorbeeld zware ongevallen, dan zien we dat patiënten dringend verschillende soorten zorg nodig hebben. Als naburige ziekenhuizen tot hetzelfde netwerk zouden behoren, zou die zogenaamde ‘zorgketen’ een heel stuk kunnen worden geoptimaliseerd”, aldus Van Goethem.
Onderzoek op topniveau
Ook voor de huisartsen zal de situatie overzichtelijker worden. “Het aantal ligdagen in de ziekenhuizen wordt kleiner, dus de nazorg verschuift steeds meer naar de huisartspraktijk, die evolueert tot een klein eerstelijnszorgcentrum. Bij huisartsen is het verwarrend dat in eenzelfde regio sommige ziekenhuizen wel, en andere niet met elkaar samenwerken.”
Voor Van Goethem is het ook belangrijk dat het UZA haar rol als universitair ziekenhuis kan blijven vervullen. “De begroting van een universitair ziekenhuis is helemaal anders opgebouwd dan die van ‘gewone’ ziekenhuizen. Onze artsen zijn in loondienst en worden niet per prestatie vergoed. Dat schept ruimte voor investeringen in onderzoek op topniveau. De vraag die we ons moeten stellen is hoe we een universitair ziekenhuis, met excellente klinische expertise maar waar bovendien fors geïnvesteerd wordt in onderzoek en infrastructuur, kunnen laten functioneren samen met de andere ziekenhuizen, die ook excellente klinische expertise kunnen aanbieden. De UAntwerpen heeft daar een beredeneerde visie over uitgetekend en ik denk dat we als universiteit een beweging in gang kunnen zetten.”
Eén patiëntendossier
Het UZA zelf is grote voorstander van versterkte samenwerking in de regio. “Een concrete toegevoegde waarde van zo’n groot lokaal netwerk zou bijvoorbeeld zijn dat we tot één gemeenschappelijk elektronisch patiëntendossier (EPD) in Antwerpen zouden kunnen komen”, zegt woordvoerster Evita Bonné. “Dat zou de Antwerpse patiënten ten goede komen, gezien veilige en vlotte informatiedoorstroming tussen verschillende zorgverleners, ook eerstelijns, alsmaar belangrijker wordt. Ook voor monitoring thuis zou dat een groot voordeel zijn: denk maar aan chronische patiënten die levenslang opgevolgd worden. Één EPD verhoogt de kwaliteit en veiligheid van zorg, wat voor het UZA essentieel is.”
Het UZA benadrukt dat er op dit moment al dagelijks met verschillende ziekenhuizen nauw wordt samengewerkt. Bijvoorbeeld: voor cardiologie met GZA en voor transplantaties met de hele regio. Dat ligt wettelijk vast.
Ook ZNA is voorstander van het idee. “Naast onze intensieve samenwerking met GZA staan we ook open voor samenwerking met andere ziekenhuizen”, zegt CEO Wouter De Ploey van ZNA. “Zeker als dat kan bijdragen aan de kwaliteit van de zorg voor de Antwerpenaar.”
Of en wanneer zo’n eengemaakt ziekenhuisnetwerk er komt, is nog niet zeker. Maar volgens Herman Van Goethem zal het allicht een project van jaren worden.
HERMAN VAN GOETHEM
Rector UAntwerpen “Als we in Antwerpen kunnen evolueren naar één groot ziekenhuisnetwerk, dan kan dat een voorbeeld zijn voor de rest van Vlaanderen.”