Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Je hebt een sterk netwerk nodig”
Twaalf jaar geleden leerde Hammad Shahid zijn eerste woord jes Nederlands. Nu werkt hij bij Janssen Pharmaceutica. Na één jaar is hij door zijn werkgever gepromoveerd tot business intelli gence analyst. Hammad Shahid was 12 toen hij vanuit Lahore in Pakistan naar België migreerde. Niet als vluchteling, maar na gezinshereniging. Zijn vader woonde al vele jaren in Antwerpen. “Zoals alle nieuwkomers heb ik een jaartje OKAN (Onthaalklas
voor Anderstalige Nieuwkomers, red.) gevolgd. Ik sprak natuurlijk geen woord Nederlands toen ik hier toekwam. Ik heb me lange tijd afgevraagd waarom er zo veel mensen de naam ‘jullie’ hadden. Ik dacht dat het een naam was, en niet een persoonlijk voornaamwoord…” Hammad Shahid legde in het middelbaar een schitterend parcours af en ook aan de Universiteit Antwerpen waar hij vorig jaar als handelsingenieur is afgestudeerd. “Ik ben niet hoogbegaafd, maar heb er gewoon keihard voor gewerkt. In eerste bachelor zaten we met twintig studenten met een migratieachtergrond. Ik ben de enige die erin geslaagd is in vijf jaar af te studeren. Dat is slechts 5% op het totaal, een redelijk hallucinant, laag cijfer. Waarom lukt het mij wel, en die anderen niet? Ik heb altijd de steun gehad van een sterk netwerk. Daarom besef ik als geen ander de kracht van een rolmodel.” Beide ouders van Hammad Shahid hebben een universiteitsdiploma. “Voor hen was het logisch dat ik veel tijd in mijn studies stak, dat ik zou verder studeren. Dus, voor mij was het dat ook. Ik had het geluk dat mijn ouders hoge verwachtingen hadden. Je gedraagt je immers naar de verwachtingen van de mensen naar wie je opkijkt.” “In mijn vriendenkring en op school zag ik andere dingen. Jongeren die op school pech hadden gehad, of bij wie de situatie thuis, financieel en sociaal veel moeilijker lag, en wier ouders daardoor minder hoge verwachtingen aan hun kinderen stellen. Het ontbrak die jongeren niet aan ambities, maar wel aan het juiste netwerk om hen te inspireren, te motiveren, hen het gevoel te geven dat ze in zichzelf moeten geloven. En ook te informeren. Veel jongeren beseffen niet welke mogelijkheden het onderwijs biedt en welke kansen je op de arbeidsmarkt kunt krijgen als je ervoor knokt.”