Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Antwerpen profiteert van vrije handel
Europese toegangspoort voor Canada, dankzij het CETAverdrag
MIEKE PYNNAERT Flanders Investment & Trade “Tot voor kort moesten Canadese bedrijven invoertaksen betalen om producten in Antwerpen op te slaan. Met CETA hoeft dat nu niet meer.”
D e stad Antwerpen trekt zondag voor een week op economische missie naar Canada. Door het vrijhandelsverdrag CETA tussen de Europese Unie en Canada zal de handel tussen Vlaanderen en Canada wellicht sterk toenemen. Daar kan vooral onze stad van profiteren, want heel wat Canadese bedrijven zien Antwerpen als hun toegangspoort naar Europa. Burgemeester Bart De Wever (N-VA), schepen van Economie en Cultuur Caroline Bastiaens (CD&V), schepen van Onderwijs Claude Marinower (Open Vld) en schepen van Jeugd en Leefmilieu Nabilla Ait Daoud (N-VA) trekken nu zondag met een heleboel ondernemers voor een week naar de Canadese steden Toronto en Montreal. Een van de hoofddoelen van de missie is het aantrekken van nieuwe investeringen voor de stad. “Antwerpen heeft heel nauwe banden met de haven van Montreal en met de diamantindustrie in Canada”, zegt Caroline Bastiaens. “We vertrekken vanuit die goede relaties om nog meer samen te werken, bijvoorbeeld door Canadese bedrijven die zich bezighouden met circulaire economie te overtuigen om naar het nieuwe Antwerpse bedrijventerrein BlueGate te komen.”
“We willen ook iets leren van de slimme stad die het bedrijf Google in het Canadese Toronto wil bouwen. Daar zullen bijvoorbeeld robots rondvliegen om pakketjes te leveren. De stad gaat dus nog verder dan wat wij met slimme technologie in Sint-Andries willen doen. Het is ook interessant om na te gaan hoe Google de privacy van de gegevens van consumenten respecteert bij de uitbouw van een slim technologisch netwerk.”
Officieel heeft het tijdstip van de economische missie niets met het vorige maand in werking getreden vrijhandelsakkoord CETA te maken. Maar CETA komt de stad Antwerpen natuurlijk goed uit. Dankzij dat verdrag zullen Antwerpse bedrijven die producten naar Canada exporteren voortaan geen of een fors lagere invoertaks betalen. Antwerpse producten worden dus goedkoper voor Canadezen en omgekeerd. Het akkoord treedt wel maar voorlopig in werking omdat de nationale parlementen in Europa het verdrag nog officieel moeten bekrachtigen. Maar intussen zijn de lagere tarieven dus wel van tel. Antwerpse chemiebedrijven moesten voorheen bijvoorbeeld een taks betalen die tot 6,5% kon oplopen als ze goederen naar Canada exporteerden. Dat is nu nul.
“Enkele Canadese bedrijven uit de chemie-, bouw- en speelgoedsector willen CETA gebruiken om meer producten te verkopen in Europa, en dan vooral vanuit Antwerpen”, zegt Mieke Pynnaert, economisch vertegenwoordigster in Montreal van Flanders Investment & Trade (FIT), een agentschap dat Vlaamse bedrijven helpt om internationaal door te breken, bijvoorbeeld in Canada.
“Sinds 2015 slaan verschillende Canadese bedrijven hun goederen op in magazijnen van Antwerpse bedrijven. Als pakweg een Duitse, Franse of Italiaanse klant die goederen wil kopen, worden ze rechtstreeks vanuit Antwerpen geleverd. Dat is veel sneller en goedkoper dan wanneer de producten na de bestelling nog vanuit Canada moeten overkomen.” “Tot voor kort moesten de Canadese bedrijven nog invoertaksen betalen om de producten hier op te slaan. Ze namen die kosten op zich, zodat ze een groter klantenbestand konden uitbouwen. Nu CETA in voorlopige werking getreden is, vallen de invoertaksen weg en verhoogt de winstmarge. Sommige Ca- nadese ondernemingen bereiden zich voor om in Antwerpen een vennootschap op te richten. Of er in een latere fase zelfs hun Europees hoofdkantoor te vestigen. Dat kan op termijn leiden tot extra jobs in de Antwerpse haven.”
Emotionele band
Waar komt die Canadese liefde voor onze stad vandaan? “Dat heeft onder meer te maken met de uitstekende relatie tussen de haven van Montreal en die van Antwerpen”, zegt Pynnaert. “Bijna een op de vier containers in de haven van Montreal komt uit of gaat naar Antwerpen. Wij exporteren dan weer veel farmaceutische en chemische producten. Wat betreft import vanuit Canada steekt de diamantindustrie er met kop en schouders bovenuit.”
“Onderschat ook het culturele aspect niet”, gaat Pynnaert verder. “In de provincie Quebec, waar Montreal de belangrijkste commerciële stad is, wonen veel inwijkelingen uit Franstalige Europese gebieden. Als een Québécois Europa bezoekt, zal hij bijna altijd België aandoen, bijvoorbeeld om de graven van de gesneuvelden uit de Eerste Wereldoor-
log te bezoeken. En dan is er nog het taalaspect. Een Québécois erkent, zoals een Vlaming, de meerwaarde van een meertalige samenleving.”
Umicore
Umicore is een van de Antwerpse bedrijven die profiteert van het CETA-akkoord. “Niet alleen om handel te drijven met andere bedrijven, ook voor de handel tussen onze vestiging in Hoboken en die in de Canadese stad Burlington”, zegt Egbert Lox, communicatieverantwoordelijke bij Umicore. “In Hoboken recycleren we onder meer edelmetalen uit allerlei materialen. Die edelmetalen zijn een grondstof voor de autokatalysatoren die we in Burlington maken. Met die katalysatoren zorgen we ervoor dat uitlaatgassen van auto’s niet in de omgeving terechtkomen. We doen dat onder meer voor grote automerken zoals Volkswagen en General Motors. Dankzij CETA dalen onze kosten en hebben we minder administratieve rompslomp.”
In de fabriek in Burlington werken 140 mensen. “De productie is er voor een groot stuk geautomatiseerd”, zegt Egbert Lox. “Burlington was de tweede buitenlandse vestiging ooit die Umicore opende, na Kentucky in de Verenigde Staten. De fabriek in Kentucky bestaat intussen niet meer. We hebben nu vijftien vestigingen buiten Europa.”
Diamant
Voor de diamantsector heeft het CETA-akkoord weinig belang. De invoertaksen op diamant waren voor de inwerkingtreding van CETA al nul. “Maar Canada is wel belangrijk”, zegt Karen Rentmeesters, communicatieverantwoordelijke voor de belangenorganisatie Antwerp World Diamond Centre (AWDC). “Canada is op korte tijd uitgegroeid tot de derde grootste diamantproducent ter wereld. Al- leen Rusland en Botswana produceren voor meer waarde. De snelle opmars komt er omdat Canada zijn mijnen pas laat is gaan ontwikkelen. In andere landen zijn veel mijnen bijna pensioengerechtigd. In Cana- da zijn die nog jong.” 44% van de diamanten die in Ca- nada uit de grond worden gehaald, gaan naar België. “Dat komt omdat de meeste kopers van ruwe diaman- ten in Antwerpen zitten. Onze industrie is ook gekend voor zijn transparantie. Experts van de fede- rale overheid en de douane contro- leren hier of de waarde van een dia- mant, zoals het aantal karaat, over- eenkomt met wat er op het officiële papier staat. Ze gaan ook de her- komst na. Er is geen enkele stad ter wereld die de controle op diamanten zo nauwkeurig uitvoert. Dat schept vertrouwen.”
Nieuwe mijn
De Antwerpse diamantsector werkte zelfs mee aan de opstart van een nieuwe diamantmijn van het bedrijf Stornoway in de provincie Quebec. “Renard is sinds januari open en is de enige diamantmijn van Quebec”, zegt Karen Rentmeesters. “Ze zal goed zijn voor ongeveer 2% van de wereldwijde diamantproductie. Er werken vijfhonderd mensen en alle diamanten die worden bovengehaald, worden getransporteerd naar Antwerpen.” “We hebben de opening van Renard mee voorbereid door bijvoorbeeld kwaliteitscontroles te doen op de diamanten.” De mijn zou een levensduur hebben van veertien jaar. “Het is duidelijk dat Canada in de toekomst een steeds grotere partner zal worden voor de Antwerpse diamantsector”, besluit Rentmeesters.