Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Elke pijnklacht, hoe klein ook, kan chronisch worden”
Guy Hans, diensthoofd pijncentrum UZA
Bijna een kwart van alle Belgen krijgt in zijn of haar leven te maken met pijn die langer dan zes maanden duurt.”Bij elke pijnklacht is er 10% kans dat het chronisch wordt. Zelfs bij het meest banale voorval als een gebroken vinger”, zegt professor Guy Hans, medisch directeur van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA).
Pijn komt in verschillende vormen. Acute pijn kan in verband worden gebracht met een bepaalde aanleiding, een symptoom van bijvoorbeeld een gebroken been of een klap op het hoofd. Chronische pijn kan jaren duren en is vrijwel nooit volledig te behandelen, met grote gevolgen voor het welzijn van de patiënt én zijn omgeving. “Chronische pijn komt veel meer voor dan we vijftien jaar geleden dachten”, zegt professor Guy Hans. Hij is diensthoofd van het pijncentrum van het UZA, met 25.000 patiëntencontacten per jaar een van de grootste in ons land. “Elke pijnklacht kan chronisch worden. Wat de oorzaak ook is – botpijn, spierpijn of andere –, er is altijd de kans dat het zenuwstelsel gaat overreageren. En dus moet elke pijnklacht ook serieus worden genomen.” “Vroeger was pijnbestrijding iets wat artsen er gewoon bij namen. Nu wordt pijngeneeskunde meer en meer als aparte specialiteit bekeken. Dat zie je aan de verschillende pijnklinieken die opgericht zijn. Ook het zwaartepunt verschuift. In plaats van chronische pijn alleen maar te behandelen, moeten we meer inzetten op preventief werken, in de beginfase al actief zijn om het chronische aspect te vermijden. Want met de verschillende behandelingen kunnen we chronische pijn wel terugdringen tot een niveau dat voor de patiënt min of meer draaglijk is, maar de pijn 100% doen afnemen gaat niet meer.” Elke persoon ervaart pijn anders en dus moet ook de behandeling specifiek afgestemd worden op de patiënt. Daarom wordt multidisciplinair gewerkt. “In pijnbestrijding zijn er geen vaste protocols”, zegt Guy Hans. “De behandelingen gaan van de klassieke medicatie tot psychotherapie, revalidatie, elektrosimulatie, infuustherapie… Het is een puzzel, waarbij we alle stukjes bij elkaar moeten leggen om daar de behandeling op te enten.”
Begeleiding voor job
“Minstens even belangrijk is ervoor zorgen dat de pijnpatiënt ook thuis de nodige ondersteuning krijgt van familie of vrienden. De sociale gevolgen van chronische pijn zijn niet te onderschatten. Patiënten stoppen met familiale activiteiten vanwege de pijn die ze ervaren, zoals poetsen of het naar school brengen van de kinderen. Ook sociale activiteiten lijden eronder, hobby’s worden stopgezet en ook op professioneel vlak heeft het een effect. Patiënten stoppen met werken en vragen invaliditeit aan.” “Daar op inspelen, is ook een belangrijk aspect van de behandeling, want het leidt tot een disfunctioneren van de patiënt. Sinds een jaar werken we binnen het UZA op voltijdse basis met een arbeidspsycholoog die in contact staat met de RVA en de VDAB om te zorgen dat er ook een professionele re-integratie mogelijk is. Lukt het nog niet, dan is vrijwilligerswerk – al dan niet deeltijds – een mogelijkheid. Chronische pijnpatiënten hebben afleiding nodig en ook hun financiële toestand mag niet uit het oog verloren worden. Dat maakt een wereld van verschil.”
PROFESSOR GUY HANS Medisch directeur UZA “Chronische pijn kunnen we terugdringen tot een draaglijk niveau, maar de pijn 100% doen afnemen gaat niet meer.”