Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Lukaku is niet onze beste spits ooit. Nog niet”
Wie was beste aanvaller ooit bij nationale ploeg? Tien exRode Duivels antwoorden
Romelu Lukaku is de topschutter aller tijden bij de Rode Duivels maar wie is de beste spits die onze nationale ploeg ooit gekend heeft? Wie nog school loopt, zal Romelu Lukaku antwoorden. Wie het pensioen nadert, zegt Jan Ceulemans of Erwin Vandenbergh. Maar wie kort na de Tweede Wereldoorlog geboren werd, kiest wellicht voor Paul Van Himst of Raoul Lambert. Wij stelden de vraag aan tien exRode Duivels.
Dertig doelpunten bij de Rode Duivels, het is een record dat Lierse-aanvaller Bernard Voorhoof in 1940 vestigde, een mijlpaal slechts in 1972 geevenaard door Paul Van Himst. Romelu Lukaku is pas 24 jaar jong, maar telt nu al evenveel doelpunten. “En hij gaat er makkelijk nog twintig maken”, voorspelt Van Himst. “Het is hem van harte gegund. Romelu is een charmante jongen.”
Lukaku wordt recordhouder, misschien wel een legende. De vraag is waar ex-internationals hem vandaag plaatsen in het licht der historie. Een hersenkraker, voor elke ex-voetballer. Om te beginnen is er al discussie over wie als spits wordt beschouwd. Paul Van Himst en Jan Ceulemans bijvoorbeeld waren nooit diepe spitsen, dat zeggen ze zelf. Marc Degryse, idem. Vandaar dat pakweg Gert Verheyen en Franky Van Der Elst, onvoorwaardelijke fan van hun ex-ploegmaats bij Club Brugge, hen niet in hun top drie opnemen. Ook al zouden ze in het huidige voetbal voorin hun plaats hebben. “Ik zou in de aanval staan. Bij een goeie trainer. Een slechte zou me niet opstellen”, lacht Paul Van Himst, voor wie het vergelijken van generaties te lastig bleek. Hij gaf liever geen top drie.
Tien Rode Duivels met een respectabel aantal caps maakten wel de oefening. Opvallend, alleen Wesley Sonck, de jongste ondervraagde, kiest voluit voor Lukaku, spits voor het moderne voetbal “die overal en altijd scoort”. Bij de oudere garde ontbreekt Raoul Lambert niet, “een spits die met zijn linker ook vandaag potten zou breken”, zegt de 76-jarige Georges Heylens. Maar de twee spelers die op het meeste bijval kunnen rekenen, zijn Paul Van Himst en Erwin Vandenbergh, respectievelijk drie keer en zesmaal Belgisch topschutter. “En wat moet een spits doen? Simpel. Goals maken”, vindt recordinternational Jan Ceulemans.
Barcelona en Real Madrid
Vandenbergh beslechtte twee Europese finales, Van Himst één. Alleen Vandenbergh speelde in het buitenland, bij Rijsel. “Maar Barcelona deed me ooit een voorstel. Het werd niet concreet, omdat ik weigerde. Ik was nogal streekgebonden”, zegt de Europese topschutter van 1980. En Van Himst, die kon ooit naar Real Madrid, als vervanger voor Di Stefano. Ook hij weigerde. In een tijdperk waarin Belgen de kerktoren verkozen boven de luchthaven, al dan niet gedwongen, is dat veelbetekend.
En Lukaku dan, scorend speerpunt van een van de grootste clubs ter wereld? “Erwin was een mooie, complete speler. Zoals Paul Van Himst”, zegt Georges Heylens. “Terwijl Lukaku eerder een zuivere afwerker is voor de laatste dertig meter.”
“Lukaku is een rots. Hij zal het in Engeland maar tegen een ploeg of drie, vier moeilijk hebben”, denkt Van Himst. “Manchester City, Chelsea, Tottenham misschien. Maar tegen de andere teams zal hij altijd scoren. In Engeland zijn de ruimtes groter. In de Belgische competitie wordt veel defensiever gespeeld dan in Engeland. Het zijn hier allemaal robotten.”
Om in de galerij der groten te komen, wordt van de spits van Manchester United meer verlangd dan alleen Engelse muren slopen. “Dan moet je toch jaar na jaar presteren”, zeggen Vandenbergh en Lorenzo Staelens, daarin bijgetreden door Ceulemans. “Erwin bleef vlot scoren tot zijn 32e. Op termijn kan Lukaku de beste zijn, maar momenteel geef ik Van Himst en Vandenbergh het voordeel van de twijfel.” Georges Grün: “Lukaku moet nog meer scoren in de grote matchen, tegen de grote ploegen. Pas als we kunnen terugkijken op zijn carrière, kan je hem beoordelen.”
Maar gezien zijn arbeidsethos twijfelt niemand dat Lukaku nog lang niet uitgezongen is. Het vermogen om jezelf te blijven pijnigen blijkt een familietrekje. “Ik heb zijn vader Roger nog gehad bij Seraing”, vertelt Heylens. “De ene dag hij uit en zat hij ergens in een café in Antwerpen, maar daags nadien vroeg hij zelf om twee trainingen. Om dat er weer af te trainen. Lukaku, die kon afzien.”
Wie is de beste ooit? Het is een kwestie van tijd voor we de vraag opnieuw stellen. Nog enkele goals geduld...