Talkshow keert een week terug als eindejaarsoverzicht Gert Verhulst ruilt boot in voor kasteel

e talkshow

keert in december nog één week terug als

een eindejaarsoverzicht waarin Gert Verhulst (49) en James Cooke (33) de gasten van het jaar uitnodigen. Naar een locatie was het niet lang zoeken: van de boot van Gert gaat het naar het kasteel van Gert in de Ardennen.

Een kasteel wil Gert Verhulst het Château de Targnon niet noemen. “Het is meer een soort landhuis”, zegt hij. Kasteel of landhuis: Château de Targnon wordt van 18 tot 21 december het decor voor Gert Last Year, een afgeleide van Gerts talkshow Gert Late Night. “We waren op zoek naar een geschikte locatie voor die eindejaarsspecial”, zegt James Cooke, Gerts co-presentator, “want voor die ene week wilden we graag even weg van onze boot.” Gert Late Night wordt op de Evanna opgenomen, de plezierboot van Gert Verhulst die aan het Museum Aan de Stroom (MAS) in Antwerpen ligt. Château de Targnon is eigendom van de Studio 100-baas en zijn kompaan Hans Bourlon. Toen Studio 100 in 2005 het attractiepark Télécoo kocht, zat het kasteel in de overname. “Het was in redelijke staat”, zegt Gert Verhulst. “Hans en ik hebben het uit Studio 100 gehaald en opgefrist om te verhuren. Het is dus een commercieel gebouw, niet mijn buitenverblijf.” Gert Verhulst is zich ervan bewust dat de locatie reacties zal losweken. Want passeert Verhulst nu niet opnieuw langs de kassa door zijn eigen kasteel aan tv-zender Vier te verhuren, net zoals hij met zijn plezierboot deed? “Ik snap die reflex”, zegt hij, “maar ik lig niet wakker van die reacties. Ik heb dit niet opgedrongen aan Vier. Ze zijn de locatie gaan verkennen en die bleek perfect.” James Cooke benadrukt dat hij op het idee kwam om naar het kasteel te trekken: “We waren naar gezellige chalets aan het zoeken, iets in de kerstsfeer. Toen dacht ik: waarom doen we dat niet in zijn kasteel? De talkshow Gert Late Night werkt zo goed omdat het op de boot van Gert is. Hij voelt er zich thuis, de gasten voelen zich thuis. Dat geldt ook voor het kasteel.” TOM DE LEUR