Gazet van Antwerpen Stad en Rand

93jarige herkent zus op ‘vergeten’ repressief­oto

93-jarige Antwerpse herkent zwaar door repressie aangepakte zus op foto in uw krant

- PAUL VERBRAEKEN

Een oude zwartwitfo­to haalde begin deze maand bij de kranige 93jarige Antwerpse Monica Le Hardy pijnlijk oude wonden open: de vrouw op die foto was haar onlangs overleden zus Suzanne bij haar ‘arrestatie’ door het verzet in september 1944.

Als grote illustrati­e bij een twee pagina’s tellend artikel over de nieuwe VRT-reeks Kinderen van

de collaborat­ie publiceerd­e uw krant zaterdagoc­htend 4 novem- ber uit haar archief een foto die alle elementen van de repressie visualisee­rde: een jonge vrouw wordt door gewapende burgers binnengebr­acht in de toen beruchte Antwerpse dierentuin, op de achtergron­d het Centraal Station. Een foto waar noch de intussen overleden Suzanne (de vrouw op de zwart-witfoto), noch Monica ooit het bestaan van hadden gekend.

“Ik heb dagenlang geweend”, vertelt de nog zeer kwieke Monica, die volgende maand 94 jaar wordt, maar nog een ijzersterk geheugen heeft. “Mijn zuster Suzanne is de voorbije zomer op 23 juli overleden. Ze was 96. Ikzelf ben nu 93. Die foto deed zo’n pijn. Ik ben blij dat ze dit niet meer heeft moeten meemaken. We hebben gewoon nooit van het bestaan van die foto geweten. Maar alles kwam hiermee weer boven. Mijn eerste reactie was boosheid om die publicatie. Maar al heel mijn leven draag ik die verschrikk­elijke ervaringen als een loodzware rugzak. Ik ben eigenlijk blij daarover nu mijn hart te kunnen luchten.”

Oude kennis

“Wij waren afkomstig uit Rumst. Ons vader, een architect, was stadsambte­naar bij de haven. Wij woonden met ons gezinnetje in de Pyckestraa­t in Antwerpen en hadden niets met politiek te maken.”

“Maar hoe een dubbeltje rollen kan. In Brugge hadden we een oom die daar een zeer goede radiozaak had. Elke vakantie brachten wij in Brugge door. Die oom had al lang voor de oorlog van het Duitse Telefunken een aanbod gehad om wederzijds personeel op te leiden. In die context werd er een Duitser, S. uit Wuppertal, naar mijn oom gestuurd. En met die man, die overigens verloofd was, waren mijn ouders goed bevriend geraakt. Hij kwam dan ook geregeld bij ons thuis in Antwerpen.”

“Later, tijdens de oorlog, wou het toeval dat die Duitser gelegerd werd bij een Duitse eenheid op het vliegveld van Deurne. Als hij al eens vrij had, dan kwam hij als vriend van lang voor de oorlog soms bij ons aankloppen, zijn enige bekenden in Antwerpen. Dan bleef hij soms eten of legde hij een kaartje met mijn vader. Maar hij was wel in uniform...”

“Tegelijk was

MONICA LE HARDY Zus van vrouw op zwartwitfo­to “Als misdadiger­s moesten we met de handen omhoog door de straten lopen. De massa jouwde en schold. Sommigen smeten met eieren. In de zoölogie werden we in de kooien gestoken met stront en vuil stro.”

er naar het eind van de oorlog een nichtje bevallen en die kwam met haar pas geboren kindje soms langs. Mijn zus Suzanne, toen net genezen na jarenlang tbc te hebben gehad, ging enorm graag met dat kindje in de buurt rondwandel­en...”

De puzzelstuk­ken waren volgens omwonenden snel gelegd. “Meer was er blijkbaar niet nodig in het hoofd van een man in onze Pyckestraa­t die lid was van het Onafhankel­ijkheidsfr­ont. Plots stond hij met een geweer achter mijn zus. Hij betichtte ons ervan dat onze deur door Duitsers werd platgelope­n. En dat mijn zus er ook nog een kind aan overgehoud­en had en daarmee paradeerde door onze straat. Allemaal roddels, maar wel voldoende om ons leven te breken.”

Opgejaagd

“Bij de bevrijding stond er een massa volk tierend en dreigend voor onze deur. We begrepen niet wat er aan de hand was, maar moesten als misdadiger­s een voor een buiten komen. Vader, moeder, mijn zus en ik. Met de handen omhoog. We werden langs de Ballaerstr­aat en de Anselmostr­aat naar de Boulevard gejaagd. Daar moesten we, nog altijd met de handen omhoog, samen met andere ‘gevangenen’ door een massa stappen. Die jouwde en schold. Sommigen smeten met eieren. Ik werd herhaaldel­ijk aangepord met geweerkolv­en in mijn rug. Je kan je niet voorstelle­n hoe je je als jonge vrouw daarbij voelde. We wisten ook gewoon niet waar het eigenlijk over ging. Plotseling waren we ‘officieel’ uitgeroepe­n tot ‘zwarten’.”

“Zo zijn we naar de zoölogie gebracht. Voor de ingang werd elke ‘zwarte’ gefotograf­eerd. Dat er ook binnen foto’s zijn genomen, wisten we niet. Daar werden we in de beruchte kooien gestoken met stront en vuil stro (waar veel collaborat­eurs tijdelijk werden opgesloten, red.). We werden bewaakt door scouts. Door ‘wolfjes’ met geweren. Twee dagen hebben we geen eten of drinken gekregen. Wel kwamen er regelmatig mannen van het verzet voor de tralies lachen om daar langzaam een fles water leeg te gieten.”

Zonder papieren op straat

“Twee dagen later moesten we op een open vrachtwage­n kruipen en werden we rechtstaan­d overgebrac­ht naar de Begijnenst­raat. Sommige vrouwen waren kaal geschoren. Dat was gelukkig met ons niet gebeurd. Pas in de gevangenis kregen we voor het eerst soep. Ik zat daar samen met iemand uit de Sint-Laureisstr­aat.”

Lang bleef Monica niet opgesloten. “Opeens, na drie of vier dagen, werden wij in het midden van de nacht zonder ondervragi­ngen of zonder uitleg op straat gezet. Zonder papieren en al onze juwelen en uurwerken gestolen. Ook mijn moeder was vrijgelate­n. Zonder papieren waren wij vogelvrij. Gelukkig was ons huis, in tegenstell­ing tot het huis van die vrouw in de Sint-Laureisstr­aat bijvoorbee­ld, niet geplunderd.”

Het was niet het einde van de lijdensweg. “Stilaan sijpelde de realiteit door: vader werd zonder enige vorm van proces afgedankt als ambtenaar, mijn zus was naar Hemiksem overgebrac­ht. Twee jaar lang heeft ze daar gezeten: burgerlijk gestraft. Tot ook zij werd vrijgelate­n. Ik ben verschille­nde keren opgeroepen voor ondervragi­ngen in de Molenstraa­t. Nu ja ‘ondervragi­ngen’. Het mocht én het kon niet dat mijn zus géén relatie had gehad met die Duitser. Dat móést wel zo zijn. En dan dat kind… Terwijl mijn zus vrijwel de hele oorlog ziek was geweest. Toen ze deze zomer overleed, was er heus geen kind om erfgenaam te zijn.”

Pesterijen

“Als ‘zwarten’ werden we op vele vlakken gepest. Zo reed de bus naar Hemiksem – waar mijn zus zat – daar altijd gewoon voorbij om ons pas veel verder af te zetten. En op rantsoenze­gels hadden we geen recht. Nochtans hadden wij geen enkel inkomen meer, maar we moesten wel het volle pond betalen. Ook viel er in de buurt van ons huis een V2. Wij liepen heel wat schade op. Hoewel we officieel ‘categorie C’ waren – ‘beschadigd maar herstelbaa­r – kregen wij geen steun, want wij waren ‘zwarten’. En toen mijn moeder de pastoor van Sint-Laurentius ten einde raad eens om hulp ging vragen, snauwde die: ‘Ik ben geen openbare onderstand’. Wij waren diepgelovi­g opgevoed, maar dat geloof heeft toen wel een knauw gekregen.”

“Zelf ging ik kapot aan die situatie: mijn zus in de gevangenis, vader zonder werk. Later vond hij werk in Frankrijk. Collaborat­ie, ik heb dat altijd verafschuw­d. Wij hadden daar echter niets mee te maken, maar hebben er wel heel ons leven voor betaald.”

 ?? FOTO JAN VAN DER PERRE ??
FOTO JAN VAN DER PERRE
 ?? FOTO JAN VAN DER PERRE ?? Monica Le Hardy (93) met een foto van haar overleden zus: “Al heel mijn leven draag ik die verschrikk­elijke ervaringen als een loodzware rugzak, maar ik ben eigenlijk blij daarover nu mijn hart te kunnen luchten.”
FOTO JAN VAN DER PERRE Monica Le Hardy (93) met een foto van haar overleden zus: “Al heel mijn leven draag ik die verschrikk­elijke ervaringen als een loodzware rugzak, maar ik ben eigenlijk blij daarover nu mijn hart te kunnen luchten.”
 ?? FOTO RR ?? De archieffot­o van de ‘arrestatie’ van een van
collaborat­ie verdachte vrouw aan de Antwerpse Zoo, die op 4 novem
ber in uw krant verscheen. “Die publicatie deed zo’n pijn”, zegt Monica Le Hardy. “Op
die foto staat mijn intussen overleden zus.”
FOTO RR De archieffot­o van de ‘arrestatie’ van een van collaborat­ie verdachte vrouw aan de Antwerpse Zoo, die op 4 novem ber in uw krant verscheen. “Die publicatie deed zo’n pijn”, zegt Monica Le Hardy. “Op die foto staat mijn intussen overleden zus.”
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium