Haven steunt binnenvaart

Met de opening van een zestig meter lange dienstenkade vlak bij de Kallosluis gaf de haven gisteren de binnenvaart opnieuw een duwtje in de rug. Nog tal van andere projecten zitten de volgende jaren in de pijplijn.

Met het knippen van het lintje openden havenschepen Marc Van Peel en ‘manager maritieme infrastructuur’ Tom Van Autgaerden gisterennamiddag een nieuwe servicekade. Zo’n kade biedt een binnenschip de mogelijkheid om allerlei scheepsafval netjes achter te laten, drinkwater in te slaan én ze geeft ruimte om de eigen personenwagen aan de wal te zetten. Kostprijs van dit project: 2,4 miljoen.

In zijn toespraak onderstreepte Marc Van Peel hoe de siliconenmiserie van de voorbije dagen nog maar eens heeft aangetoond hoe belangrijk het is in te zetten op alternatieve verkeersmodi zoals de binnenvaart. “Nadat we destijds zeven à acht jaar achteruit zijn geslagen door het niet-bouwen van de Oosterweelbrug, is duidelijk dat die mobiliteitsproblemen niet volgend jaar en ook niet de komende vijf jaar opgelost zullen zijn. Hopelijk wel over zes à zeven jaar. Alle apocalyptische voorspellingen komen nu uit. De druk neemt maar toe.”

alleen

De haven doet inmiddels heel wat voor de binnenvaart. Zo werd destijds de dertig meter lange servicekade Lillopark vernieuwd (1,5 miljoen euro). Dit jaar werden de bestaande negen ligplaatsen aan het Marshalldok grondig vernieuwd (900.000 euro).

Als alles naar wens verloopt, wordt bij Berendrecht in 2018 de wachtzone-mét-walstroom Reigersbos - Zoute gebouwd voor achttien ‘ongevaarlijke’ binnenschepen (prijs 2 miljoen euro).

Meer noordelijk hoopt de haven tegen eind 2020 de wachtzone ‘Noordlandbrug’ rond te krijgen: een soort wachtdok voor twintig binnenschepen (inclusief tankers) en achttien duwbakken. Kostprijs: 16 miljoen. In de Schelde komt er wellicht een wachtplaats ‘Ketelplaat’ voor zes schepen. Kostprijs: 6 miljoen.