Gazet van Antwerpen Stad en Rand

Zuid vervelt van hippe uitgaansbu­urt naar woonwijk

-

Hoe je dat merkt, dat het Zuid minder populair is geworden met de jaren? Mikaël Cetin van Pita Ster aan de Waterpoort hoeft er alleen zijn omzetcijfe­rs bij te halen. “Daar heb ik geen boekje voor nodig, die ken ik uit mijn hoofd. In vergelijki­ng met twintig jaar geleden, toen ik en mijn broer deze zaak overnamen, draaien we nu nog maar op een kwart van de toenmalige omzet. Tot enkele jaren geleden, toen het museum van Schone Kunsten nog open was en we goed bereikbaar waren zonder grote werken in de stad, draaiden we de helft van toen. Ja, de gouden jaren van het Zuid zijn voorbij.” Maar klagen doet Mikaël niet. “Onze vaste klanten en de bewoners van de wijk, die blijven komen. En ook dagjesmens­en en toeristen die het Zuid bezoeken, springen hier binnen. Alleen zijn er dat veel minder dan vroeger. De Sinksenfoo­r is hier weg, de sluiting van het museum zorgt dat toeristen eerder naar het MAS trekken. En de tijd dat dit dé uitgaansbu­urt was, waar ze voor of na het feesten nog een pita kwamen eten, die is ook voorbij. De Zillion is nu zelfs afgebroken, een discotheek als Café Local ook gesloten, en heel wat uitgaansca­fés zijn richting Eilandje verhuisd.” Maar zelf het Zuid verlaten, daar denken broers Mikaël (40) en Nofel Cetin (43) niet aan. “Dit is een van oudste pitazaken van de stad, we zijn beroemd om onze durum. Ons geheim? Dat zijn onze lekkere sausjes, maar ook ons pitavlees. Veel zaken gebruiken shoarmavle­es, een mix van verschille­nde vleessoort­en waaronder rund. Ons pitavlees is duurder in aankoop, want dat bestaat alleen uit lam en kalkoen, wat heel smakelijk, licht verteerbaa­r en sappig is. En daar verse groentjes bij… Zo krijg je een durum die niet op je maag blijft liggen, maar waarvoor je terugkomt.” Het Zuid heeft altijd wat de reputatie gehad chichivolk en m’astu-vumensen aan te trekken, maar bij Pita Ster komt gewoon iedereen over de vloer. “Van BV’s tot sportmense­n, maar ook een student met honger komt hier graag. En ook al hebben we vandaag minder publiek dan vroeger, ik geloof in het Zuid als wijk. Er zijn nu heel veel werken bezig, van de Leien tot de heraanleg van de Gedempte Zuiderdokk­en en de Scheldekaa­ien, maar eens die voorbij zijn, en het museum van Schone Kunsten weer opengaat, gaan wij opnieuw goede tijden beleven.” Vincent Morre, die vijf durums bestelt, is het volmondig met de broers eens. “Ja, het klopt. Het Eilandje is nu het nieuwe Zuid, dat is de place to be vandaag. Maar blijft dat duren? Nieuwe plekken komen, en ze gaan ook. Het Zuid, dat is een vaste waarde, ook al is het nu wat minder hip dan in mijn jonge jaren. Ik herinner me nog goed de eerste keer dat ik op het Zuid kwam, als kleine jongen met de Sinksenfoo­r. Later was dit voor mij en mijn maten onze uitgaansbu­urt, waar we kwamen feesten. En vandaag, ook al werk ik op het Eilandje, kom ik hier mijn durum halen en nergens anders. Ik niet alleen, he. Als de collega’s weten dat ik hier ’s middags een durum ga halen, willen ze dat ik er meebreng: voilà, straks stap ik hier buiten met vijf durums.” En als Vincent vandaag eens stapje in de wereld zet, dan doet hij dat ook op het Zuid. “Ik ben nu in de dertig, discotheke­n hoeven niet altijd meer. Een fijn uitgaansca­fé, zoals je hier op het Zuid vindt, dat is waar ik naartoe trek. Ik denk dat deze buurt wat te vlug afgeschrev­en wordt. Volgens mij komen er straks niet gewoon be- CATHERINE VERGOTE

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium