Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Grote steden geven minder snel leefloon dan kleine gemeenten
Antwerpse onderzoekers willen zelfde systeem voor iedereen én verhoging uitkeringen
In een grote stad als Antwerpen hebben mensen minder kans om een leefloon te krijgen. Dat komt omdat steden de regels strenger toepassen dan kleinere gemeenten.
Die conclusie komt uit het jaarboek over armoede en sociale uitsluiting van de Universiteit Antwerpen, dat maandag werd voorgesteld. “Het zijn de gemeenten die een leefloon toekennen. Hoewel er federale wetgeving is die bepaalt wie daarvoor in aanmerking komt, zijn er duidelijke verschillen per gemeente”, zegt onderzoekster Marjolein De Wilde (UAntwerpen).
“De verklaring daarvoor ligt voor een deel bij de leeftijd en de houding van de maatschappelijk werker die het dossier behandelt. Mensen die vaker in aanraking komen met aanvragen voor een leefloon, zijn wellicht iets kritischer. Onder meer als het gaat om de werkbereidheid van mensen zijn ze strenger. Dat vooral grote gemeenten strenger zijn, heeft te maken met het hogere aantal aanvragen dat ze krijgen”, vervolgt De Wilde.
Verder onder armoedegrens
De onderzoekster pleit voor het automatiseren van aanvragen voor een leefloon. “Een uniform systeem vermijdt afwijkingen. Nadien moeten maatschappelijk werkers deze mensen wel kunnen blijven begeleiden.”
Tijdens de voorstelling van het jaarboek werd nogmaals gepleit om het leefloon gelijk te stellen aan de armoedegrens. “Want op die manier zijn we de armoede van morgen aan het voorbereiden. Het aantal kinderen dat nu in een kansarm gezin geboren wordt, is enorm”, zegt Caroline Vermeiren, een van de samenstellers van het boek.
“Het leefloon voor een alleenstaande bedraagt 892,7 euro en ligt daarmee 222,3 euro onder de armoedegrens voor een alleenstaande. Die grens is vastgelegd op 1.115 euro. We stellen vast dat die kloof vorig jaar ‘slechts’ 216 euro was. Leefloners gaan er dus op achteruit”, zegt Vermeiren.