Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Huiselijk geweld blijft nog te vaak verborgen”
Huisartsen erkennen nut van nieuwe digitale tool
Vanaf 1 januari kunnen artsen online een training volgen om sneller intrafamiliaal geweld op te merken. “Zeer zinvol, want geweld binnen het gezin blijft delicaat, voor patiënten én voor artsen”, klinkt het.
Elke week zitten er in de wachtkamer van de dokter twee patiënten die slachtoffer zijn van intrafamiliaal geweld, maar hierover niet durven te praten. De algemene cijfers zijn alarmerend: een op de zeven Vlaamse gezinnen krijgt te maken met partnergeweld, ouderenmishandeling of mishandeling van kinderen.
Toch blijft intrafamiliaal geweld nog te veel onder de radar. Minister van Volksgezondheid Jo Vandeurzen heeft huisartsenvereniging Domus Medica de opdracht gegeven om een digitale tool te ontwikkelen die huisartsen alerter maakt.
“Niet alleen de slachtoffers zwijgen, ook artsen durven dikwijls niet doorvragen uit schrik om hun patiënt te bruuskeren”, zegt Linde Tilley, die voor Domus Medica de tool mee ontwikkelde. “Het e-learningprogramma, dat vanaf 1 januari voor de achtduizend Vlaamse huisartsen beschikbaar is, leert de dokters in de eerste plaats opmerkzamer te zijn voor de symptomen van intrafamiliaal geweld. Een fysiek letsel valt op, maar klachten zoals hoofd- en rugpijn, slaap- en eetstoornissen, angstaanvallen of – zoals bij kinderen voorkomt – ontwikkelingsachterstand of gedragsstoornissen, zijn veel moeilijker te verklaren. Het nieuwe e-learning-programma bevat behalve filmpjes waarin diverse gevallen worden getoond, ook oefeningen die artsen trainen in technieken om het onderwerp op een niet-veroordelende manier ter sprake te brengen en te durven doorvragen. Meestal wordt de spanning in een gezin door verschillende factoren getriggerd. De huisarts, die de context van zijn patiënten doorgaans goed kent, is de geknipte persoon om het geweld op te merken en stappen te zetten om het te doen stoppen.”
Kwetsbare buurt
Ann Bouchery is huisarts in een kansarme wijk in AntwerpenNoord. “Ik zie wekelijks gemakkelijk twee patiënten die risico lopen op intrafamiliaal geweld”, zegt ze. “Ofwel omdat er al een incident is geweest, ofwel omdat de gezinssituatie heel precair is. Onze groepspraktijk bevindt zich in een kwetsbare buurt met bewoners die kampen met problemen op alle gebied: financieel én psychosociaal. Dankzij het Omnio-statuut kunnen kansarme patiënten tegen een lage kostprijs bij ons terecht. Dat biedt het voordeel dat we hen veel zien, een vertrouwensrelatie kunnen opbouwen en zo een patroon in de klachten kunnen herkennen.”
“Toch ben ik er mij van bewust dat we slechts het topje van de ijsberg zien”, zegt Bouchery. “Er wordt nog veel gemaskeerd. Om de symptomen snel te herkennen, hebben wij vanuit onze groepspraktijk al bijscholing rond intrafamiliaal geweld gevolgd. Wij werken ook nauw samen met de cel CO3 van CAW Antwerpen, die zich specifiek richt op slachtoffers van huiselijk geweld. Deze nieuwe digitale tool is erg zinvol en belangrijk om de problematiek duidelijk te kunnen benoemen en snel in actie te komen.”
Schaamte
Ook dokter Monique Van Ocken, die 30 jaar een praktijk heeft in Broechem, erkent het belang van het e-learningprogramma. “Intrafamiliaal geweld is een onderwerp dat moeilijk bespreekbaar is. Vaardigheden aanleren om het thema bespreekbaar te maken, is zeker zinvol. Ik werk in landelijk gebied en kom er slechts sporadisch mee in aanraking. Niet dat intrafamiliaal geweld alleen in kansarme milieus voorkomt, maar in de hogere klassen blijft het helaas veel meer in het verborgene.”
Volgens de Antwerpse dokter Bart De Bruyker zijn rug- en hoofdpijn klassieke klachten die kunnen wijzen op huiselijk geweld. “Het is niet evident om de link te leggen. Vrouwen zijn vaak zeer loyaal naar hun partner toe en zijn soms te beschaamd om erover te spreken. En hoezeer we ook ons best doen, soms hebben we niet de tijd om er genoeg bij stil te staan. Maar het probleem is ernstig, zeker als er kinderen bij betrokken zijn. Dus ja, deze tool is zeer nuttig.”