Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Weggeven is het nieuwe gratis
Weggeven, delen, ruilen… Duurzaamheid en solidariteit gaan anno 2018 hand in hand. “Ook de sociale factor is belangrijk”, zegt opbouwwerker Patrick Vinck (51). “De ontmoeting tussen gever en ontvanger zorgt voor een warm gevoel. Dat maakt het verschil tus
b
Gratis, dat was eind jaren 90 onder de betreurde politicus Steve Stevaert het toverwoord. Vandaag is weggeven het nieuwe gratis. “Ik herinner me nog goed het eerste weggeefinitiatief in Antwerpen”, zegt Patrick Vinck van vzw Samenlevingsopbouw Antwerpen stad. “Dat was een weggeefkast op de Dam, die stond gewoon buiten op straat. Je kon er iets inzetten wat je niet meer nodig had, en of iets uithalen wat je kon gebruiken. Het idee daarvoor kwam toen uit Brussel overgewaaid.”
Het weggeefidee verspreidde zich als een lopend vuurtje door Antwerpen. “Met ook heel creatieve ideeën, zoals boekenkastjes die buitenstonden, zodat je boeken kon weggeven of gratis meenemen.”
Een mooi idee, maar mooie liedjes duren niet altijd lang. “Wat je buiten op straat zet, is toch erg kwetsbaar: een vandaal vernielt het, of steekt het in brand. Zo is de weggeefkast op de Dam aan haar einde gekomen. Of iemand laat er gewoon afval in achter, in plaats van iets waardevols als een boek of een stuk speelgoed. Dat creëert veel frustratie bij de mensen die het goed menen. En het zorgt ervoor dat zulke mooie projecten vaak snel uitdoven.”
Kast met openingsuren
Maar de vlam van de weggeeftrend was niet zo snel te doven. “We zetten onze weggeefkast nog wel buiten op het plein in de zomer, maar ze heeft wieltjes gekregen. In de winter rijden we ze binnen in het buurtcentrum De Wijk. En ze heeft openingsuren gekregen. Als iedereen er de hele dag toegang tot heeft, wordt het vlug een rommeltje en kunnen we ook de kwaliteit van wat er wordt ingelegd niet controleren. Palmyre, die al 22 jaar als vrijwilligster bij ons werkt, is de bewaarengel van de kast. Een jas die we krijgen, maar waaraan een knoop ontbreekt, die legt ze apart zodat die in ons repair café een nieuwe knoop krijgt.”
In haar rode weggeefkastboek houdt Palmyre Dumont (76) het allemaal bij: wie er in haar kast iets legt of haalt. “Werkt een toestel nog? Is het speelgoed proper? Is dat spelletje volledig? Ik kijk dat allemaal na. Er komen gemiddeld acht tot tien mensen op een halve dag langs. Elk jaar, eind januari, ga ik zelf door mijn kleerkast en wat ik de voorbije twee jaar niet meer gedragen heb, dat geef ik weg via onze kast. Ik heb ook al een mooi lampje en een goede mixer gevonden dankzij de kast. Wie hier langskomt, mag drie stuks kiezen. En wie zelf een zak spullen meebrengt voor onze kast, mag er vier kiezen.”
Zo wordt het ook een ruil- of deelkast, aldus Patrick Vinck. “Je ziet soms dat mensen met hun kinderen langskomen om kleren of speelgoed dat ze niet meer nodig hebben te brengen, en nieuwe spullen voor de kinderen te kiezen, die dan uiteindelijk ook weer hun weg terugvinden naar de kast, eens de kinderen die ontgroeid zijn. Zo krijg je een cirkel van geven en krijgen, van solidariteit, maar ook van duurzaamheid.”
Library of Things
Het succes van de kast inspireerde Patrick en zijn team ook tot een nieuw deelinitiatief, dat dit voorjaar uit de kast zal komen. “We zijn aan het werken aan een materiaalkast, waar ladders, boren, maar ook een verkleedkist voor een verjaardagsfeestje in kan zitten. Ik heb me laten inspireren door de ‘Library of Things’ in Engeland. Dat staat op een plein en is bedoeld voor zaken die je maar een paar keer per jaar nodig hebt.”
Ladders, boren… dat wordt een grote kast, als dat daar allemaal in moet passen. “We zullen inderdaad iets groter nodig hebben dan een gewone kast, dus zijn we aan het denken aan een container of werfkeet, zo eentje waar de werkmannen hun boterhammen in opeten. Dat is mobiel, maar ook groot en robuust genoeg, en kan je veilig afsluiten tegen vandalen. We zijn ook in de buurt aan het rondhoren welke klussers graag een woordje uitleg bij het gebruik willen geven. Want klussen, dat is iets wat de generatie van vijftigplussers nog in de vingers heeft. Maar de jongere generatie, ook de dertigers en veertigers, die zijn daar toch minder handig in, mer- ken we.”
Om hun ‘Library of Things’ te vullen, rekenen ze op mensen die iets willen weggeven. “Een hogedrukreiniger die je niet gebruikt, een ladder op overschot, een verkleedkist die stof staat te vergaren… daar kan je ons een groot plezier mee doen.”
Leren geven
Het plezier van krijgen maar ook van ge-
PATRICK VINCK Vzw Samenlevingsopbouw “We werken aan een deelmateriaalkast, waar ladders, boren, verkleedkleren of andere dingen die je maar een paar keer per jaar nodig hebt in kunnen zitten.”
RUTH VANREUSEL
De Roma “Misschien moeten we in de toekomst ook na de feestdagen een weggeefmarkt organiseren, voor wie met foute cadeaus zit en daar graag iemand anders gelukkig mee wil maken.”
ven, dat wil Gitte van Tilborg (34) meegeven aan Silas (5) en Nova (3). “Op school hadden ze laatst een speelgoedmarktje, waarvoor ze oud speelgoed hebben uitgezocht om aan een ander kindje te kunnen doorgeven. Vandaag hebben ze hier op de weggeefmarkt in De Roma speelgoed van andere kindjes gekregen. Ik vind het belangrijk dat ze leren dat niet alleen krijgen maar ook geven leuk is. Dat je leuke dingen gewoon kunt doorgeven, zodat die een nieuw leven krijgen.”
Ook Brigitte Darmoise (52) is geen grote fan van de consumptie- en wegwerpmaatschappij. “Het moet niet nieuw zijn om leuk te zijn”, vindt ze. Aan de lachende gezichten van haar zonen Moïses (13) en Gabriel (12) te zien geven ze hun moeder gelijk. “Ik heb hier servies gevonden om in mijn restaurant te gebruiken en de zonen wat spullen om mee te spelen. Al wordt het nu ze wat ouder zijn wel moeilijker: een nieuwe smartphone of iPad, liefst het laatste model… Ja, dat willen ze natuurlijk nog liever hebben. En iets nieuws, dat heb je soms nodig. Maar niet alles wat je in huis haalt moet nieuw zijn. Het is beter voor het milieu als we ook hergebruiken.”
Bakfiets vol cadeaus
De weggeefmarkt in De Roma in Borgerhout kent een beetje dezelfde regels als de weggeefkast. “Je mag maximum drie items per persoon mee naar huis nemen”, zegt Ruth Vanreusel, verantwoordelijk voor de publiekswerking bij De Roma. “We organiseren de markt onder de noemer ‘Goe Gegeven’ net voor de feestdagen, zodat wie de kast wil leegmaken voor nieuwe cadeaus zijn oude spullen hier kan weggeven. En wie op zoek is naar een leuk gratis cadeau kan hier zijn hart ophalen. Met achthonderd bezoekers trekt de weggeefmarkt steeds meer volk. Misschien moeten we in de toekomst er ook eentje na de feestdagen organiseren, voor wie met foute cadeaus zit en daar graag iemand anders gelukkig mee wil maken.”
Weggeven kan vele vormen aannemen. “Dit is onze weggeefbike”, zeggen Mika Roppe (28) en Mattia De Pauw (30) van Samenlevingsopbouw. “Tijdens de zomer vullen we hem met leuke spullen en rijden we door de stad, naar pleinen of speelpleinen. De kinderen komen meestal het eerst op ons afgelopen, om te kijken wat er in de bakfiets zit. Die zien ons graag komen.”
In de weggeefbike kunnen beertjes en spelletjes zitten, maar ook een plaat van Julio Iglesias of een boek voor ma of pa. “Het is heel divers en door de mobiliteit van onze bakfiets kunnen we ook een heel divers publiek laten kennismaken met het concept”, zegt Mika Roppe. “We hebben ook weggeefwinkels en weggeefkasten op andere, vaste locaties. Maar met de bakfiets komen we naar de mensen toe, dat is het meest laagdrempelig. Mensen leren ons kennen, met een leuke babbel erbij. Dat is erg leuk om te doen.”
Soms kan Mika zelf moeilijk aan de verleiding weerstaan om iets mee te nemen. “Strips, zeker oude comics… daar heb ik een zwak voor. Dat is niet alleen leuk voor de kinderen om te lezen”, lacht hij. “In de winter is het minder praktisch om rond te fietsen, de spullen uitstallen in guur weer is geen optie.”
Time dollars
Wintertijd of zomertijd: tijd is wat je kan weggeven bij Buurtijd, een bijzonder initiatief in Berchem. “Tijd is het kostbaarste wat we hebben”, zegt Erica van Hylckama, the-
FOTO ROBBIE DEPUYDT atermaakster en oprichtster van Buurtijd in Berchem. “Vraag iemand hoe het is en ze antwoorden ‘druk, druk, druk!’. In Amerika bestaan time dollars, wij werken met buurtijd. Een tijdmunt die je niet in euro’s kan uitdrukken.”
Meer dan 240 mensen en 27 organisaties, voornamelijk uit de buurt van Berchem, hebben zich ingeschreven bij Buurtijd. “Omdat ze iemand zoeken die een uurtje kan langskomen om een paar kaders op te hangen, een muurtje te schilderen, een zolder te helpen opruimen… Er zijn zo veel dingen die blijven liggen omdat je er niet de tijd voor vindt. Langs de andere kant heb je mensen die handig zijn en anderen graag helpen. Wat kleren repareren, je hond uitlaten, een kind even helpen bij het huiswerk… Het zijn vrienden- en buurdiensten die in een stad niet altijd vanzelfsprekend zijn.”
Bij Buurtijd wordt het makkelijker om hulp te vragen. “Je hebt familie en vrienden, maar daarbuiten durf je eigenlijk niet goed vragen om een helpende hand. Niet iedereen heeft een groot netwerk waar hij een beroep op kan doen. Buurtijd is een groot buurtnetwerk. Wie iemand anders helpt, krijgt daar een ‘Buur’ – zo heet onze tijdmunt – voor terug. Eén uur is één Buur, maar dat is geen vaste regel: als iemand heeft staan spitten in je tuin onder de blakende zon, mag je die gerust wat meer geven.”
Jongen van vijftien
Het doet wat aan LETS denken, een ander ruildienstensysteem. “LETS werkt via een online aanbod, bij ons wordt alles persoonlijker geregeld. Mensen laten me weten wat ze zoeken of aanbieden, en ik zoek een goede match. Negen vragen op de tien kan ik zo invullen. En wat mensen het langst onthouden? Dat is niet wat de ander deed, maar de leuke ontmoetingen. Ja, zelfs vriendschappen die ze eraan overhouden. Dan krijg ik telefoon: kan je Lorenzo nog eens sturen? Daar klikte het zo goed mee… Nee, Buurtijdkoppels zijn er nog niet ontstaan. Maar de sociale cohesie in de buurt versterk je er wel heel erg door.”
Met zo’n vijftig transacties per week zorgt Buurtijd Berchem voor veel tijd die gratis wordt gegeven. “Wie geen tijd te geven heeft, kan ook iets materieels – van yogamat weggeven tot ladder uitlenen – aanbieden. Naast tijdmunten krijg je voor wat je biedt appreciatie en nieuwe ontmoetingen terug. Dat voelt anders dan ‘iets gratis doen’.”
De helft van de leden staat sterk, de andere helft is zwakker, op financieel of sociaal vlak, of door ziekte. “Wat me opvalt is dat de zwakkeren niet altijd het meeste vragen. Zij willen net de kans krijgen om iets te geven. Een kostwinner die kanker heeft gekregen, maar op goede dagen toch graag iets wil doen voor anderen. Iemand die geen werk vindt, maar graag zich nuttig maakt. Ons jongste lid is een jongen van vijftien. Hij wast graag af op feestjes, bijvoorbeeld. Hij heeft nog niks teruggevraagd. Maar als hij ooit iemand zoekt om te helpen bij wiskunde, er zijn genoeg leerkrachten in ons netwerk die hem een uurtje uitleg kunnen geven.”
De leukste vraag die we al hebben gekregen? “Dat was een school die een zwartepiet zocht. Wie wil inschrijven, is welkom op onze volgende Buurtijdbijeenkomst, op dinsdag 6 februari”, besluit Erica van Hylckama.
Morgen deel 3:
Druk, druk, druk! Print is not dead in Antwerpen