Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Daar zijn de sportbeha’s
Een primeur voor KV. De spelers dragen op stage voor het eerst sportbeha’s tijdens de training – netjes verstopt onder de shirts. Stijn Lintermans, sinds dit seizoen bij de medische staf en vooral physical coach, analyseert de data die de beha aanlevert. “Hartslag, afgelegde meters, sprintsnelheid, looplijnen, sprongkracht: er worden heel wat zaken gemonitord”, vertelt Lintermans. “We werkten al met de Polaruurwerken om de hartslag te meten, maar die gratis app haperde al eens. Met dit gpssysteem van JOHAN Sports is de registratie vlotter en krijgen we veel meer info. KV had al heel veel kennis in huis, met ook assistentcoach Sven Swinnen, mijn mentor op vlak van voetbalconditie. Nu krijgen we er zwart op witte cijfers bij.”
De bedoeling is om aan blessurepreventie te doen, om te vermijden dat spelers te veel in hun hogere hartslagzones gaan en overbelast worden. En uiteraard om de conditie te optimaliseren. “Op basis van de data kunnen we de dagelijkse en wekelijkse load verhogen of verlagen, ook tijdens de revalidaties. De kines, Bart De Bruyn en Dieter Devaere, die ook mee zijn in het verhaal, kunnen de spelers dan alarmeren om het rustiger aan te doen, zoals de jonge gasten nu op stage. Of om een tandje bij te steken.”
Dankzij de sportbeha’s kan de medische staf beter evalueren én motiveren. “We zien nu veel beter in hoeverre de spelers hun winterprogramma gevolgd hebben, het is onmogelijk om de kantjes er nog af te lopen. Plus: het werkt motiverend. De gasten krijgen dagelijks hun rapport, zo komt er een soort competitie in de kern. Ze zijn erg enthousiast.”
Ook clubdokter Robin Vanhoudt, die samen met de kines en Lintermans het ‘performance team’ vormt, is blij dat KV met dit systeem is begonnen, in navolging van heel wat eersteklassers. “Het bestuur kon de middelen eindelijk vrijmaken – goedkoop is het niet – en daar zijn we dankbaar voor. Dit verhaal moet nog groeien. Op termijn moet de stem van de physical coach nog veel zwaarder doorwegen. Maar dat kan alleen als hij een meerwaarde biedt en daar zijn we volop mee bezig.”