Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“De ene groep kan een breekijzer zijn voor de andere”
Willem ‘Blackwave’ Ardui slaat de brug tussen hiphop en fluisterpop
Er zijn wel meer artiesten die een muzikale solozijsprong maken, maar bij weinigen is die spreidstand zo breed als bij de Antwerpse songwriter Willem Ardui (20). Hij combineert de funky, Engelstalige hiphop van Blackwave met een gevoelig Nederlandstalig popproject. ‘We dwalen samen rond/in de stad van mijn hoofd/als het anders kon/als het anders kon’ klinkt het in Beziel me, de nieuwe single van songwriter Willem Ardui. Daarna gaat een gevoelig gitaartje over in een koele electroontsporing. Het is eens wat anders dan ‘Big
dreams/big smiles/big times’ en de door funky blazers gedreven hiphop waarvoor de 20-jarige Antwerpenaar garant staat bij Blackwave. Met spitsbroeder Jean Atohoun scoorde dat hiphopproject het voorbije jaar twee StuBruhits: Big Dreams en Elusive.
Op de rand van de muzikale doorbraak staan met een hiphopband en dan de focus verleggen naar een Nederlands
talig fluisterpopproject: geen wonder dat je in dat nieuwe nummer vraagt: “Wat bezielt me?”
Eigenlijk was het altijd de bedoeling dat mijn soloproject gelijk zou lopen met Blackwave. Eerst dachten we zelfs dat de single Morse (die begin 2017 vooral op
Radio 1 airplay kreeg, red.) de weg zou plaveien voor Blackwave. Dat kon dan ‘het zijproject van Willem Ardui’ zijn (lacht). Uiteindelijk is het anders gelopen, omdat ik lang in de knoop zat met dat eigen project. Maar nu Blackwave qua releases even op een lager pitje staat, kon ik dat weer lanceren. Op die manier geven beide projecten elkaar ademruimte.
Het is een techniek waarop wel meer artiesten zich beroepen: zowel Balthazar (Warhaus, J.Bernardt, Zimmerman) als Bazart (Warhola, Felix Pallas) struikelen over de soloprojecten, en als Ed Sheeran geen soloplaat uit heeft, levert hij gastverzen voor iedereen die hem hebben wil.
Dat is deels een kwestie van inspiratie: groepsdynamiek kan louterend werken voor het schrijfproces, maar veel mensen hebben ook de nood om iets volledig uit zichzelf te maken. Daarnaast kan de ene act ook als breekijzer voor de andere werken. Ik merk dat er heel anders op mijn soloproject gereageerd werd toen ik het aan radiozenders ging voorstellen vóór het succes van Blackwave. Andersom werkt het ook: op Blackwave-shows kwamen mensen me al zeggen dat ze daar terecht kwamen via mijn solo-werk.
Rest de vraag: wat gebeurt er als je dé melodie bedenkt? Wie krijgt die dan?
Het is gek: voor mij liggen beide projecten muzikaal niet zo ver uiteen. Morse was eigenlijk ontstaan als beat voor een hiphoptrack, tot ik plots een inval kreeg voor een Nederlandse tekst. En If I van Blackwave kon perfect een Nederlandstalige popsong geworden zijn.
Voorlopig werkt Blackwave meer rond een beat, terwijl mijn solo-nummers eerder vertrekken vanuit een gitaar. Doorgaans wordt het dus wel vanzelf duidelijk in welke sfeer een song valt. Ik ga dus proberen om te blijven vertrouwen op mijn oordeel. En als Jean het maar niets vindt, is het ook meteen duidelijk (lacht).