Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Na de pingpong-, nu de puckdiplomatie
Noord en ZuidKorea vormen samen één olympisch Ijshockeyteam. Sportdiplomatie? “Nee, Seoel gaat plat op de buik voor Pyongyang.”
Helemaal verrassend is het niet, maar het blijft opmerkelijk: Noord- en Zuid- Korea zullen zich over drie weken (9 februari) als één team presenteren op de Winterspelen in Zuid-Korea. Er komt ook één gezamenlijk ijshockeyteam bij de vrouwen en Noord-Korea stuurt honderden ‘cheerleaders’ om de sporters aan te moedigen.
De afspraken zijn het resultaat van het diplomatieke overleg dat de twee Korea’s tien dagen geleden begonnen in het grensdorp Panmunjeom. Al bij de derde ontmoeting bereikten de twee landen dit akkoord. Dat blijft opvallend. Het voorbije jaar dreigde de NoordKoreaanse president Kim Jong-un verscheidene malen Zuid-Korea militair te vernietigen, mochten de Amerikanen zijn land aanvallen.
Meteen duikt de term sportdiplomatie op. Zullen – 45 jaar na de pingpongdiplomatie van Mao en Nixon – ditmaal de ijshockeypucks de militaire en diplomatieke hoogspanning uit de Koreaanse lucht halen? Want als twee gezworen vijanden toestaan dat hun sporters samen een ploeg vormen, geeft het toch aan dat de politieke leiders druk van de ketel willen halen?
Geld voor een glimlach
Remco Breuker, Korea-specialist aan de universiteit van Leiden, heeft daar grote bedenkingen bij. “Eerst en vooral heb ik het begrip sportdiplomatie nooit erg goed begrepen”, zegt hij. “Maar als het betekent dat de ijshockeyers het conflict zullen helpen oplossen, dan zeg ik dat dit niet zal lukken. De bondgenoten van Zuid-Korea – de VS op kop – zijn het er immers niet mee eens.”
Japan reageerde gisteren meteen negatief. Minister van Buitenlandse Zaken Yohei Kono waarschuwde dat de wereld niet naïef moet zijn over het Noord-Koreaanse charmeoffensief. Hij sprak vanuit Vancouver, waar twintig landen zich buigen over de vraag of de sancties tegen Noord-Korea moeten worden verscherpt, om het land ertoe te bewegen zijn kernwapenarsenaal op te geven. “Dit is niet het moment om de druk te verlichten of om Noord-Korea te belonen”, aldus Kono.
Daar is Breuker het mee eens. “Dat het allemaal zo snel gaat, komt omdat Zuid-Korea het zo graag wil. Het betaalt heel veel geld – alle kosten van Noord-Korea worden betaald – voor een glimlach uit het noorden.”
Apartheidsregime
Het gevolg van deze sportieve stunt is wel dat het Noord-Koreaanse regime meer geloofwaardigheid krijgt. “Op dat vlak werkt deze vorm van sportdiplomatie wel. Kim Jong-un komt hier als grote winnaar uit. Seoel behandelt hem nu als een acceptabele partner en dat verdient hij niet”, zegt Breuker. “De wereld moet dit Noord-Koreaanse regime behandelen zoals het ZuidAfrikaanse apartheidsregime. Dat verdient het, niet omdat het kernwapens wil hebben, maar omdat het concentratiekampen voor zijn eigen bevolking organiseert.”
Het is niet de eerste keer dat Noord- en Zuid-Korea elkaar op sportgebied tegemoetkomen. Begin jaren negentig stelden ze samen een jeugdvoetbalploeg op. Ook recenter waren er sportieve verbroederingen. Bij de Winterspelen van 2006 in Turijn liep een Noord-Koreaanse kunstschaatser naast een Zuid-Koreaanse schaatsster het stadion in. Ze droegen de gezamenlijke Koreaanse vlag: een witte drapeau met daarop de contouren van een lichtblauw herenigd Korea.
Uiteindelijk brachten die projecten niet de grote verzoening. Waarschijnlijk zal het ditmaal niet anders zijn. En dan blijft de
vraag waarom de Zuid-Koreaanse president Moon Jae-in zich zo toegevend opstelt tegenover Kim Jong-un. Heeft hij zijn buik vol van de dreigementen van de Amerikaanse president? Of is hij echt bang dat Noord-Korea zijn land aanvalt?
“Beide zaken spelen zeker een rol”, zegt Breuker. “Alhoewel hij het erg slim speelt tegenover Trump, willen hij en zijn belangrijkste adviseurs af van de Amerikaanse bemoeienissen. Het liefst nog willen ze de Amerikaanse militairen het land uit en hopen ze nog altijd op een grote hereniging van het Koreaanse volk.”
De vervelende consequenties neemt Moon Jae-in erbij. “Vluchtelingen uit Noord-Korea, ook prominenten, worden onder druk gezet om te zwijgen over het Noord-Koreaanse regime. Moon Jae-in is een mensenrechtenadvocaat, dat maakt het alleen maar wranger.”