Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik ben Kittel niet, maar ik kan ook veel winnen”
Elia Viviani bezorgt Quick.Step eerste seizoenszege, maar wil niet vergeleken worden met voorganger
Zo, de kop is eraf voor Elia Viviani. De 28jarige Italiaan wil dan misschien niet vergeleken worden met voorganger Marcel Kittel, maar Patrick Lefevere verwacht wel dat hij de zegekaper van Quick.Step wordt dit seizoen. Die eerste winst in de derde rit van de Tour Down Under – zijn vijftigste profzege – is alvast een opsteker. “Dit team is op mijn leeftijd het beste wat mij kon overkomen.”
Proficiat: vierde koers van het seizoen en meteen bezorg je Quick.Step een eerste zege.
“Daarvoor ben ik naar hier gekomen. Ik wilde zo snel mogelijk winnen. In het criterium en de eerste twee ritten was het nog wat aanpassen, ook met mijn treintje. Maar nu ging het perfect.”
“Als Kittel vijftien zeges kan behalen op een seizoen, dan kan Viviani dat ook”, zei Patrick Lefevere bij je transfer. Dus nog veertien te gaan.
“Mooi dat hij dat zegt, maar dat zorgt wel voor druk. Maar als je een leider wil zijn, moet je die verantwoordelijkheid durven aangaan. Liever dat dan dat hij denkt dat ik een tweederangsspurter ben. Patrick gelooft honderd procent in mij. Ik heb negen keer gewonnen vorig jaar en werd tien keer tweede. Dus dat getal is zeker niet onmogelijk. Hoe hoger je de lat legt, hoe beter. Maar zelf ga ik er geen getal op plakken. Ik ben Kittel niet en wil ook niet met hem vergeleken worden. Ik ben niet de beste spurter ter wereld. Als je Kittel in de Tour zag spurten: hij heeft meer power dan de anderen, hij kan zich zelfs een positiefoutje veroorloven. Ik niet. Maar als ik geen fout maak en prima in conditie ben, dan kan ik ook veel winnen.”
Je hebt in ieder geval zijn spurttrein geërfd en er Michael Morkov bijgekregen.
“Ja, dat is een luxe. Sabatini, Morkov… Voor het eerst heb ik een echte trein die heel het seizoen aan mij gekoppeld wordt. Een spurter bij Quick.Step is een echte kopman. En eigenlijk kan tachtig procent van het team bijspringen in de trein. We doen het als team, dat is de sterkte van Quick.Step. Op het trainingskamp in Calpe in december voelde ik mij meteen thuis. Dit is een team waar ik kan schitteren. Alleen voor Quick.Step wilde ik Team Sky verlaten, omdat ik nu klassiekers én grote rittenkoersen kan rijden.”
Je droomt van Milaan Sanremo, niet?
“Die koers ligt mij. Ik werd vorig jaar negende. Dat stelt niks voor, maar voor mij was dat een enorme vooruitgang. De Elia die in het najaar Hamburg en Plouay won, dat is de Elia die ik wil zijn. En dan kan ik Milaan- Sanremo winnen. De transfer naar Quick.Step komt ook op een ideaal moment. Op mijn 28ste kom ik nu in mijn beste jaren, fysiek en mentaal. Ik voel mij op dit moment op de juiste plaats om te schitteren.”
Maar ook Gaviria, Gilbert en Alaphilippe mikken op Milaan Sanremo.
“Dat is toch prima? Het belangrijkste is dat we met vier in de eerste groep over de Poggio geraken en dan zien we wel. Er zullen niet veel ploegen zijn die de luxe hebben. In Vlaanderen mik ik op Gent Wevelgem. Ik rijd het Belgisch openingsweekend niet. Na de Down Under ga ik naar de Ronde van Dubai en Abu Dhabi en daarna volgt Parijs - Nice of Tirreno Adriatico. Om dan top te zijn in Milaan Sanremo. Ik weet ook nog niet of ik de Scheldeprijs rij. Die koers ligt niet ideaal, zo tussen mijn twee grootste doelen dit seizoen: Milaan - Sanremo en de Giro.”
En de Tour? Die wil je toch ooit rijden? Kittel vertrok omdat hij niet zeker was dat hij in 2019 de voorkeur zou krijgen op Gaviria.
“Ja natuurlijk. Maar eerst presteren in de Giro dit seizoen. Na mijn olympische titel kent iedere Italiaan mij nu. Ik wil bewijzen dat ik meer dan één rit kan winnen. Of ik dit jaar ook de Vuelta rij, weet ik nog niet. Ik heb vorig jaar bewezen dat die klassiekers in het najaar mij liggen, en die worden gereden tijdens de Vuelta.”
Je past ook voor het WK baanwielrennen eind februari in Apeldoorn.
“Ja, ik denk pas volgende winter weer aan de piste. Maar vergis je niet, ik wil mijn olympische titel verdedigen in 2020 in Tokio. Ik blijf ook trainen op de piste. Ik heb hier in Adelaide zelfs op de piste gereden. Het blijft de beste training om snel te kunnen rijden op de weg.”