Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Utrecht twijfelt drie jaar na invoering over nut lageemissiezone
In Utrecht is grote twijfel ontstaan over de efficiëntie van hun milieuzone, of lage-emissiezone (LEZ) zoals wij het hier noemen. De oorzaak is een recent onderzoek waaruit blijkt dat deze milieumaatregel niet het verhoopte resultaat oplevert. De Nederlandse stad voerde twee jaar eerder dan Antwerpen een LEZ in. Dieselwagens met een bouwjaar van voor 2001 mogen het stadscentrum niet meer in. De controle gebeurt aan de hand van kentekenherkenning door camera’s, net zoals in Antwerpen. Opmerkelijk is nu dat de gemiddelde concentraties aan stikstofdioxide, ultrafijn stof en roet het jaar na de invoering juist is toegenomen. Op sommige plekken was de luchtkwaliteit zelfs kritiek. De LEZ gecombineerd met de snelheidsverlaging gaf volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu een zeer beperkte verbetering van de leefkwaliteit. Het weren van dieselwagens zou 5% minder gezondheidsklachten geven en de snelheidsbeperking 7%. Echte resultaten zouden er pas komen als heel de stad autovrij wordt gemaakt. De gezondheidsklachten dalen dan met 29%. Volgens het stadsbestuur zou de verslechterde luchtkwaliteit vooral een gevolg zijn van de weersomstandigheden, zoals temperatuur en overheersende windrichting. Zo zou onder meer het fijn stof vooral van buiten de stad komen. In de gemeenteraad van Utrecht is nu de twijfel toegeslagen over de lage-emissiezone. “Het is niet aan te tonen dat de milieuzone werkt”, zegt CDA-fractieleider Sander van Waveren. “De vraag die je moet stellen: staat de beperking die je de mensen oplegt in verhouding tot de milieuwinst?” Toch verdedigt het stadsbestuur de maatregel. Ze wijzen naar Duitsland, waar er grotere en strengere milieuzones zijn. Er komen ook extra maatregelen. Alleen bestelbusjes zonder uitlaatgassen mogen na 2025 nog in de binnenstad en bussen moeten over tien jaar elektrisch rijden. Er dreigt ook een verbod op houtkachels en vuurkorven.