“Neen, het WK zal geen obsessie worden”

TOPFAVORIET MATHIEU VAN DER POEL kraakt (opnieuw) en begint stilaan Sven Nyscomplex te krijgen

De vraag was niet óf Mathieu van der Poel in eigen land wereldkampioen zou worden, wel met hoeveel voorsprong hij zou winnen. Liep dat even anders voor de heerser van het veld dit seizoen, die zijn grote rivaal Wout van Aert voor de derde keer op rij zag triomferen “Ik heb er geen verklaring voor. Dit doen pijn, maar het WK zal geen obsessie worden.”

Het hele seizoen reed hij op revanche na het missen van de regenboogtrui vorig jaar in Bieles. Die lekke banden, weet je wel. Dat gevoel leverde dit seizoen al 26 zeges op voor Mathieu van der Poel en de wereldtitel in Valkenburg moest de echte, ultieme wraak worden. Maar in de tweede ronde moest de 23-jarige Nederlander, de man die er bijna in elke cross dit seizoen van in de eerste ronde vandoor ging, Wout van Aert al laten rijden.

“Ik heb er geen verklaring voor”, zei Van der Poel. Ditmaal waren er geen tranen zoals vorig jaar, al was hij duidelijk zwaar ontgoocheld.

“Vorig jaar verloor ik door pech. Ik was de beste en had altijd moeten winnen. Nu was er gewoon iemand beter. Veel beter eigenlijk. Ik ben geklopt op mijn waarde. Ik weet niet hoe dat komt. Ik denk niet dat ik iets fout deed, maar ik was niet in mijn gewone doen. Als je ziet hoe ver ik achter zit, dat is niet normaal. Ik had op zijn minst in Wouts wiel moeten kunnen blijven. Maar de benen wilden niet mee.”

Stress

Van der Poel kon gisteren alleen maar verliezen. Die stress om het voor eigen volk af te maken speelde hem blijkbaar toch parten. Net zoals op het WK voor beloften in Hoogerheide in 2014. Ook toen moest hij – de grote topfavoriet – tevreden zijn met brons. O ironie: Van Aert won toen ook voor Michael Vanthourenhout.

“Stress heeft hier niks mee te maken”, reageert de Europese kampioen. “Ik was zeer relaxed. Ja, het WK is een speciale wedstrijd. En dat ik drie keer op een rij werd geklopt, doet pijn. Maar ik denk niet dat de wereldkampioenschappen een obsessie zullen worden. Ik was hoe dan ook de beste crosser dit seizoen. Ik wilde zo veel mogelijk winnen en dat is gelukt. En ik zal dat blijven doen. Die dertig zeges wil ik echt behalen. Het gebeurt veel hé, dat de renner die het seizoen domineert geen wereldkampioen wordt. Vraag maar aan Sven Nys.”

Van der Poel bouwde ook minder rustpauzes in dan Van Aert, die na het BK alleen trainde en croste met het WK als enige doel.

“Ik heb echt niet te veel wedstrijden gereden”, zegt de Nederlander. “Ik had ook niet het gevoel dat mijn vorm minder werd, integendeel. Ik ben nooit vermoeid geweest. Ik vond mij zelfs sterker in de tweede seizoenshelft dan in de eerste. Dat is de reden niet. Ik heb nu zelfs het gevoel dat ik nu nog dertig wedstrijden kan rijden, ik zit niet te snakken naar het einde. En ook de voorbereiding naar dit WK liep zoals het moest. Ik heb gedaan wat ik wilde en ik was er echt klaar voor. En ook al won ik niet: niemand zal al mijn zeges dit seizoen vergeten.”

Tijdens die 26 zeges dacht Van der Poel constant: ik had deze moeten

winnen in de regenboogtrui. Wat volgend seizoen?

“Neen, je moet het loslaten. Het verlies in Bieles bleef lang nazinderen, maar nu was het anders. En neen, ik zal het volgend seizoen niet anders aanpakken. Ik zal weer het hele veldritprogramma afwerken. Ik rij hierna maximaal tien mountainbikewedstrijden, waarvan zes wereldbekers. Dat is niet zwaarder dan vorige zomer. Om daarna weer zo veel mogelijk

zeges in het veld na te jagen.”

Foutje gemaakt

Van der Poel leek zelfs van het podium te tuimelen toen Toon Aerts hem nog bijbeende, maar in de slotronde kreeg hij plots een opflakkering.

“Toen ik in de tweede ronde een foutje maakte en daarna niet kon terugkeren naar Wouts wiel, had ik het mentaal moeilijk. Maar ik kon het niet laten gebeuren dat er hier in mijn land drie Belgen op het podium zouden staan. Het publiek was ook fantastisch en heeft mij erdoor gesleurd. Ik wilde echt op dat podium staan. Ik heb al eens de fout gemaakt om dat te laten schieten in Zolder (in

2016, red.). Dat wilde ik niet weer laten gebeuren.”

Misschien volgend jaar het WKparcours eens niet laten uittekenen door Adrie van der Poel? Ook in Zolder en Bieles hielp de papa van Mathieu aan de bouw en het werkt blijkbaar averechts.

“Mijn vader wil altijd het mooiste parcours maken en dat heeft hij nu ook gedaan. De weersomstandigheden blijven de belangrijkste factor. Het was toch een epische omloop. Er waren misschien iets te iets te veel loopstroken, maar ik heb daar dit seizoen veel op getraind. Voor het eerst probleemloos, omdat ik geen knieproblemen had. Ik loop beter dan ooit. Dat was het probleem niet.”