Veelverdieners Vlaamse mandaten moeten inleveren

Regering zet schaar in hoge vergoedingen

De Vlaamse regering zet de schaar in de vergoedingen van bestuurders van 24 overheidsorganisaties. Dat ministerpresident Geert Bourgeois daarmee ook enkele bestuurders met een NVAstempel viseert, maakt niet uit.

De bestuurders van 24 Vlaamse overheidsorganisaties zullen het met wat minder moeten doen. De Vlaamse regering heeft beslist om hun vergoedingen te beperken. Daarvoor beroept ze zich op een studie die ze besteld heeft bij hrdienstverlener Hudson. Die hield de vergoedingen van 200 organisaties onder de loep.

Uit het rapport blijkt dat de meeste overheidsorganisaties zich helemaal niet vergalopperen, benadrukt Vlaams minister-president Geert Bourgeois (N-VA). De 24 die dat wel doen, zullen zich nu moeten schikken aan de nieuwe regels. Voorzitters vallen voortaan in drie schalen: voor kleine organisaties 5.000 euro per jaar, voor middelgrote 9.000 euro en voor de grote 13.000 euro. De andere bestuurders moeten het doen met de helft.

Partijkleur doet er niet toe

Opmerkelijk is dat Bourgeois daarmee in de portefeuille zit van enkele grootverdieners met een N-VA-signatuur. Zo krijgt de voorzitter van de raad van bestuur van het Vlaams Energiebedrijf, Bart Huybrechts, net geen 30.000 euro, terwijl Hudson 5.000 euro genoeg acht. Ook Mark Descheemaecker (N-VA, voorzitter bij De Lijn), zal het met 1.347 euro minder moeten doen per jaar. “Goed zal die beslissing niet aankomen, maar partijkleur doet er niet toe”, klinkt het bij Bourgeois. “De volgende legislatuur kunnen dat weer andere mensen zijn.”

Ook de voorzitter van de raad van bestuur van BAM – bekend van de Oosterweelverbinding – moet inleveren, hoewel Hudson daar geen aanbevelingen over doet. Die krijgt nu 75.000 euro per jaar.

Expertise

“De hele ingreep past perfect in het opzet van deugdelijk bestuur bij de Vlaamse overheidsagentschappen”, zegt professor Bestuursrecht Steven Van Garsse (UHasselt), “maar de vergoedingen moeten wel hoog genoeg blijven om de organisaties te verzekeren van expertise en voldoende inzet.”

Bourgeois maakt zich sterk dat hij niet in die val trapt. “We willen niet de populistische toer opgaan. Als mensen een mandaat met de bijhorende verantwoordelijkheden opnemen, mogen zij daar ook een correcte vergoeding voor krijgen.”