Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik heb niet de moed om zo lang door te gaan als Roger Lambrecht”
De verjaardagswens van HERMAN WIJNANTS (72): behoud en dan club op goede manier achterlaten
Winst tegen Tubeke is nog niet beslissend, maar het kan Westerlo wel iets dichter bij een verlengd verblijf in 1B brengen. Manager Herman Wijnants zit na een reeks van vijf wedstrijden zonder nederlaag al wat gelukkiger in de tribune, maar blijft zoeken naar een overnemer. “Als Paul Gheysens komt, ben ik zeker bereid om te praten.”
U bent deze week 72 geworden. Proficiat! Wat mogen we u wensen voor uw verjaardag?
“Het behoud, dat is het enige wat mij op dit moment interesseert. De rest is voor mij allemaal niet belangrijk.”
Na de laatste weken onder Bob Peeters moet u toch al wat gerustgesteld zijn?
“Bob en de spelers hebben hier de laatste weken iets moois neergezet, maar 1B blijft een rare competitie waarin je niets kan voorspellen. Wie had gedacht dat Tubeke op Cer- cle een punt zou pakken? Soms begrijp ik het niet meer. Er is geen continuïteit meer in het voetbal. Iedereen kan van iedereen winnen, ook in eerste klasse. Voor het publiek en de sensatie is dat wel goed, maar het roept toch vragen op. Zelfs ploegen met meer kapitaal kunnen niet meer domineren.”
Hoe blij bent u met de voorlopig geslaagde terugkeer van uw coach. Ruim een jaar na zijn ontslag was het een berekend risico?
“Voor hem was die terugkeer ook een risico, hé. De omstandigheden waren toen helemaal anders. Als je in eerste klasse vijf of zes keer verliest, vliegt de trainer vaak buiten. Daar moeten we ons ook vragen bij stellen.”
U vindt dat Soudal en Vic Swerts toen te hard hebben doorgedrukt?
“Meneer Swerts heeft in die periode op Oostende veel kritiek gekregen van Marc Coucke. Dat ging voor mij te ver, zeker voor iemand van zijn niveau. Die omstandigheden hebben alles versneld. Ik heb nog altijd spijt van wat er toen is gebeurd. Hadden we een paar dagen later gewonnen van Moeskroen, dan was hij misschien niet moeten vertrekken.”
Ziet u zijn tot nog toe succesvolle terugkeer als een kleine revanche?
“Neen. Ik ben er zeker van dat Bob het ook niet zo bekijkt. Het heeft ook niet veel zin om naar het verleden te kijken. We kijken naar de toekomst. Een nieuwe degradatie zou voor ons een drama zijn. Daar mogen we niet aan denken. Dat is zoals een ondernemer die op voorhand spreekt over klanten die hij kan verliezen, dan kan je beter stoppen met zaken doen.”
De transfers in januari waren drie voltreffers. Dat was ook lang geleden.
“Het zijn ook spelers die Bob goed kennen. Bij zijn aanstelling heeft hij de belofte gekregen dat hij de laatste stem zou hebben in de transfers. Samen hebben we een lijstje gemaakt met interessante spelers. Hij heeft voor het sportieve plaatje gezorgd, ik voor het financiële. Als het goed draait, kunnen we misschien proberen om hen toch definitief aan te trekken. Bovendien doet de jeugd het niet slecht.”
Met Rommens en Heymans vormen twee jeugdspelers het hart van het middenveld. Dat moet u plezier doen.
“Dat is een geweldige boost naar onze eigen jeugd toe. Zij zien dat er een mogelijkheid is om door te stromen. De laatste tien jaar zijn ze hier al 500 jeugdspelers komen halen, maar Tuur Dierckx is de enige die nu in eerste klasse speelt. Het is een signaal naar de ouders toe om in zo’n situatie langer na te denken. Club Brugge wil hier nu twee spelers van 11 jaar wegplukken. Dan denk ik: waar zijn we mee bezig? Geef die jongens hier de kans. Dan kunnen we hier voor een goede doorstroming zorgen. Als we ze later willen terughalen, moeten we een opleidingsvergoeding betalen. Dan is het voor ons niet interessant meer.”
Hoe kijkt u naar de malaise van het voetbal in de Kempen?
“Het bestaan van Westerlo in eerste klasse hebben wij twintig jaar lang te danken gehad aan de problemen bij Beerschot, Antwerp, Lierse en KV Mechelen. Nu die ploegen weer opstaan, worden er supporters en spelers bij ons weggetrokken. Iemand die vroeger bij Antwerpen woonde, kwam al sneller hier terecht. Waarom zou hij dat nu nog doen? Wat er nu tussen de andere clubs in de Kempen gebeurt, is voor hun eigen rekening.”
Toch opvallend dat Oosterzonen, een club uit een deelgemeente van Westerlo, eerst met Geel gaat praten.
“Dat is hun eigen beslissing. Of er ooit gesprekken geweest zijn? Geen commentaar. Een Kempense fusie met vier of vijf clubs op een nieuwe locatie blijft voor mij de beste oplossing. Misschien moet Paul Gheysens eens naar de Kempen komen. Als hij een nieuw stadion wil zetten, dan ben ik meteen bereid om te praten. Op die manier zou een Kempense club zeker leefbaar zijn in eerste klasse.”
DCA, een Kempens bedrijf, is nu de eigenaar van Beerschot Wilrijk. Doet u dat pijn?
“Wij hebben vroeger eens gepraat over de mogelijkheden als sponsor, maar met Soudal hadden wij een goede verhouding. Ik had die toen toch niet kunnen buitengooien? Dat ze daarna naar Antwerpen zijn vertrokken, dat is de economie. Dat kan ik niet tegenhouden.”
U bent zelf ook al een tijdje op zoek naar investeerders. Soudal en de Chinezen haakten al af. Wordt u daar nooit moe van?
“In de huidige situatie ben ik verplicht om te blijven zoeken. Er zijn nog steeds investeerders geïnteresseerd, maar zij willen de sportieve toekomst van deze club afwachten. Bij de amateurs zijn we geen interessante partij meer.”
Terug naar uw leeftijd. Hoe lang bent u van plan om nog verder te gaan?
“Niet zo lang meer, maar ik wil er eerst voor zorgen dat ik mijn club op een goede manier kan achterlaten. Ik heb niet de moed om zo lang door te gaan als mijn goede vriend Roger Lambrecht van Lokeren.”
Herman Wijnants ‘‘Een Kempense fusie met vier of vijf clubs op een nieuwe locatie blijft voor mij de beste oplossing. Misschien moet Paul Gheysens eens naar de Kempen komen. Als hij een nieuw stadion wil zetten, dan ben ik meteen bereid om te praten. Op die manier zou een Kempense club zeker leefbaar zijn in eerste klasse.”