Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ons voetbal is nog steeds heel goed… maar levert geen punten meer op”
Club Brugge pakt 7 op 18 (en doet één puntje beter dan Anderlecht) Slechts één competitiezege na Nieuwjaar Al vier competitiewedstrijden op rij zonder zege
Aan de stand zou je het nooit merken, maar Club Brugge doet in 2018 voorlopig één puntje beter dan Anderlecht. Ook tegen Genk slaagde blauwzwart er niet in te winnen en dat al voor de vierde wedstrijd op een rij. Het voetbal is nog steeds goed, het geoogste puntenaantal is dat niet. “Ons dipje is er enkel maar op het vlak van resultaten”, zegt men in Jan Breydel. De mazzel is op.
Hein Vanhaezebrouck houdt van Club Brugge. Niet zozeer zoals een schoolkind verknocht is aan zijn zelf gekozen pennenzak, wel zoals ‘Gargamel’ uitkijkt naar zijn volgende ontmoeting met ‘de Smurfen’. Love to hate. Heerlijk vindt Hein het om blauwzwart als ‘vijand’ te hebben. De trainer van Anderlecht deelde afgelopen vrijdagavond weer een prikje uit aan Club. Niet zozeer wilde hij na de wedstrijd in Sint-Truiden ingaan op het 1-0-verlies van zijn ploeg, wel had hij een bescheiden uiteenzetting klaar “waarom het altijd bij Anderlecht was dat er zo gefocust werd op het negatieve” en stelde hij zich de vraag “waarom Club Brugge buiten schot bleef, aangezien dat zonder de match tegen Genk net als Anderlecht ook maar zes punten behaald heeft in 2018”.
Na de 2-2 tegen Genk ‘krikte’ Club dat totaal wel op tot zeven punten, maar de opmerking van Vanhaezebrouck blijft kleven. Club doet wat punten betreft amper beter dan het getergde Anderlecht. Bovendien slaagde blauw-zwart er al vier competitiewedstrijden op rij niet in om te winnen en wist het voor het eerst in 3,5 jaar geen van twee opeenvolgende thuiswedstrijden winnend af te sluiten. Heeft Vanhaezebrouck gelijk?
Spectaculair
Dat paars-wit als een ploeg in miserie beschouwd wordt, is geen perceptieprobleem zoals Vanhaezebrouck graag insinueert. Daarvoor heeft Club Brugge dit seizoen al voldoende krediet opgebouwd met de immense puntenvoorsprong die het bij elkaar gespeeld heeft en is - en komt het daar uiteindelijk niet gewoon op neer? - het voetbal van Club gewoon bij momenten nog erg goed. Beter dan dat van elke andere ploeg in België. Ook zaterdag was het weer kirren in het Jan Breydelstadion. Een lekker spectaculaire wedstrijd met veel kansen van beide partijen, veel animo en - het mag ook eens gezegd worden - een onberispelijke leiding. En net als in alle andere thuismatchen van Club: dat (tikkeltje) overwicht voor de thuisploeg, wat Jan Breydel bij momenten helemaal uit zijn dak liet gaan. “Deze drie op negen had altijd een negen op negen moeten zijn”, vond trainer Ivan Leko. Moeten is wat veel gezegd, maar niemand die er wat op tegen had kunnen hebben als Club gewonnen had tegen Charleroi, Waasland-Beveren en Genk. “Een dipje is er dan ook hoegenaamd niet”, analyseerde Hans Vanaken. “Alleen qua punten is dat er misschien wel.”
De factor geluk
En dat is best opvallend. Ja, Club Brugge slikt meer tegendoelpunten dan ooit tevoren, maar al na de 0-4zege bij Lokeren op speeldag één schreven we dat de supporters van Club Brugge dit jaar veel doelpunten én ook veel tegendoelpunten te zien zullen krijgen. Club is in tegenstelling tot voor de winterstop fysiek niet slechter geworden, de blessurelast valt nog mee en werd opgevangen door transfers. De uitschuivers van de doelmannen hebben eigenlijk zelden tot echt puntenverlies geleid. Misschien - zeg maar waarschijnlijk moet je de reden voor dit dipje zoeken in dat tikkeltje meeval. Of het gebrek eraan. “Vier maanden geleden speelden we niet zo goed en wonnen we wel”, grijnsde Leko zaterdag na de match. Dat kampioenengeluk dat in de eerste seizoenshelft zo hard aanwezig was, is nu naar een normaal niveau teruggekeerd. Niet elke bal die getrapt wordt, gaat het doel in. Niet elk verdedigend foutje blijft zonder gevolgen. En wanneer een tegenstander op het einde in de touwen hangt, geeft Club die te vaak de kans om opnieuw terug te komen. Met zestien procent van de schoten die omgetoverd wordt in een treffer, is Club Brugge nog steeds de meest efficiënte ploeg van het land, maar dat percentage lag voor de winterstop wel een paar procenten hoger. “Daarom dat ik voor efficiëntie in beide strafschopgebieden pleit”, aldus Leko. “We hebben onze manier van voetballen. Op een moment als dit heb je de keuze om voortaan de bus te parkeren en proberen om 1-0 te winnen of verder te doen op jouw manier. Wel, ik ga tot het einde van de competitie verder op mijn manier. Ik wil geen antivoetbal spelen.”
Want zo is Club Brugge toch maar mooi aan die voorsprong geraakt.