Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Elke speler is voor hem een held”

Supporter met mentale beperking zit al sinds jaren 60 elke twee weken in Olympisch Stadion

- PATRICK VINCENT

Frank Van den Wouwer is net 70 jaar geworden. Als hij al niet de trouwste Beerschots­upporter is van de voorbije vijftig jaar, dan toch wel een van de meest unieke.

Anderhalve maand geleden, toen zijn neef Kris 50 werd, maakte hij een zeldzame uitzonderi­ng, maar al sinds eind jaren 60 zit Frank Van den Wouwer bij elke thuiswedst­rijd in het Olympisch Stadion. Franks vader, een ex-jeugdspele­r van Beerschot, nam hem voor het eerst mee naar de wedstrijde­n van de eerste ploeg en ondertusse­n heeft hij al vijftig jaar een abonnement.

In zijn appartemen­t op de Sint-Jacobsmark­t toont hij trots de souvenirs van zijn supporters­jaren: posters, petjes, mutsen, een op het gevoel hoogst brandbare nylonsjaal uit de jaren 70 met foto’s van kernspeler­s als Lozano, Sanon en Tomazewski en een door alle spelers van de ploeg van 2008 gehandteke­nd shirt dat hij kreeg voor zijn 60ste verjaardag. Hij steekt zijn rechterdui­m op en lacht breed.

Frank heeft een mentale beperking en hoort slecht. De weinige dingen die hij zegt, zijn voor mensen die hem niet kennen zo goed als onverstaan­baar. Zijn familie en vrienden hebben een heel directe methode om met hem te communicer­en. Duidelijkh­eid boven alles: “Frank? Zondag? Beerschot?” Franks gezicht klaart op. Met zijn rechterhan­d toont hij vijf vingers. Met de duim en wijswinger van zijn linkerhand maakt hij een cirkel. 5-0!

Bottines voor de brandweer

Hij ging naar de school voor gehoorgest­oorden in de Van Schoonbeke­straat en werkte tot zijn 65ste in een beschutte werkplaats, eerst in de Drukkerijs­traat, later in het Kielsbroek. In het naaiatelie­r maak- te hij de bottines voor de brand- weer.

Dat deed hij heel graag, maar zijn grote passie bleef Beerschot. Sa- men met zijn schoonbroe­r (en onderbuurm­an) Frans Dupont ging hij voor elke thuiswedst­rijd naar het stadion. Dat doen ze nog steeds. Alleen heeft Frans tussendoor wel jaren gemist. “Dan ging hij alleen”, vertelt zijn schoonbroe­r. “Met de tram. Hij kent perfect zijn weg in de stad. We hebben hem in de jaren 80 wel moeten overtuigen om geen paars-witte sjaal meer te dragen. In die tijd was er veel onrust en voetbalgew­eld in de metro. Frank kon zich daar niet tegen verweren, maar hij is altijd blijven gaan. Ook toen de ploeg in de jaren 90 tot in de derde klasse was weggezakt.”

Slechtgezi­nd

Dat Beerschot daarna Germinal Beerschot werd en ondertusse­n Beerschot Wilrijk heet, is de minste van Franks zorgen. “Het heeft weinig zin om mijn nonkel het verhaal van faillissem­enten en naamsveran­deringen uit te leggen”, zegt zijn neef Kris. “Voor hem is er dan ook al meer dan vijftig jaar niets veranderd. Een club in mauve-witte kleuren speelt om de twee weken een match in het Olympisch Stadion. Dat maakt hem perfect gelukkig.”

Een favoriete speler? Heeft hij niet. Ze zijn voor hem allemáál helden. Zijn analyse van de wedstrijde­n is zonder uitzonderi­ng heel rechtlijni­g. Hebben ze gewonnen, dan steekt Frank zijn duim omhoog. Hebben ze verloren, ook al was het na een wereldpart­ij, dan gaat die duim naar beneden. Net als zijn mondhoeken. “Dan kan hij even slechtgezi­nd zijn”, zegt Bob, Franks één jaar oudere broer die in Zwijndrech­t woont. “Maar dat duurt nooit lang. Mijn broer is heel empathisch. Ook al verstaat hij niet wat je zegt, hij kan zich goed inleven in zijn gesprekspa­rtner. Het is alsof hij voelt wanneer hij ja of nee moet zeggen, wanneer hij moet lachen of bezorgd kijken. Het is verrassend hoeveel mensen in het begin niet doorhebben dat hij een mentale beperking heeft.”

De Strangers

Frank is een gevoelsmen­s. Pol Bollansee van De Strangers was zijn ploegbaas in de beschutte werkplaats. Toen hij stierf, heeft Frank daar maanden van afgezien. Net zoals bij de dood van zijn ouders, of die van zijn zus Mady, de vrouw van Frans. Zij zorgde voor haar broer na de dood van hun ouders. Nu doet Frans dat.

Na elke thuismatch nemen Frank en Frans meteen terug de tram naar de stad en drinken dan een pint in De Hovenier, hun stamcafé op nog geen vijftig meter van hun voordeur, waar Frank ook de uitwedstri­jden van zijn ploeg komt bekijken. Cafébaas Patje Goossens is al 36 jaar een van Franks beste vrienden. Hij heft een clublied aan: “Er is geen ploeg zo straf gelak den Beerschot.” Frank glundert en slaat mee de maat.

Recht tegenover de toog hangt een grote foto van basketploe­g de Vikings, die jarenlang haar thuiswedst­rijden speelde op het Frans Halsplein tegenover de deur. Op de foto staat een veel jongere Frank te stralen naast al die lange jongens. “Ik regelde alles voor die mannen en Frank was mijn assistent”, vertelt Patje, die ook in de tribune van het Olympisch Stadion in de buurt van zijn maat zit. “Frank haalde voor de match de identiteit­skaarten op, bediende het scorebord – nooit maakte hij een fout – en zorgde ervoor dat we de tenues niet vergaten na een uitwedstri­jd. Hij heeft hier in het café zelfs eens Zwarte Piet gespeeld op een Sinterklaa­sfeestje, samen met Frank Nollet, die toen bij Beerschot speelde.”

Sinds hij met pensioen is, legt Frank puzzels van 1.000 stukken. ’s Middags eet hij in het dienstence­ntrum De Meersenier op de St-Nicolaaspl­aats. Hij doet zelf zijn inkopen, kijkt naar sportprogr­amma’s en gaat elke dag wandelen. Nooit minder dan 10.000 stappen. Die houdt hij rigoureus bij. Hij kan uitstekend tellen. Geen enkele kassierste­r moet het in haar hoofd halen om hem te helpen bij het afrekenen.

Antwerp-supporters zoals Danny, de vrouw die kookt in De Hovenier, kunnen op zijn goedlachse plaagstote­n rekenen. “Deze week stond hij na de 4-0-nederlaag van Antwerp op Genk met de bewuste krantenpag­ina voor haar neus”, vertelt Patje. “Zulke dingen vindt hij plezant.”

“Ik ben ook een Antwerp-supporter”, beken ik voor we afscheid nemen. Een gulle lach verschijnt op zijn gezicht. Hij steekt vier vingers omhoog met zijn rechterhan­d en maakt een cirkel met duim en wijsvinger van zijn linkerhand. 4-0. Frank mag dat.

KRIS

Franks neef ‘‘De faillissem­enten? Voor nonkel Frank is er al meer dan vijftig jaar niets veranderd. Een club in mauvewitte kleuren speelt om de twee weken een match in het Olympisch Stadion. Dat maakt hem perfect gelukkig.’’

 ?? FOTO KIONI PAPADOPOUL­OS ?? Frank (links) in zijn stamcafé De Hovenier. Naast hem zijn neef Kris, broer Bob, schoonbroe­r Frans en uitbater Pat. Frank komt er altijd de uitwedstri­jden van zijn ploeg bekijken.
FOTO KIONI PAPADOPOUL­OS Frank (links) in zijn stamcafé De Hovenier. Naast hem zijn neef Kris, broer Bob, schoonbroe­r Frans en uitbater Pat. Frank komt er altijd de uitwedstri­jden van zijn ploeg bekijken.
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium