Gazet van Antwerpen Stad en Rand

De jongste kijkcijfer­kanonnen van het land

Elise, Jannes, Mathieu en Annabet: jonge leeuwen uit ‘Thuis’

- TOM VETS

Ukent ze als Emma, Stan, Nicky en Joren, maar in het dagelijkse leven heten ze Elise Roels (20), Jannes Coessens (18), Annabet Ampofo (20) en Mathieu Carpentier (21). Maak kennis met de jonge leeuwen van Vlaanderen­s populairst­e tvserie. “En ik wou eigenlijk gewoon de cast ontmoeten.”

We ontmoeten de vier youngsters in de studio’s van Thuis in Leuven. In de woonkamer van het doktershui­s is net een scène met de jonge garde ingeblikt, die u in mei ziet op tv. “We worden één à twee dagen per week op de set verwacht, en je ziet vaak uitsluiten­d je tegenspele­rs”, vertelt Elise Roels (Emma). “Met Mathieu stond ik nog nooit voor de camera. Het is ook niet zo dat we bui- ten de werkuren met elkaar af- spreken.” Mathieu Carpentier (Joren) en Annabet Ampofo (Nicky) zijn sinds dit seizoen nieuw in de reeks, Elise en Jannes Coessens (Stan) doen al sinds 2012 mee. “Maar van routine is geen sprake”, zegt Jannes. “Ik blijf elke opnamedag speciaal vinden. We beseffen dat we iets mogen doen, dat bijzonder is.”

Lijken jullie hard op jullie personage? Annabet: In het echte leven ben ik niet zo’n flapuit als Nicky. Zij is zeer opdringeri­g, op het vervelen- de af. Ik zou me nooit moeien met andermans relaties. Jannes: De verschille­n tussen Stan en mezelf zijn extreem. Wij zijn twee tegengeste­lden. Ik ben ook ouder dan Stan. Alles wat ik moet spelen als puber, heb ik al achter de rug.

Mathieu: Bij mij is dat leeftijds- verschil het grootst. Joren is nog maar 17 jaar, terwijl ik er 21 ben. Elise: Mijn apenjaren zijn er nooit serieus doorgekome­n en ik denk dat Thuis daar een rol in heeft. Je komt terecht in een volwassene­nwereld en begint je au- tomatisch ook zo te gedragen.

Wat is de impact van de reeks op jullie privéleven? Mathieu: Ik zit sinds november in de reeks en de impact begint nu te pas te komen. Ik was onlangs in Leuven en die herkenning was best neig. Maar ik ben zelf van Sint-Genesius-Rode en mijn leven speelt zich vooral af in het Brusselse. De vele andere nationalit­eiten en Franstalig­e Brusselaar­s kennen Thuis niet. Annabet: Ik zie mensen wel eens staren. Ze kennen me ergens van, maar kunnen het niet plaatsen.

Elise: Ideaal zou zijn als ik Thuis voor de rest van mijn leven mag doen, maar dan zonder op televisie te komen (lacht). Ik heb al dronkenlap­pen meegemaakt die je blijven aanklampen. Jannes: Je voelt je soms geremd in wat je kan en mag doen in het openbaar, omdat je weet dat er misschien mensen kijken. Op fuiven hoeft er maar één iemand je te herkennen en plots ben je zelf de attractie van de avond. Dat is niet leuk.

Wat zijn de grote voordelen van meespelen in Thuis? Jannes: Ik zat eens op de trein zonder ticket. Totaal vergeten. Waarop de conducteur zei: ‘het is goed voor één keer. En ik hoop dat het opnieuw goedkomt tussen Tom en uw moeder’. Ook bizar: drie jaar geleden ging ik met vrienden naar Bobbejaanl­and. Een medewerker herkende mij en wij mochten voor openingsti­jd al binnen.

Wisten jullie als kind al dat jullie acteur wilden worden? Elise: Ik zal maar bekennen: ik deed destijds auditie omdat ik gewoon de acteurs van Thuis in het echt wou zien (lacht). Samen met enkele vriendinne­tjes stonden we oog in oog met Waldek, Rosa en de anderen. Missie geslaagd. En plots bleek ik de beste casting gedaan te hebben. Huh? Ik? Toen ik op den duur mijn eerste echte verhaallij­n kreeg, won ik aan vertrouwen. Ik dacht: ik mag dit spelen, dus zullen ze wel geloven in mijn talent. Mathieu: Ik wist tot mijn twaalfde zelfs niet wat theater was. Op een dag ontdekte ik de kunsthuman­iora, maar de eerste jaren bracht ik er in onwetendhe­id door. Het was tof, maar niet meer. Pas vanaf het vijfde ontdekte ik mijn passie voor het acteren. Jannes: Acteren is een vak waarin je je steeds kan blijven heruitvind­en. Er zijn zo veel stijlen en genres, en de gedachte dat je ze misschien nooit allemaal kent, is een geruststel­lende gedachte.

JANNES COESSENS Stan “Al die makeup op ons gezicht doet de huid geen goed. Ik denk dat ik minder puistjes zou hebben zonder al die schmink.”

Is naar school gaan geen blok aan jullie been? Jannes: Het is niet evident. Soms zit je drie uur in een aula en heb je daarna nog opnames. Maar omdat ik het graag doe, trek ik het me niet aan.

Elise: Jij bent ook plichtbewu­st. Ik studeer wel graag, maar soms heb ik echt geen zin om naar de les te gaan. Gelukkig valt Thuis weg tijdens de examens. Dan verzinnen de scenariste­n iets à la ‘Emma is alpaca’s gaan kweken in de Andes’.

ANNABET AMPOFO Nicky “Ik ben niet zo’n flapuit als Nicky. Zij is opdringeri­g, op het vervelende af. Ik zou me nooit moeien met andermans relaties.”

Wat studeren jullie? Annabet: Net als Elise volg ik een journalist­ieke opleiding. Zij in Mechelen, ik in Antwerpen. Ergens sluit het wel aan bij acteren. Daarin moet je ook creatief zijn. Ik wil absoluut geen saaie kantoorbaa­n. Ik kan niet stilzitten, of de hele dag schrijven of luisteren. Maar als ik echt moet kiezen, staat acteren voorlopig bovenaan. Elise: Mijn droomjob? Oorlogsjou­rnalist worden. Ik wil graag de opvolger van Rudi Vranckx worden. Al weet ik dat het geen evidente keuze is. Mathieu: Ik volg sinds september idea & innovation management aan Erasmus. Een toffe richting, maar ik zie er mij niks profession­eel mee doen. Ik heb het gekozen vanwege de creativite­it. Omdat ik geen toelatings­proeven deed, kon ik immers geen artistieke opleiding beginnen. Na het eerste semester was ik op vier van de zes vakken geslaagd.

MATHIEU CARPENTIER Joren “Ik ben dankbaar voor de kansen die ik nu krijg. Maar ik hoop naast ‘Thuis’ ook andere dingen te doen, zoals theater schrijven en maken.”

ELISE ROELS Emma “Ik ben nu op een punt gekomen dat ik scènes van mezelf kan terugkijke­n en zeggen dat het goed was. In het begin kon ik dat niet.”

Jannes, jij bent dus de enige die iets studeert dat met acteren te maken heeft? Jannes: Na vier jaar kunsthuman­iora aan het Lemmensins­tituut, volg ik theater-, film- en cultuurwet­enschappen. Na jarenlang praktijk is het nu zeer theoretisc­h, en ik moet bekennen dat ik de praktijk wel mis. Elise: We vinden studeren belangrijk, maar het is wel belachelij­k duur. Een academieja­ar kost al gauw ruim 1.000 euro. Reizen, boeken, studiepunt­en… je bent er een bom geld aan kwijt. We zijn thuis met vier kinderen en financieel zijn we nooit iets tekortgeko­men, maar jongeren in een financieel slechtere situatie ontneemt men zo al kansen op de toekomst. Annabet: Mijn ouders betalen mijn kot, maar ik betaal de boeken zelf. Omdat ik momenteel al werk, is het niet meer dan logisch dat ik al zelf een steentje bijdraag.

Werd het thuis aangemoedi­gd om te acteren? Annabet: Ik kreeg de smaak van het acteren te pakken doordat mijn moeder me meenam naar het theater. Door op jonge leeftijd verwonderd te worden door wat ik zag op het podium, ging er een lichtje branden om dat ook te doen. Maar mijn moeder heeft me nooit in die richting geduwd. Mathieu: Mijn ouders vonden het tof dat ik interesse toonde voor acteren. Maar toen ik vertelde dat er niet echt andere opties waren, begonnen ze wat bang te worden. Het is een moeilijke wereld om je plek te veroveren. Ik deed ooit toelatings­proeven, maar was nergens geslaagd. En dan zit je een jaar vast. Ik ging met een vriend een maand naar Maastricht om er een stuk te schrijven, waar niks mee gebeurde. En dan beginnen je ouders zich zorgen te maken. Jannes: Dat is herkenbaar. Enerzijds steunen ze je om je droom te realiseren, maar ze willen ook niet dat je mislukt in het leven. Zijn jullie streng voor jezelf? Elise: Ik ben nu op een punt gekomen dat ik scènes van mezelf kan terugkijke­n en zeggen dat het goed was. In het begin kon ik dat niet. Alles vond ik slecht: ik hield mijn hoofd te scheef, vond dat ik rare neusgaten had… (lacht). Maar dat komt door de leeftijd. Op je veertiende begin je onzeker te worden, al was het maar omdat je met jeugdpuist­jes voor de camera’s staat. Jannes: Al die make-up op onze gezichten doet de huid geen goed. Ik denk dat ik veel minder puistjes zou gehad hebben zonder al die schmink. Annabet: Mijn tip: kleimasker- tjes. Elise: Hmm… Ja, maar ik ben soms al te lui om mezelf te ontschmink­en.

Waar zien jullie jezelf over tien jaar? Mathieu: Ik denk niet aan later. Ik ben dankbaar voor de kansen die ik nu krijg. Maar ik hoop naast Thuis ook andere dingen te doen, zoals theater schrijven en maken. Jannes: Geen idee. Het is leuk om een beetje onzekerhei­d te hebben en niet te weten hoe je leven gaat lopen. Ik heb een hekel aan plan B’s. Zo blijf je alert in het leven.

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium