Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Ik voelde: dit komt niet goed”

Elke en Mario betalen duizenden euro voor kind dat niet komt Elke Honshoven: “We hebben nu een hond, en straks hopelijk een tweede. We hebben voor het eerst een grote reis naar Amerika gemaakt. Dat is fijn, maar het is ons plan B.”

- FOTO WIM KEMPENAERS VEERLE BEEL

Als een adoptiepro­cedure nergens toe leidt, blijven kandidaato­uders met een emotionele én financiële kater achter. De Vlaamse ombudsman pleit voor een solidarite­itsfonds.

Het leven van Elke Honshoven (37) en Mario Van Delsen (40) stond tien jaar lang in het teken van hun grote kinderwens. Er was niets anders dan proberen, hopen, wachten – en geld sparen. Eerst voor een hele reeks ivf-behandelin­gen. Daarna tweemaal voor een adoptiepro­cedure. “In 2013 onderteken­den we een adoptiecon­tract voor een kindje uit Ethiopië”, zegt Elke. “Sindsdien gingen we niet meer op vakantie. Hooguit eens een weekje naar zee. Elke zomer opnieuw verwachtte­n we het verlossend­e telefoontj­e.”

Maar twee jaar na hun inschrijvi­ng bij Fiac, een van de drie Vlaamse interlande­lijke adoptiedie­nsten, volgde ontgoochel­end nieuws: “De samenwerki­ng met een van de weeshuizen in Ethiopië viel stil. We werden uitgenodig­d voor een vergaderin­g. Ik kon niet helemaal volgen, want wij kenden die wereld niet goed. Maar ik voelde: dit komt niet goed.”

Elke en haar man besloten de samenwerki­ng met Fiac stop te zetten. Van de 4.000 euro die ze betaald hadden aan werkingsko­sten en steun voor het herkomstla­nd, kregen ze 1.000 terug. “Fair

enough, we hadden immers zelf beslist ermee te stoppen.”

Datzelfde jaar nog gingen ze in zee met een andere adoptiedie­nst, Het Kleine Mirakel. “Ze hadden net een samenwerki­ng opgestart met Oeganda en zeiden dat het enorm goed liep. In mei zijn we op intake gegaan, in juni vertrok ons dossier al naar Oeganda. We maakten thuis de kinderkame­r klaar.”

In november volgde het bericht dat ‘het kanaal werd opgeschort’. Er was een probleem gerezen met de eerste zeventien kinderen die uit Oeganda overkwamen: een Vlaamse rechter weigerde de adoptie van een van hen te erkennen. De zaak moest opnieuw worden onderzocht. Vergaderin­gen en mails volgden elkaar weer op.

In maart 2016 besliste Oeganda zelf om zijn adoptiewet­geving te herzien. Adoptieoud­ers zouden minstens een jaar in het land moeten verblijven. Elke en Mario beseften dat hun kansen slonken, maar bleven nog een sprankeltj­e hoop koesteren.

In mei kregen ze een mail van het adoptiebur­eau, waarin stond dat hun dossier werd afgesloten. “Dat kwam heel hard aan”, zegt Elke. Later bleek dat negen andere ge- zinnen toch nog naar Oeganda mochten reizen om hun adoptiekin­d op te halen – ze kwamen daar wel maanden vast te zitten.

Het adoptiebur­eau stelde voor om een nieuw dossier te openen in Gambia. Daar zouden ze ‘een gezonde, jonge baby’ kunnen adopteren. Elke en Mario besloten het niet te doen. “Mijn man naderde de 40. Hij vond dat we eindelijk opnieuw moesten leven.”

Toch jammer

Alles bijeen hadden ze meerdere duizenden euro voor het contract met Oeganda betaald. Het stel heeft de overschrij­vingsformu­lieren als bewijs. Zoals het contract bepaalde, kregen ze alleen 750 euro terug – het bedrag dat ze betaald hadden voor ‘nazorg’. Een klacht bij Kind en Gezin leidde nergens toe en dat is niet onlogisch: het adoptiebur­eau leefde de contractue­le verplichti­ngen na. Toch blijft het bij Elke wringen: “We hebben er per slot niet zelf voor gekozen om het contract stop te zetten, zoals de eerste keer.”

Bovendien had Elke echt wel nazorg nodig: “Ik viel in een diep gat. Ik ben acht maanden in dagtherapi­e geweest om opnieuw richting te kunnen geven aan mijn leven. We hebben nu een hond, en straks hopelijk een tweede. We hebben voor het eerst een grote reis naar Amerika gemaakt. Dat is fijn, maar het is ons plan B. Als we op een terrasje zitten en er komen kinderen naar onze hond, dan zeggen we tegen elkaar: toch jammer.”

Ariane Vandenberg­he, Vlaams adoptieamb­tenaar, erkent dat de case van Elke en haar man ‘emotioneel en financieel’ schrijnend is. Ze is bereid om mee te werken aan het voorstel van de Vlaamse ombudsman (zie hiernaast) om te onderzoeke­n of er een regeling kan worden getroffen voor zulke gevallen. Maar ze wijst erop dat een dergelijke regeling aanknoopt bij het idee dat een adoptiecon­tract een ‘resultaats­verbinteni­s’ is: “Dat druist in tegen onze basisfilos­ofie, dat we ouders zoeken voor kinderen, en niet omgekeerd.”

 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium