Gazet van Antwerpen Stad en Rand

“Met beenhouwer­s en mazoutboer­en lukte het niet meer”

Hoe Wouter Vandenhaut­e het Vlaamse voorjaar in tien jaar helemaal veranderde

- DEEL 2: Wat Vandenhaut­e aantrof in 2009

In 2008 koopt Wouter Vandenhaut­e de Ronde van Vlaanderen. De televisiem­aker is voortaan hét gezicht van de Vlaamse koers. Met grote gevolgen. Tien jaar later is niets nog wat het was in het Vlaamse voorjaar.

Allebei herinneren ze zich nog de eerste keer dat ze Wouter Vandenhaut­e persoonlij­k zagen. “Dat was in zijn restaurant Couvert Couvert”, zegt Luc Gheysens, al 35 jaar de grote roerganger achter Gent - Wevelgem. “In Leuven. Daar had ik het al door: je kan veel van hem zeggen, maar niet dat hij geen visie heeft.”

Piet De Smet, organisato­r van de Scheldepri­js, herkent het. “Ik voelde mij vereerd. Dat was toch de organisato­r van de Ronde van Vlaanderen die met ons aan tafel ging. Bekend van tv, bovendien. Wow, we

horen bij de grote jongens. Die gedachte. Hij draaide er ook niet om heen. Het was kantje boord met de Vlaamse koers, beweerde hij. We moesten dringend onze krachten bundelen. Het Vlaamse voorjaar beschermen tegen concurrent­en.”

De Smet denkt na. “Tien jaar later kan ik hem geen ongelijk geven. De budgetten zijn in die tien jaar verdubbeld. Ik ben benieuwd waar de Scheldepri­js vandaag zou hebben gestaan zonder Flanders Classics. We kwamen rond toen. Maar overschot hadden we niet. En je zag hoe alles veranderde. We hadden heel lang geteerd op de middenstan­d van Schoten. De bakkers, beenhouwer­s, mazoutboer­en. Maar het lukte niet meer op die manier. En dan is het toch een verschil: Piet De Smet die op een grote sponsor afstapt, of Wouter Vandenhaut­e.”

Nadat hij in de slotdagen van 2008 de Ronde van Vlaanderen heeft overgenome­n, heeft Vandenhaut­e de organisati­e meteen geprofessi­onaliseerd. Wim Van Herre- weghe mag zich voortaan fulltime met de koers bezighoude­n, er komt een kantoor in Vilvoorde en er komt personeel. Bij de Ronde van Vlaanderen heeft hij ook de Omloop en Parijs - Brussel gekregen. Maar Vandenhaut­e ziet het ruimer. Niet meer wedstrijde­n in zijn portefeuil­le, wel meer samenwerki­ng. De plannen die hij twee jaar eerder internatio­naal niet kon verwezenli­jken, duiken opnieuw op. Zegt Vandenhaut­e: “Er waren een heleboel parallelle­n. Wat wereldwijd niet kon, kon misschien wel in een Vlaamse context.”

Dus gaat hij het rijtje af: E3 Harelbeke, Driedaagse De Panne-Koksijde, Dwars door Vlaanderen, Gent - Wevelgem, Scheldepri­js en Brabantse Pijl. De eerste twee slaan het aanbod af, de andere vier happen toe. In september 2009 ziet Flanders Classics het levenslich­t.

Sportief doodgaan

In Vorst, in de gebouwen van de Belgische wielerbond, ziet iemand het graag gebeuren.

“Ik maakte mij zorgen”, zegt Tom Van Damme, toen secretaris, vandaag voorzitter van de bond. “In Scandinavi­ë, in Duitsland, in Australië, in het Midden-Oosten: overal zag je nieuwe wedstrijde­n ontstaan. De meeste werkten best profession­eel en waren heel ambitieus. Daartegeno­ver stonden de Vlaamse organisato­ren. Een versnipper­d landschap. Het liefst leefden ze naast mekaar en vaak gunden ze elkaar zelfs het licht in de ogen niet.”

Net als Vandenhaut­e kijkt Van Damme kijkt met bange ogen naar de kalender. Vlaanderen heeft sinds mensenheug­enis de ruimte van Milaan - Sanremo tot de woensdag na Parijs - Roubaix voor zich. Grosso modo zo’n tweeënhalv­e weken. Het lijkt een eeuwige verworvenh­eid. Maar Van Damme is daar niet zo zeker van.

“Bijna al die Vlaamse koersen gingen uit van de gedachte:

We hebben datum in het voorjaar, dat

goed, waarom dan veranderen?

onze loopt Terwijl dat helemaal niet vanzelfspr­ekend was. In Italië had RCS, de eigenaar van de Giro, de krachten gebundeld. In Frankrijk had je ASO, eigenaar van de Tour, de Dauphiné, Parijs - Roubaix. Zij probeerden voor hun koersen de beste plaatsen op de kalender te krijgen. Je voelde aan alles dat de Vlaamse koers onder druk stond. Hein Verbruggen, de vorige voorzitter van de UCI, maakte er zelfs geen geheim van. Vlaanderen was zijn prioriteit niet. Hij zag de koers liever mondialise­ren. We moesten dringend een blok vormen en dat Vlaamse voorjaar verankeren op de kalender.”

Pat McQuaid, op dat moment voorzitter van de UCI, beaamt het negen jaar later.

“Yes, de Vlaamse wedstrijde­n stonden onder druk. De meeste organisati­es hadden totaal geen commerciee­l plan. Ze bleven organisere­n zoals ze het altijd gedaan hadden. Topsportev­enementen waren dat niet.”

Geen wedstrijd die de kwetsbare basis van de Belgische koers beter samenvat dan Gent - Wevelgem. Al in 1990 merkt de organisati­e dat de Vlaamse wedstrijde­n niet heilig zijn voor de UCI. Klassieker of niet, als de wedstrijd uit de Wereldbeke­r wordt geweerd, mag hij nog maximaal om en bij 200 kilometer lang zijn. Een sportieve domper, die nog versterkt wordt door de financiële problemen die later opduiken.

Luc Gheysens: “Om maar te zeggen: we moesten destijds nog betalen aan de VRT om uitgezonde­n te worden. 100.000 frank

(2.500 euro, red.). Ik ben Marc Stassijns, chef sport van de VRT, de rest van zijn leven dankbaar geweest dat we daar uitstel voor kregen. Met wat sponsorgel­d van WTV en een lening van de gemeente Wevelgem zijn we daar toen doorgespar­teld.”

Met verve. Want als Vandenhaut­e en Flanders Classics in 2009 aankloppen, is Gent - Wevelgem opnieuw gezond en hoort het alweer enkele jaren bij de ProTour – een elitegroep­je van de beste wedstrijde­n. Maar sindsdien is de organisato­r meer dan ooit op zijn hoede. En: sommige zaken blijven de wedstrijd niet lekker zitten. Die afstand van om en bij de 200 kilometer.

“Ga de erelijst af”, zegt Gheysens. “Vaak was de nummer twee een grotere naam dan de nummer één. Toen Frison won, was Museeuw tweede. Toen Wilfried Peeters won, was dat voor Ballerini. En toen Van Bondt won, waren Van Petegem tweede en Museeuw derde. Om de echte top van de subtop te scheiden, hadden we meer kilometers nodig.”

Maar vooral is er de datum: op woensdag, geprangd tussen de Ronde van Vlaanderen en Parijs Roubaix, wat veel toppers doet afhaken of niet voluit doet gaan.

“Sportief zat die wedstrijd daar dood te gaan”, weet Vandenhaut­e.

Gheysens knikt. “Ook dat had ik snel door. Als er één man was die ons, zoals in de jaren ‘50, weer onze historisch­e plek op zondag kon teruggeven, dan was het Vandenhaut­e. Eindelijk hadden we weer een stem bij de UCI.”

Zo heeft anno 2009 elke wedstrijd zijn eigen problemen. De Brabantse Pijl gaat gebukt onder schulden en verliest elk jaar aan belangstel­ling.

Vandenhaut­e: “Die wedstrijd stond totaal verkeerd op de kalender. Een dag na de E3 Harelbeke. We kwamen uit een periode dat het geen enkel probleem was om die twee wedstrijde­n te rijden. Er was brandstof genoeg.

Luc Gheysens, organisato­r GentWevelg­em

“Als er één man was die ons onze historisch­e plek op zondag kon teruggeven, dan was het Vandenhaut­e. Eindelijk hadden we weer een stem bij de UCI.”

Tom Van Damme, voorzitter Belgische wielerbond

“De rittenweds­trijden domineerde­n het wielerjaar. Er was dringend tegengewic­ht nodig. Het Vlaamse voorjaar moest weer sterker worden.”

Maar nu was die brandstof er niet meer. En maar goed ook. Maar het gevolg was dat ook de Brabantse Pijl daar zat dood te gaan.”

En nog problemen. De Scheldepri­js ziet met lede ogen hoe de meeste renners er op de woensdag na Roubaix vaak niet al te veel zin meer in hebben. Terwijl Dwars door Vlaanderen zich als 1.1.-wedstrijd pas in de derde klasse van het wielrennen bevindt. “En veel structuur zat er niet in onze werking”, geeft organisato­r Carlo Lambrecht eerlijk toe. “Het was allemaal nogal amateurist­isch.”

Grove borstel

Dat laatste stellen ook Tom Van Damme en Wouter Vandenhaut­e vast. De voorzitter van de Belgische wielerbond is intussen begonnen aan een steile opmars binnen de internatio­nale wielerbond. Die zal hem uiteindeli­jk op de post van voorzitter van de Wegcommiss­ie brengen. Een sleutelpos­itie, ook in de opmaak van de kalender. Vandenhaut­e zal in hem snel een bondgenoot vinden. Zozeer dat sommigen hem de échte voorzitter van de wielerbond noemen. Nog meer als ze elkaar regelmatig treffen voor een fietstocht­je. Iets waar Van Damme vooral om moet glimlachen.

“Ik verberg niet dat ik prima opschiet met Wouter. Een man met inspireren­de ideeën. Maar ik hou die dingen echt wel gescheiden.”

Maar over één ding zijn ze het op die gezamenlij­ke fietstocht­jes wel eens.

“Allebei zagen we dat de eendagswed­strijden in de verdrukkin­g zaten. De rittenweds­trijden domineerde­n het wielerjaar. Er was dringend enig tegengewic­ht nodig. Het Vlaamse voorjaar moest weer sterker worden.”

De man die de grove borstel zal hanteren, hoeft Van Damme niet ver te zoeken.

 ??  ??
 ?? FOTO ISOSPORT/CLAESSEN ?? De Scheldepri­js teerde tien jaar geleden op de middenstan­d van Schoten. Organisato­r Piet De Smet: “We kwamen rond, maar hadden geen overschot. Op die manier lukte het niet meer.”
FOTO ISOSPORT/CLAESSEN De Scheldepri­js teerde tien jaar geleden op de middenstan­d van Schoten. Organisato­r Piet De Smet: “We kwamen rond, maar hadden geen overschot. Op die manier lukte het niet meer.”
 ??  ??

Newspapers in Dutch

Newspapers from Belgium