Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Vleeshuis vandaag terug open na grondige opfrisbeurt
Oudste burgerlijk gebouw van Antwerpen wacht wel nog op grote restauratie
Met beperkte middelen en in slechts enkele weken tijd kreeg het Vleeshuis een opfrisbeurt. In een uitgezuiverde opstelling vertellen de topstukken sterker het verhaal van de muziek in Antwerpen. En vooral: het hele gebouw komt beter tot zijn recht.
Het Vleeshuis, rond 1500 opgetrokken als gemeenschappelijke vleeshal voor 62 slagers, is het oudste burgerlijk gebouw van Antwerpen. Sinds 1913 doet het als museum dienst, eerst als Museum van Oudheden en sinds 2006 als ‘Klank van de Stad’, een museum dat zes eeuwen muziekleven in Antwerpen bewaart in beeld en geluid. Daartoe werden de gelijkvloerse en kelderverdieping gerestaureerd.
Het dossier om ook de hogere verdiepingen als museum in te richten, is jaren geleden al ingediend, maar gezien de lange wachtlijst van monumenten die de Vlaamse overheid nog onder handen moet nemen - denk alleen maar aan het Antwerpse stadhuis - zit een volledige restauratie er nog niet aan te komen.
“Daarom wachten we niet langer met de opfrissing van het bestaande museum”, zegt directeur van het Vleeshuis Clement Caremans. “De grote lijnen van het verhaal blijven behouden, maar met een luchtigere opstelling laten we de bezoekers veel beter genieten van het gebouw. We hebben de oude bakstenen muren weer vrijgemaakt.”
Panorama van Antwerpen
Curator Timothy De Paepe nam het museumparcours onder handen. Dat begint nu met een indrukwekkend zestiende-eeuws panorama van Antwerpen, met de opvallendste wolkenkrabbers van toen: de kathedraal en het Vleeshuis. “Wij zijn geen muziekinstrumentenmuseum zoals het MIM in Brussel”, verduidelijkt De Paepe, “maar een museum van het muziekleven. We vertellen het verhaal van Antwerpen van de middeleeuwen tot nu, gezien door de bril van de muziek.”
In elke sectie krijgt een topstuk alle ruimte: een viool van een speleman, de maquette van de beiaard, een oud operakostuum en natuurlijk de fameuze klavecimbel van Andreas Ruckers uit 1644. Met liefst twaalf klavecimbels en virginalen van de Antwerpse families Ruckers, Couchet en Dulcken bezit het Vleeshuis een van de belangrijkste collecties oude klavieren. Ze zijn helaas niet meer bespeelbaar.
Nog wel bespeelbaar zijn een piano forte van het merk Graf, zoals Beethoven er een had, een nieuw verworven Brusselse tafelpiano en het harmonium dat dienstdeed bij huwelijken in het Antwerpse stadhuis. “Studenten van het Conservatorium komen hier geregeld op oefenen. Dat zorgt voor leven in het museum. We hebben ook een app ontwikkeld waarop je de belangrijkste instrumenten altijd kan horen”, zegt De Paepe.
Ook nieuw is een ‘schatkamer’ achteraan waarin tweemaal per jaar een tijdelijke tentoonstelling komt. Tot september kan de bezoeker er kennismaken met de familie Duarte, Joods-Portugese immigranten en buren van Rubens die in hun huis op de Meir vermaarde concerten gaven. Van dochter Leonora Duarte kan je teruggevonden composities horen. Een première.
Timothy De Paepe
Curator
‘‘Wij vertellen het verhaal van zes eeuwen Antwerpen, gezien door de bril van de muziek.’’
The Pebbles
In de kelder beleeft de bezoeker het Antwerpse muziekleven in de twintigste eeuw, met fanfares, danszalen, café-orgels en hitjes van The Pebbles. “We gaan in de toekomst ook die zalen opfrissen”, verklapt Clement Caremans. “En in een verre toekomst, na een volledige restauratie, hopen we dat recente muziekleven uit te breiden naar de hogere verdiepingen.”
Het Vleeshuis is open van donderdag tot zondag, van 10 tot 17u, en trekt bijna 40.000 bezoekers per jaar.