Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Hele middag taartjes gegeten om de ontgoocheling door te spoelen”
Oliver Naesen voor zoveelste keer dit seizoen slachtoffer van valpartij
In Valencia, Ruta Del Sol, Kuurne, Harelbeke en Waregem had hij al prijs. Zondag kwam er ook nog eens Zarlardinge bij. De pechreeks van Oliver Naesen is haast niet meer bij te houden. “Een valpartij komt tot stand omdat renner A zijn plaats niet wil afstaan aan renner B. En blijkbaar rijden renner A en renner B dit jaar altijd in mijn buurt.”
Oliver, het mag niet zijn. Ook in de Ronde van Vlaanderen lag je erbij?
“Waanzin is het. Net op het moment dat ik tegen mijn ploegmaats zei dat we gingen opschuiven om zo in een goede positie aan de Muur van Geraardsbergen te beginnen, besluit er een renner van Cofidis om rechts in de gracht te duiken. Daardoor kwam er een golf van rechts naar links, en wie zat er aan de linkerkant te rijden? Juist: den Oli.”
Je stond je behoorlijk op te winden.
“Het was niet katholiek wat er toen uit mijn mond kwam. En dat op Paaszondag.”
Wat was de lichamelijke schade?
“Blauwe plekken op mijn rug en bekken en het velleke rond mijn elleboog is nog maar eens weg geschuurd. Het kon erger. Ik ben gevallen op Stijn Devolder en Michael Schar. Zij lagen onderaan de vleeshoop en zullen wel meer last hebben.”
Toch werd je nog elfde?
“Bah. Dat is niet iets voor in de geschiedenisboeken. Na de val moest ik twee minuten goedmaken op de rest, dus ben ik als een zot aan de achtervolging begonnen. Volle petrol. Ik was steendood toen ik eindelijk weer bij het peloton kwam. De finale moest nog beginnen, maar mijn cartouches waren al verschoten. Ik moest alles ondergaan en volgde puur op wilskracht.”
Hoe was het met de geblesseerde knie?
“Redelijk çava. Voor de start hadden we een dafalgan in mijn drinkbussen opgelost om de pijn wat te stillen. Na de koers was de knie weer wat gezwollen, maar tegen Roubaix moet het in orde zijn.”
Heb je enig idee waarom je zo vaak valt?
“Ik snap er niks van. Een valpartij komt tot stand omdat renner A zijn plaats niet wil afstaan aan renner B. En blijkbaar rijden renner A en renner B dit jaar altijd in mijn buurt. Ik heb mij al afgevraagd of ik misschien te veel risico’s neem, maar dat is het zeker niet. Het is ook niet dat ik niet oplet of zelf die valpartijen veroorzaak. Alleen in Valencia was het mijn eigen schuld. Maar in de Ruta del Sol, Kuurne, Harelbeke, Waregem en de Ronde val ik door de schuld van anderen. Neem nu Harelbeke. Ik zie de val gebeuren en rem op tijd, maar de kiekens achter mij remmen niet en rijden vol in mij. Tja, wat kan je daar aan doen?”
Als het voorjaar een autosnelweg is, rijd jij al een tijdje op de pechstrook.
“Dadde. Ik ben de pechvogel van het voorjaar. Zoals Sep Vanmarcke vorig jaar. De dag na elke koers stuurt mijn trainer altijd een mailtje met daarin de analyse van mijn wedstrijd en geleverde wattages. De voorbije weken opende hij dan altijd met: Oliver, ondanks de tegenslag heb je toch
nog een goede koers gereden. Gisteren stond er niks bij. Hij had er geen woorden meer voor... Naast Belgisch kampioen op de weg ben ik helaas ook Belgisch kampioen valpartijen. De rest staat niet op de foto.”
Verlies je door al die tegenslag stilaan je eeuwige glimlach?
“Zondagavond was ik echt gedegouteerd door al die pech. Ik krijg gewoon de kans niet om te tonen hoe goed mijn benen zijn.”
Zit je mentaal wat aan de grond?
“Vorig jaar was ik erger aan toe dan eergisteren. Toen viel ik in de finale en had ik geen tijd om het te verwerken, waardoor ik al jankend over de streep reed. Nu heb ik na de val toch nog 98 km kunnen uitrazen. Het begint wel wat in mijn hoofd te kruipen. Zondag is het al de koers van de laatste kans. Vorig jaar maakte ik daar een fameuze koprol en reed ik drie keer lek. Hopelijk heb ik daar mijn portie pech al gehad.”
Trek je de komende dagen eens naar de psycholoog?
“Ik ben niet echt het type dat veel opsteekt van een psycholoog.”
Hoe heb je de ontgoocheling dan doorgespoeld gisteren?
“Ik ben naar een babyborrel geweest. Een hele namiddag koffiekes drinken en taartjes en chocomouskes eten. En ik heb niks laten vallen.”