Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Voetbal lagere provinciale
Ondanks uitzichtloze positie van Oxford Hemiksem weigert Tim Leemans handdoek te gooien in degradatiestrijd
Al weken kamperend op de laatste plaats en bij een nederlaag zondag tegen Wavria, zou de rechtstreekse redding zelfs onmogelijk worden. Maar toch weigeren Oxford Hemiksem en Tim Leemans de handdoek in de degradatiering te gooien.
is er voor Oxford Hemiksem nog niets gespeeld, maar als je al maanden de rode lantaarn in je bezit hebt, wordt de degradatie ontlopen allesbehalve een evidente zaak.
“Dat gevoel overheerst ook in de spelersgroep, al hebben we allemaal ons eergevoel dat er al zeker voor zorgt dat we niet als laatste willen eindigen”, zegt Tim Leemans. “En ja, ik geloof er nog wel in. Met Hoboken heb ik ooit ook een achterstand van dertien punten goedgemaakt op Tisselt om alsnog kampioen te spelen. Waarom zou dat dan ook niet kunnen om het behoud te verzekeren? Onze laatste vier tegenstanders zijn Wavria, Aartselaar, Kessel en Borsbeek. Dat zijn allemaal ploegen uit de rechterkolom en op Kessel na zijn ze allemaal nog in de degradatiestrijd verwikkeld. Onze eerste opdracht is nu om te winnen van Wavria en een mogelijke degradatie minstens met een week uit te stellen.”
Leemans blikt dan ook met gemengde gevoelens terug op het voorbije seizoen. “Er zijn heel wat factoren die ervoor gezorgd hebben dat we momenteel onderaan staan. Er was het ontslag van trainer Schampaert, waarna er veel te lang getalmd is om een opvolger aan te duiden. Dus ja, ook het bestuur heeft boter op z’n hoofd. Dat heeft veel te laks geacteerd en ook het transferbeleid was niet wat het had moeten zijn na de promotie van voMathematisch rig seizoen. Maar goed, het blijven de spelers die het moeten doen en bij een aantal jongens was de drang om te winnen niet voldoende aanwezig. Ook dat vormde een probleem. Meermaals heb ik in de kleedkamer op tafel geklopt, omdat bepaalde afspraken niet werden nagekomen. In sommige wedstrijden hebben we echt geprobeerd om op het resultaat te spelen en om gevaarlijk te zijn in de omschakeling. Dat betekent dat je af en toe ook eens een bal gewoon moet wegstampen. Te veel spelers wilden echter blijven voetballen en dat brak ons soms zuur op. Zelf kan ik niet ontevreden zijn met negentien doelpunten in twintig wedstrijden. Ik ga nog vier weken het beste van mezelf geven, maar dan stopt het voor mij. Ik heb immers besloten om een punt te zetten achter mijn carrière.”