Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Het ultieme kroonjuweel
300 jaar lang een koninklijk geschenk, een eeuw lang vermist, nu plots te koop voor 5 miljoen euro
“Dit maak je maar een keer in je leven mee”, zei de directeur van Sotheby’s deze week bij de voorstelling van een diamantenveiling. Het was geen promopraatje maar bittere ernst toen hij de verkoop van de Farnese Blue aankondigde. Een koninklijke edelsteen die al honderd jaar spoorloos is en waaraan driehonderd jaar woelige Europese geschiedenis plakt.
6,16 karaat, peervormig en een blauwgrijze kleur. De waarde wordt tussen 3,5 en 5 miljoen euro geschat. Maar de Farnese Blue is meer dan een diamant, het is ook een brok Europese geschiedenis. En dat, zo maakt men zich bij Sotheby’s sterk, zou er half mei weleens voor kunnen zorgen dat het hoogste bod de catalogusprijs ver overschrijdt.
Driehonderd jaar geleden is de diamant een huwelijksgeschenk voor Elisabetta Farnese, de tweede vrouw van de Spaanse koning Filips V. Die heeft de kolonies opgedragen dure geschenken op te sturen om de bruiloft te vieren die in 1714 wordt gehouden. In werkelijkheid is de vraag naar dure cadeaus niet meer dan een aanleiding om opnieuw goud vanuit Zuid- en MiddenAmerika te krijgen. De wereldmacht is stilaan aan het tanen na de successieoorlog, waar de geallieerden van Britten en Pruisen verhinderen dat Frankrijk en Spanje onder een koning komen. De Zilvervloot, de bron van onmetelijke rijkdom, is tijdens die strijd in de handen van de Britten gevallen. Het leger is uitgedund, ook door de vele veldslagen die rond Brugge, Gent en Wijnendale worden uitgevochten.
Gered uit gezonken vloot
In 1714 is de eerste vrouw van Filips V op 25-jarige leeftijd gestorven. Gezien de precaire machtsverhoudingen binnen Europa is de zoektocht naar een nieuwe vrouw moeilijk. Ze mag niet Frans, Oostenrijks of Brits zijn, maar moest katholiek zijn en enkel uit een klein koninkrijk komen. De 22-jarige dochter van de Hertog van Parma blijkt de perfecte keuze. De gouverneur-generaal van de Fillipijnen stuurt ook een cadeau, speciaal voor Elisabetta Farnese. Hij laat in de historische Golconda-mijnen in India diamanten houwen. Hij vraagt nadrukkelijk om blauwe stenen, de kleur van de koningen. De Blauwe Farnese is er maar een van. Volgens de overlevering niet eens de grootste. Een jaar na het huwelijk zijn alle kostbaarheden samengebracht op Cuba. De kapitein van de Armada wil wachten tot het orkaanseizoen voorbij is dat eind juli snel nadert. Maar de orders uit Spanje zijn strikt. Filips V heeft het goud nodig, zo snel mogelijk, om zijn koninkrijk recht te houden.
Van daaruit begint de oversteek van twaalf schepen, de gouden vloot genoemd. Aan boord zijn tonnen ruw goud, zilver en een kistje met onschatbare smaragden. De huidige waarde wordt geschat op 65 miljoen. De schepen varen langs de kust van Florida. Na tien dagen komt de vloot in een orkaan terecht. Enkel de Grifon zinkt niet. De Spaanse autoriteit op Cuba stuurt schepen naar het gebied. Een deel van de schat wordt opgehaald. Maar het kistje smaragden wordt niet gevonden. Bij toeval stuiten ze nog op een steentje: een blauwgrijze voor koningin Elisabetta. Zij leidt op dat moment de facto Spanje. Filips V verenigt Spanje mee op haar aandringen tot een land, en schaft onder andere de lokale besturen en plaatselijke talen af. De laatste in het rijtje is Catalonië in 1716, dat een maand na hun huwelijk is veroverd, en wat nu nog steeds voor schokgolven zorgt.
Reis langs koningshuizen
Spanje dat zijn wereldmacht aan het verliezen is, is het begin van een reis door Europa. De Spaanse koningin schenkt de diamant aan haar favoriete zoon Philippe, die later aan het hoofd van het koninkrijk Napels komt, en die geeft de steen aan zijn opvolger Ferdinand. Die wordt als koning verdreven door de Fransen. Van Italië is de steen naar Frankrijk verhuisd, waar die een kroonjuweel wordt van Marie-Antoinette, de laatste koningin van Frankrijk. De laatste keer dat die opduikt is in een tiara van Maria Anna, die na de eeuwwisseling Aartshertogin van het Keizerrijk Oostenrijk is dat in 1918 instort.
De reisweg maakt duidelijk dat de staatshoofden van al die Europese naties die elkaar bestreden allemaal bloedverwanten waren. De Farnese is geregeld een geschenk van moeders aan dochters maar ook tussen neven en nichten. Al die tijd verhuist de diamant in hetzelfde kistje. In het grootste geheim. Alleen de diamantairs die de steen behandelen en de eigenaars krijgen die te zien. Stilaan wordt geloofd dat de diamant niet bestaat. Meer dan vage verwijzingen in catalogi van koningshuizen zijn er niet. Met het verdwijnen van het Oostenrijkse Rijk verdwijnen zelfs die referenties. Maar een eeuw later duikt de steen onverwacht weer op. Bij een privéverzamelaar, die verre familie is van de Spaanse koningin Elisabetta. En die de steen nu voor het eerst in driehonderd jaar ten gelde wil maken.