Gazet van Antwerpen Stad en Rand
DE DERBY jeugdige fans, coaches (met exclusief: Wim De Decker) politie,… en de spelers?
Jeugdspelers zijn ervaringsdeskundigen als het over derby’s gaat
De hele stad gonst ervan: zondag de eerste derby sinds 2010! Nonsens: het voorbije voetbalseizoen alleen al zijn tientallen burenduels uitgevochten tussen roodwit en paars-wit. Lowie (8) en Ayoub (18) van Antwerp en Mick (7) en Jari (15) van Beerschot Wilrijk zijn weliswaar een pak jonger dan Hernan Losada of Jelle Van Damme, maar ze hebben véél meer derby-ervaring.
Mick Van Lancker is 7. Hij zit volop in zijn tandenwissel en is er de man niet naar om snel onder de indruk te zijn van een tegenstander, ook niet als het over de aartsrivaal uit dezelfde stad gaat. “De laatste keer dat we tegen Antwerp speelden, heb ik een goal gemaakt”, zegt hij, quasi onverschillig.
Er zijn ex-spelers die een leven lang niets meer moeten betalen op café omdat ze ooit één goal in een derby hebben gemaakt. Maar Mick zegt het op de toon waarop hij de ingrediënten van zijn ontbijt zou oplijsten. “Nee, zo speciaal was dat niet. Maar mijn papa vond het wel heel plezant.” Micks acht jaar oudere clubgenoot Jari Verstraeten schat de lokale gevoeligheden een stuk beter in. “Van onze drie derby’s dit seizoen wonnen we er twee, allebei op de Bosuil”, zegt hij trots. “Thuis verloren we helaas wel. Maar die derby’s zijn zeer belangrijke matchen voor ons. De coach hamert op het belang van een zege, de intensiteit op de trainingen in de week voor de match is hoger en tijdens de wedstrijden zelf steekt iedereen nog net dat extra tandje bij.”
Dat beaamt Ayoub El Makhloukhi, op zijn 18de een van de aankomende talenten van de Great Old. Hij is kapitein van de U19 en wordt ook regelmatig geselecteerd voor de beloftenploeg. “Wij hebben dit seizoen niet verloren van Beerschot Wilrijk”, zegt hij. “Twee keer gewonnen en één keer gelijk. Dat is belangrijk, ja. En er is wel meer druk voor die matchen. Vooral vanuit de supporters. Bij een derby staat er altijd een pak meer volk langs de lijn dan bij een andere match.”
Dat is ook zo op het Universiteitsplein, waar de jeugdploegen van Beerschot Wilrijk spelen. “In het weekend zijn er een massa jeugdmatchen”, vertelt Jari. “Als wij tegen Antwerp spelen, blijven de supporters van de ploegen die vóór ons speelden dikwijls hangen. Gewoon omdat het tegen den Antwerp is. Gewoonlijk komen alleen onze eigen ouders, maar dan is er ook een pak volk dat niets met de U16 te maken heeft. Dan is er meer ambiance.” Niet dat we ons daar Bengaals vuur, opruiende spandoeken en massale supportersgezangen bij moeten voorstellen. “Nee, nee,” lacht de 15-jarige rechtsback. “Maar wel gastjes als Mick, die na hún match zijn blijven plakken. Ze staan naast de lijn en roepen heel enthousiast: ‘Komaan Beerschot!’ Dat is wel schattig.”
“Nooit reageren op supporters”
De emoties durven ook op te laaien tijdens zo’n jeugdderby, vooral naast de lijn dan. “In de laatste derby met de U19 scoorden we de 3-0”, vertelt Ayoub. “We liepen terug naar onze eigen helft en ik riep naar mijn ploegmaats: ‘Komaan mannen, blijven drukken. We maken ze af.’ Bij wijze van spreken, natuurlijk. Maar het kwam blijkbaar slecht over bij enkele Beerschot Wilrijk-supporters. ‘Geef ‘m rood, ref!’ riepen ze. Ik kreeg de volle laag. Maar onze coach heeft ons altijd ingeprent: nooit reageren op supporters!”
Openlijke scheldpartijen zijn zeldzaam. Koosnaampjes als ‘vuile rat’ of ‘marginalen hond’ krijgen deze jeugdspelers niet naar het hoofd geslingerd. Meestal zijn het plaagstoten, vol typisch Antwerpse zwans. “Ik neem de vrije trappen vanop mijn flank aan de zijlijn”, vertelt Jari. “Dan is er altijd wel een Antwerp-supporter die iets roept als: ‘Zie da ge nie neffe den bal shot hè mateke!’ Best grappig, eigenlijk.” Ook de kleine Lowie Piselé, keeper van de U9 van Antwerp, heeft het al meegemaakt. “Dan komen ze achter mijn goal staan en proberen ze me af te leiden. Maar ik laat me niet doen, zunne.” Er zijn aan beide kanten van de stad supporters genoeg die de Play-off 2-derby van zondag willen voorstellen als een haatwedstrijd op leven en dood. Bloed aan de palen! Alles kapot! Het volstaat niet om de tegenpartij te verslaan, nee, ze moet vernederd worden tot op het bot, het liefst nog op een manier waarover ze binnen vijftig jaar nog kunnen stoefen op hun Facebookgroepen. Maar van jarenlang opgekropte haatgevoelens hebben deze jongens geen last. Dit zijn geen Montagues en Capulets die elkaar voor het minste naar het leven staan. Integendeel, ze hebben allemaal vrienden bij de vijand.
“Dat is toch normaal?” zegt Jari.
“Er zijn jongens die vroeger bij ons speelden en nu bij Antwerp.
Vóór de match geven we elkaar al-
Jari Verstraeten Jeugdspeler Beerschot Wilrijk “Ik hoop dat Beerschot Wilrijk het goed doet, want onze lerares Frans supportert voor Antwerp. Toen we de beslissende promotiematch tegen Cercle verloren, maakte zij zich daar al wat vrolijk over.”
leen een hand, meer niet. We focussen op onze wedstrijd. En het is niet omdat ik die gasten goed ken, dat ik minder hard in het duel ga. Maar daarna is er tijd om bij te praten en iets te drinken.” Ayoub, die vroeger bij Berchem Sport speelde, kent verschillende spelers bij de aartsrivaal al jaren. “Als het seizoen voorbij is, spelen we samen op pleintjes en veldjes in de buurt en maken we veel plezier. Maar in de competitie telt dat niet, dan telt alleen onze eigen club.”
Mick en Simon
De beste vriend van Beerschotter Mick is Simon, de jongste telg van het roemruchte Antwerp-geslacht Bastin. Hun mama’s geven les op dezelfde school en ook hun papa’s zijn vrienden. “Simon is een goede voetballer”, geeft de guitige Mick toe. “En hij zegt hetzelfde van mij. Na onze laatste match tegen elkaar zijn wij nog verder samen blijven spelen terwijl onze ouders in de kantine zaten. En daarna is Simon bij mij thuis komen spelen.” De dag dat Faris Haroun en Mo Messoudi bij elkaar gaan spelen, wordt een heuglijke hoogdag voor het Antwerpse voetbal.
Veel contact hebben de jeugdspelers overigens niet met de grote jongens. Ayoub ziet er af en toe eentje wanneer hij bij de beloften opdraaft. “En Wim De Decker komt geregeld naar onze matchen kijken. Hij heeft ons ook al een keer training gegeven.” Tom Van Hyfte en Hernan Losada hebben een paar trainingen gegeven aan de U17, waar Jari ook geregeld mee traint. “Ze volgen allebei een trainerscursus en die trainingen waren hun examen voor mensen van de voetbalbond.”
Aan de hand van Sinan Bolat
Het moment de gloire van Lowie kwam dan weer toen hij in januari voor de belangrijke competitiematch tegen Club Brugge het veld mocht oplopen aan de hand van zijn idool, Sinan Bolat. “We waren met twee keepers en we deden lotje trek. De verliezer moest bij de keeper van Brugge gaan staan. Maar ik had geluk.” Hij glundert. “Op het veld staan met onze ploeg, tussen al dat volk, dat was wel chic.” Zijn kans om Bolat een paar keeperstips te ontfutselen heeft hij laten schieten. “Ik durfde bijna niets te zeggen”, bekent hij.
Lowie is trouwens de enige van het kwartet die deze zondag de derby live in het stadion zal meemaken. Zijn papa heeft een abonnement gekocht op de nieuwe Tribune 1 van de Bosuil. Ayoub is niet zeker of hij nog een ticket te pakken krijgt, de jeugdspelers van Antwerp krijgen immers geen abonnement meer voor de wedstrijden van de profs. Jari en Mick kijken thuis op tv, maar zullen binnen veertien dagen wel in het Olympisch Stadion zitten.
“De jeugdspelers zitten samen achter een van de goals”, zegt Jari, die nu al weet wat het onderwerp van gesprek zal zijn op de speelplaats van OLVE komende maandag. “Ik hoop dat Beerschot Wilrijk het goed doet, want onze lerares Frans supportert voor Antwerp. Toen wij in maart de beslissende promotiematch tegen Cercle verloren, maakte zij zich daar al wat vrolijk over. Toen heb ik de hele dag pissed in de les gezeten.” Een pronostiek dan maar. De kleine Mick is vol vertrouwen in de afloop: “1-2”, zegt hij. Zijn paars-witte collega Jari is wat voorzichtiger: “Het zal niet makkelijk zijn op verplaatsing. Ik gok 2-2.” De Antwerp-mannen geloven niet dat Beerschot Wilrijk scoort zondag. “2-0”, zegt Lowie. “Doe er nog maar eentje bij”, lacht Ayoub. “Voor minder dan 3-0 doen we het niet.”
Ayoub El Makhloukhi Jeugdspeler Antwerp “Er is wel meer druk voor die derby’s. Vooral vanuit de supporters. Bij een derby staat er altijd een pak meer volk langs de lijn dan bij een andere match.”