Gazet van Antwerpen Stad en Rand
ONTSPANNEN OP HET WATER
Het Nationaal Park De Biesbosch is het grootste zoetwatergetijdengebied van Europa. In dit avontuurlijk natuurgebied kun je varen langs wilgenbossen, kanoën door kronkelende kreekjes, wandelen over ruige paadjes en fietsen langs open weides vol watervogels.
De Biesbosch strekt zich uit over 90 vierkante kilometer en tussen drie grote rivieren. Het hele gebied is een wirwar van brede waterlopen, smalle kreken, laaggelegen eilandjes en spaarbekkens. Met zoveel water moet je dit gebied wel per boot verkennen. En dus ga ik bij het Biesboschcentrum Dordrecht aan boord van een ‘fluisterboot’ – een boot met stille elektrische motor die de dieren niet opschrikt. Het enige wat ik hoor is de stem van mijn gids die honderduit vertelt over De Biesbosch.
GEBOREN UIT EEN RAMP
In het gevecht tegen het water kende Nederland niet alleen overwinningen. De grote watersnoodramp van 1953 zit nog levendig in het geheugen. Aan een andere grote overstroming, de SintElisabethsvloed uit 1421, dankt De Biesbosch zijn bestaan. Door die vloed overstroomde het landbouwgebied De Groote Waard met zout water. Zo ontstond een ondiepe binnenzee. In de eeuwen daarna groeide door werking van het getij en de afzetting van slib De Biesbosch: een wirwar van modderige eilandjes en zandbanken die doorkruist worden door tientallen ondiepe kreken.
OP EN NEER
Hoewel De Biesbosch een zoetwatergebied is, is er toch nog altijd zo’n 70 tot 80 centimeter getijdenverschil. Via de Nieuwe Waterweg staat de Biesbosch immers nog steeds in verbinding met de zee. Bij hoog tij stuwt de Noordzee het zoete rivierwater terug, en de gevolgen daarvan zijn tot zo’n 50 kilometer ver te merken. In de
Sliedrechtse Biesbosch, het meest noordelijke deel van het Nationaal Park, is de getijdenwerking het grootst. Als je bij eb in een van de kreekjes vaart of roeit, hou je dus best in de gaten of het water wel diep genoeg is – anders riskeer je vast te zitten, lacht mijn gids.
HARD LABEUR
Vandaag is De Biesbosch een rustig natuurgebied, maar nog niet zo lang geleden werd er vooral hard gewerkt. Het gebied bleek namelijk ideaal voor de groei van biezen, een tot 3 meter hoge, rietachtige plant, die gebruikt werd voor vlechtwerk. Ook riet groeide er welig, en er waren hele plantages met wilgenbomen. Het wilgenhout werd gebruikt voor allerlei toepassingen, waaronder het verstevigen van dijken. Omdat de arbeiders die het wilgenhout hakten per stuk betaald werden, werkten ze vaak van zonsopgang tot zonsondergang door. Van maandag tot zaterdag verbleven ze in primitieve omstandigheden in zogenaamde ‘griendketen’ tussen ratten en ander ongedierte. Hier en daar is zo’n keet bewaard.
NATUURLIJKE NATUUR
Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de natuur vrij spel in De Biesbosch. Biezen en riet kregen vrij spel, en de wilgen werden niet langer om de paar jaar geknot en konden uitgroeien tot rijzige bomen. Opvallend is dat veel bomen schots en scheef staan. Dat komt door de drassige grond. Als er bomen omwaaien in een storm, mogen ze blijven liggen zodat de natuur haar werk kan gaan. Door zo weinig mogelijk in te grijpen wil men de typische Biesboschnatuur herstellen. Alleen als een boom een vaargeul zou versperren wordt hij opgeruimd, zegt mijn gids. Aan de randen van de wilgenbossen groeien prachtige planten met kleurrijke bloemen zoals berenklauw, grote klis, moeraskruiskruid, rivierkruiskruid en grote kattenstaart.
ZOEK DE BEVER
De bekendste bewoner van De Biesbosch is de bever. Die was in Nederland uitgestorven, tot er in 1988 een paar koppels werden uitgezet in De Biesbosch. Ze hebben het hier duidelijk naar hun zin, want inmiddels leven er ruim 300 stuks verspreid over een honderdtal beverburchten. Het zijn nachtdieren die zich pas in de avondschemering buiten wagen. Mijn gids wijst me wel een van hun burchten aan, en op boomstammen langs de oever zijn duidelijk knaagsporen van de bever te zien. Wil je bevers zien, dan boek je best een trip met de speciale fluisterboot bij valavond. Dan heb je ook kans om andere grote fauna van De Biesbosch te zien. Met wat geluk zie je een vos of boommarter.
WANDELEN
Ik heb De Biesbosch per boot verkend, maar het kan ook te voet. In het Bezoekerscentrum Dordrecht is een wandelgidsje te koop met zeven routes van verschillende lengte. Ze gaan van een klein ommetje over verharde wandelpaden tot een meer uitdagende tocht over ruige paden – laarzen of waterdichte wandelschoenen aangeraden!