“Tweede plaats wordt al lastig genoeg”

Hein Vanhaezebrouck heeft zijn strategie opnieuw aangepast. Vorige week, toen de kloof drie punten bedroeg, wilde hij Club Brugge extra nerveus maken. Nu blauwzwart weer zes eenheden voorstaat, wil Hein hen overmoedig maken. “De titelstrijd is beslist”, aldus de Anderlechtcoach. “We zouden graag nog één keer naderen op Club Brugge - al is het maar voor de spanning - maar finaal wordt Brugge toch kampioen. Laten we serieus blijven. Het won met 6-0 van Charleroi, maar het had net zo goed 12-0 kunnen zijn. Zo indrukwekkend was het. Nee, wij strijden voor de tweede plaats met AA Gent en Standard. Winnen in Genk dit weekend wordt voor ons weer niet gemakkelijk. We hebben weer minder dan drie volle dagen rust en dat is nefast. Dat zag je ook tegen Standard: onze loopafstanden waren iets minder groot, we misten wat scherpte. Niet onlogisch, zeker aangezien onze kern al zo uitgedund is door blessures.”

Toch wil Vanhaezebrouck dat zijn jongens wat brutaler worden. “We doen het niet slecht in deze Play-off 1, maar het is niet altijd de beste ploeg, of die met de meeste kansen, die wint. We moeten efficiënter zijn en ook leper. Een voorbeeldje: tegen Standard tackelt Carcela op de voeten van Saief. Je ziet de ref twijfelen, want dat was een penalty. In plaats van dat uit te roepen, blijft Saief stil. Ja, hij fluistert respectvol in het oor van Carcela: ‘Je hebt chance, want dat was strafschop’. Maar hij moet het verdorie tegen de scheidsrechter roepen! Dan schiet de vitweede deoref misschien ook in actie, maar nu bleef alles stil. Nog een voorbeeld? Chipciu gaat op Standard-keeper Ochoa af. Bij veel andere clubs zou de speler zelf contact hebben gezocht in dat duel, maar wij niet. Pas op, dit is geen oproep tot schwalbes, maar soms moet je gewoon claimen wat je verdient. Maar goed, die leepheid kun je niet aanleren. Je hebt dat of je hebt dat niet.”

Voor de tweede plaats zou het dan misschien goed zijn als Club Brugge zondag wint van Standard?

“Ach, we kijken alleen naar onszelf”, besloot Vanhaezebrouck. “Voor de titel hadden we een perfect parcours nodig en dat zit er niet meer in. We moeten eerst zelf winnen op

Genk.”