Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Vaginamonologen uit de ruimte
POP/FUNK/R&B JANELLE MONAE Dirty Computer ★★★★è
Begin dit decennium leek Janelle Monae een superster in wording. Ze werd door Prince gesteund, introduceerde een ‘afrofuturist’-kaderverhaaltje waarin Monae – half robot/half mens – haar weirde funkpop illustreerde met afgemeten liveshows en leverde met songs als Tightrope oorwurmen af. Dat het de afgelopen jaren stiller werd, komt door die parallelle carrière als actrice, in Oscargenomineerde films als Moonlight en Hidden Figures. En in de sciencefictionreeks Electric Dreams, waar ze als android dichter bij haar podiumpersonage aansloot. Maar kijk, met Make me Feel, een knoert van een song en wellicht een van de laatste waaraan Prince een onweerstaanbare groove bijdroeg, klopt Monae weer aan de deur. Even hitgevoelig is I Got the Juice, waarin de stempel van Pharrell herkenbaar is. In andere songs weegt haar boodschap zwaarder. Meteen na een zomerse titelsong – met Beach Boys-sound door de featuring van Brian Wilson – koppelt ze in Crazy.Classic.Life de strijd voor zwarte rechten aan de lokroep van ‘sex in the swimming pool’. In de wereld van Monae wegen de bijbel én het Wakanda-universum uit Black Panther even zwaar, maar woedt ook de #MeToo-strijd. ‘Let the vagina have a monologue’, klinkt het in Django Jane, dat oproept tot een seksstaking, in Screwed (met Zoë Kravitz) zingt ze dat alles seks is, behalve seks: dat is macht. Op Dirty Computer zweeft Monae nog steeds tussen de aarde en het uitspansel, tussen de zwoele soulfunk van weleer en de r&b-sound van vandaag, tussen drift en diepgang. Janelle Monae is one of a kind.