Gazet van Antwerpen Stad en Rand
"Wie weet koers ik wel tot mijn vijftigste
Davide Rebellin gaat dit weekend op zijn 46ste voor zege in koninginnenrit
Hij wordt op 9 augustus 47 jaar, maar zaterdag gaat hij in de koninginnenrit in de Ardennen gewoon voor de zege. Davide Rebellin denkt nog lang niet aan stoppen. “Ik koers nog ontzettend graag, het is het mooiste wat er is”, zegt de Italiaan. “Ik train in Monaco soms zelfs met Philippe Gilbert.”
Het contrast gisteren aan de start van de tweede rit in Lochristi kon niet groter zijn. Naast de grote teambus van Lotto Soudal kleedden de renners van Sovac - Natura4ever zich om in enkele wagens. Het team rijdt rond met een Algerijnse licentie maar heeft met Natura4ever een Belgische sponsor, telt zes Belgen in de ploeg en heeft met ex-renner Geoffrey Coupé een Belgische manager. Het won dit seizoen al achttien koersen en staat internationaal daarmee op de vierde plaats in de zegestand. Al werden die zeges allemaal behaald in Afrika. Voor eentje zorgde Davide Rebellin, in een rit in de Algerijnse Ronde van Oran. “En zaterdag ga ik voor de zege in de Ardennen”, zegt de 46-jarige Italiaan.
In die koninginnenrit wordt o.a. twee keer de Muur van Hoei beklommen. Rebellin won drie keer de Waalse Pijl (2004, 2007 en 2009).
“Ik kijk er enorm naar uit. Ik voel mij goed en wil bij de besten zijn in de finale. En waarom zou ik niet kunnen winnen?”
Omdat hij met zijn 46 jaar naar wielernormen toch al bejaard is?
“Ik voel mij veel jonger. Ik hou nog altijd van fietsen, trainen en wedstrijden rijden. Zolang mijn benen en mijn lichaam mijn geest volgen, is het goed. Ik verzorg mij prima, leef voor de koers. Natuurlijk ben ik niet meer zo goed als vroeger, heb ik aan explosiviteit verloren. Maar ik sta echt nog mijn mannetje. Ik bekijk het van jaar tot jaar. Aan mijn motivatie zal het niet liggen. Als die wegvalt, is het gedaan hoor. En ook als ik moet lossen uit het peloton (lacht). Maar momenteel lukt het nog.”
Rebellin is bezig aan zijn 26ste seizoen in het elitepeloton. Twee jaar was hij er tussenuit na een dopingschorsing. In 2009 bleek na extra testen dat hij in de olympische wegrit in 2008 in Peking (waar hij zilver won) positief was op epovariant Cera.
“Het is wat het is, het waren andere tijden”, wil de Italiaan er weinig over kwijt. “Maar ik ben blij dat het er nu properder aan toegaat. Het wielrennen is zuiverder geworden en dat kan ik alleen maar toejuichen. Was ik maar later geboren, ik was veel liever nu top geweest. Al is het wel jammer dat er nu minder wordt aangevallen. Er wordt meer gecontroleerd gekoerst en in ploeg. Maar tijden veranderen en er wordt ook sneller gereden door de techniek en het materiaal. Het niveau is hoger en ook breder.”
Na zijn schorsing keerde hij terug in kleinere ploegen. Vorig jaar koerste hij voor een team uit Koeweit, maar nu koos hij voor een Algerijns- Belgisch team.
“Ik heb die kans gegrepen, en ze hebben een mooi project, willen rustig groeien. Koersen is voor mij nu ook avontuur, ik ontdek graag nieuwe wedstrijden, op verschillende continenten. Ik reed dit seizoen veel in Afrika, dat was leuk. Uiteraard is dat niveau niet zo hoog en de tegenstanders minder dan hier: maar je mag dat toch niet onderschatten. Voor het geld moet ik het niet doen, ik doe het voor mijn plezier. Ik kom rond, dat volstaat.”
Koersen zonder vlees
Rebellin is veganist, eet geen vlees: is dat het geheim van zijn lange houdbaarheidsdatum?
“Mijn vrouw heeft drie jaar geleden voor die levenswijze gekozen en ik ben haar gevolgd. Al zondig ik wel soms op koersen. Ik moet toch eten hé, en niet alles is voorhanden zoals thuis. Vlees of geen vlees maakt eigenlijk weinig uit: ik recupereer goed, heb kracht. Gezond eten en je goed verzorgen blijft het belangrijkste.”
In zijn woonplaats Monaco komt hij tijdens die trainingstochten vaak Philippe Gilbert tegen.
“Ja, we trainen al eens samen. Of met Oscar Gatto of Niccolo Bonifazio. Maar ik train eigenlijk het liefst alleen. Maar het wederzijdse respect tussen Gilbert en mij is heel groot. Na mijn actieve carrière wil in Monaco ook fietsstages organiseren voor wielertoeristen. Ik zou ook graag in de wielersport blijven en mijn ervaring doorgeven. Ik merk dat de jonge renners toch veel respect voor mij tonen. Ze luisteren aandachtig als ik raad geef. Maar eerst nog wat koersen. Ja, wie weet wel tot mijn vijftigste.”