Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Onbekend in eigen land, een fenomeen in de VS
Vlaamse illusionist verbaast Amerikaans publiek
Geen Belg bij wie zijn naam een belletje doet rinkelen. Maar in de wereld van magie en illusies behoort Aaron Crow (50) tot de absolute top. Met zijn deelname aan
America’s Got Talent doet de West-Vlaamse illusionist miljoenen Amerikaanse kijkers versteld staan, en ook de rest van de aardbol gaat wild voor zijn kunstjes. “Waarom zou ik deelnemen aan Belgium’s
Got Talent? In Vlaanderen zou ik maar een handvol shows spelen.”
Op het podium zegt hij geen woord. Om het mysterie te versterken. Of om zijn WestVlaamse tongval te verbergen. Want vergis u niet, Aaron Crow is een Belg en heet eigenlijk gewoon Ronny Verbeke. Zijn thuisdorp Ruiselede en diploma van opvoeder heeft hij al even ingeruild voor een internationale carrière als illusionist. Crows specialiteit: geblinddoekt voorwerp aan diggelen slaan met Oosterse wapens.
In de Verenigde Staten neemt Crow momenteel deel aan America’s Got Talent, waar in de nacht van dinsdag op woensdag zijn auditietezien was. Crow sloeg de zaal
met verstomming. Hij kleefde zijn ogen dicht met kaarsvet en ging tekeer op voorwerpen die werden vastgehouden door nietsvermoedende toeschouwers. Blind. Crow hakte zelfs een ananas op het hoofd van jurylid Howie Mandel in tweeën met een samoeraizwaard. Simon Cowell en de andere ‘judges’ stemden hem
unaniem naar de volgende ronde, en ook de miljoenen Amerikaanse kijkers
hebben niets dan lof. “Het filmpje van mijn auditie is al meer dan acht miljoen keer bekeken”, vertelt Crow. “Zulke megacijfers haal je enkel in de VS. Als je doorbreekt in Amerika, ligt de hele wereld
open.”
Rond de wereld
In 2013 haalde Crow de halve finale van
Britain’s Got Talent. Plannen om bij ons mee te doen, heeft hij niet. “Waarom zou ik deelnemen aan Belgium’s Got Talent? Hier zouden mijn filmpjes 100.000 keer bekeken worden, in Amerika en Engeland loopt dat op tot in de miljoenen. En als je in Vlaanderen wint, haal je met wat geluk één contract binnen. Dan zou ik een handvol shows spelen. Neen, ik mik op een groter platform.”
Al sinds zijn kindertijd wil Crow op een podium staan. “Dat begon op familiefeesten, later trad ik op bij evenementen van mijn voetbalploeg. Sketches, toneel, dansen, ik heb zowat alles gedaan. Toen ik gevechtsport ging beoefenen, deed ik demonstraties. En plots werd ik daar aangesproken door een goochelaar. Dan ben ik de twee gaan combineren: gevechtsport en illusionisme.” Crow nam jaren de tijd om zijn act te perfectioneren en werd opgepikt door The Illusionists, een rondreizende groep van goochelaars en illusionisten. “Het Cirque du Soleil van de magie, zeg maar. Met hen heb ik vijf jaar rond de wereld getoerd. Australië, Nieuw-Zeeland, Mexico, Maleisië, Singapore, … Een grotere show bestaat niet. In Londen heb ik ook in de beroemde theaterwijk West End opgetreden, en na enkele shows in Bobbejaanland vorig jaar werk ik nu aan mijn eigen voorstelling. Mijn eigen bed zie ik dus niet vaak.”
Hopen op doorbraak
“Al mijn acts heb ik zelf bedacht, niets is gekopieerd”, zegt Crow. “Aan iedere truc werk ik twee tot drie jaar. Ik moet veel oefenen, want de wapens die ik gebruik, zijn echt. Dan mep ik mezelf wel eens een blauw oog met nunchucks (Chinese vechtstokken, red.), en ooit heb ik eens in iemands arm gesneden. Maar ik heb nog nooit iemand op spoed doen belanden, of erger. Dan had ik wel in
den bak gezeten.”
Hopen op een doorbraak in eigen land doet Crow wel, maar hij rekent er niet op. “Er is hier wel een markt voor magie, maar enkel als je al een tv-persoonlijkheid bent. Zoals Nicolas, die bekend werd dankzij Belgium’s
Got Talent. Het buitenland is niet de gemakkelijkste weg, maar mij heeft het al veel opgeleverd. In America’s Got Talent waren er duizenden kandidaten, en ben ik een van de 250 geselecteerden. En nu zit ik bij de laatste tachtig. Nu bereid ik voor op de volgende ronde. De finale lijkt me te hoog gegrepen, maar ik ben trots waar ik nu al sta. America’s
Got Talent, dat is de grootste show op aarde, he. En dat voor een Vlaming.” DENNIS VAN GOETHEM