Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“De meeste mensen zijn vogelvriendelijk”
Wacht onze stadsvogels hetzelfde lot als de meeuw aan de kust?
Wat de meeuw is voor de kust, is de duif voor een stad als Antwerpen. Gisteren kon u in uw krant lezen dat de meeuw zo hard wordt gehaat dat ze is uitgegroeid tot een bedreigde diersoort. Hoe zit het met de stadsvogels in Antwerpen?
Guy Van Steen leidt ons rond doorheen de stad. Als voorzitter van vogelwerkgroep De Stadsmus kent hij de plekjes in Antwerpen waar stadsvogels het liefst vertoeven.
Net daar ligt het probleem voor de gierzwaluw, een veel voorkomende vogelsoort in hartje Antwerpen. “Dit zijn typische stadsbewoners, die afhankelijk zijn van bewoning om te kunnen overleven”, steekt Guy Van Steen van wal. “Spleten van oude gebouwen zijn de ideale nestplaats voor gierzwaluwen. Daar wringt net het schoentje. Omwille van de renovatie- en isolatiegolf van de laatste jaren worden die spleten van oude gebouwen dichtgemaakt. Zo gaat de populatie van de gierzwaluw er met rasse schreden op achteruit. Op het Eilandje kon men er vroeger bijvoorbeeld de ene na de andere spotten, terwijl vandaag
de dag zelfs de beste verrekijker niet volstaat om er één te kunnen vinden.” Grootste kolonie in de Zoo
We trekken naar het stadspark, waar wellicht de meest vervloekte stadsvogel van allemaal vrij spel heeft: de duif. Een soort die in de stad haar oorspronkelijke omgeving en veel voedsel terugvindt. In het verleden heeft men al allerlei maatregelen genomen om hun populatie net te beperken. Het schudden van eieren, steriliseren of simpelweg vangen: alles is geprobeerd. Nochtans zijn er op het eerste gezicht nog voldoende duiven in het stadspark, wat ook Guy beaamt. “Zij hoeven niet beschermd te worden, want ze zijn in tegenstelling tot andere
soorten wel nog met veel.”
Die andere soorten zijn bijvoorbeeld de huismus en de slechtvalk. “Huismussen zijn bijna volledig uit het straatbeeld verdwenen”, aldus Guy. “De grootste kolonie vinden we nog terug in de Antwerpse Zoo, wat eigenlijk alles zegt.” Ook de slechtvalk was er lange tijd slecht aan toe, tot de stad het initiatief nam om op verschillende plaatsen nestkasten te plaatsen. “Op die manier zijn er dit jaar in de toren van de kerk aan het Koxplein drie slechtvalken geboren die ondertussen al zijn uitgevlogen”, vertelt Guy enthousiast. Mede dankzij subsidies van het district Borgerhout. Dat het hoofdvoedsel van slechtvalken uit stadsduiven bestaat, is voor velen wellicht mooi meegenomen.
Wat kunnen wij doen?
Antwerpen neemt volgens Guy Van Steen dus wel degelijk maatregelen om de populatie van zijn stadsvogels intact te houden, al mag het altijd wat meer zijn. “De actie rond de nestkasten vond ik zeer goed, maar voor het overige blijven de initiatieven toch vaak beperkt tot sensibiliseren en het verstrekken van informatie”, vindt hij. “Met onze werkgroep proberen we elke eerste zondag van de maand een inventarisatie te maken van de stadsvogels en ik ben blij dat de stad zelf ook bezig is met inventarisatieprojecten.”
Niet alleen de stad, maar ook haar inwoners kunnen actie ondernemen om de populatie van de stadsvogels in stand te houden. “Vaak met eenvoudige ingrepen”, zegt de vogelliefhebber. “Uw tuin inrichten met dichte struiken en klimop is de ideale manier om huismussen te herbergen. Nestkasten plaatsen is altijd goed, maar gelukkig krijgen we daar veel meer aanvragen voor dan dat we er kunnen aanbieden.
Dat stemt mij enigszins hoopvol.
Ik ben ervan overtuigd dat de meerderheid van de mensen vogelvriendelijk in het leven staat. Ook ten opzichte van exemplaren die geheel onverwacht hun gevoeg durven te doen (lacht).”