Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Straks is alles tussen Antwerpen en Zelzate havengebied”
Wase dorpen zien haven opschuiven
‘Linkeroever kan dit jaar groter worden dan rechteroever’, kopte uw krant vorige week. De linkeroever is nu al goed voor 48% van de totale maritieme overslag in de haven. In Beverse deelgemeenten Kallo, Kieldrecht, Verrebroek en Melsele laat de groei zich voelen. “Er zou hier een scenario als dat van Doel kunnen ontstaan.”
Al is lang niet iedereen negatief. “Voor ons is het erg handig dat we op de linkeroever van de Schelde kunnen werken. We wonen alle vier in de buurt”, zeggen vier havenarbeiders in de bruine kroeg Poldervriend in de Fabriekstraat in Kallo. Voorman Franky Van Damme heeft zijn pottenman Ivan Van Dam (52), dekman Matthias Van Moer (22) en markeur Charissa Van Roeien (20) meegenomen voor “teambuilding” met een schuimkraag. Zoals dat gaat op vrijdagavond.
“Vroeger werkten we zowel op als linkeroever”, weten de oudsten Ivan en Franky. “Den dok van vroeger bestaat niet meer. We moesten meer sleuren en trekken en werkten nog met stukgoed en zakgoed. Nu zit eigenlijk alles buiten auto’s in containers.”
Het is net die grote stijging in het containervervoer, die zich sterk doorzet op de linkeroever van de Schelde. Voor Agnès Van Gysel (61), die in café Poldervriend werkt, is dat een geschenk. “Het aantal dokwerkers stijgt bij ons in het café. Dat is goed voor de omzet. Ik zeg altijd: ‘Oranje boven!’” Waarop een andere cafégast verbouwereerd denkt dat ze supportert voor de nationale ploeg van Nederland. “Wat denkt ge? Van het oranje van het werkpak van de havenarbeiders he”, dient ze hem van repliek.
De komst van zo’n massief grote industrie verandert de sfeer in de omliggende gemeentes sterk. In Kallo heeft de Poldervriend meer klanten, maar elders heeft het andere gevolgen. Enkele oude dames onder de kerktoren van Kieldrecht, vlak tegen de grens met Nederland, leggen het uit. “De haven komt hier dichtbij, we kunnen het in de verte zien. Het is niet meer zoals vroeger”, verhalen ze. Maar ze maken zich er niet al te veel zorgen meer om. “Het zal nog jaren duren voor de containers tot dicht bij ons komen. Gelukkig maken wij dat niet meer mee. Dat is maar een probleem voor onze kleinkinderen”, wuiven ze de zaak weg.
Voor hun dorpsgenoot Dirk Praet (54) is het wel degelijk een reden om ongerust te zijn. “Ik houd van de natuur, maar jaar na jaar wordt er meer afgenomen. Ik vind dat de haven eigenlijk niet op zijn plaats is in Antwerpen. Het is eigenlijk een zeehaven, maar dan in een stedelijk gebied.” Dirk begrijpt wel dat de haven uitbreidt. “Dat is nu eenmaal vooruitgang. We kunnen niet in de tijd van Bokrijk blijven wonen, maar je mag niet overdrijven. Straks is heel het gebied van Antwerpen tot Zelzate (boven Gent, red.) een grote haven. Dat zou zomaar kunnen gebeuren. Een politiek akrechter-
Agnès Van Gysel
Café Poldervriend
“Het aantal dokwerkers stijgt bij ons in het café. Dat is goed voor de omzet.”
Tonny en Amber
Melselenaren
“We hebben eigenlijk het liefste dat er file is. Dan rijdt al dat verkeer van de haven tenminste traag.”
koord is maar een pennentrek op een stuk papier.”
Hij ziet de jeugd wegtrekken. “Kieldrecht is geïsoleerd aan het raken door de haven. Jonge gezinnen willen hier niet blijven. Ik weet al zeker dat mijn dochters vertrekken in de richting van een buurt met meer werkgelegenheid. In de jaren 70 had ons dorp 4.300 inwoners, nu bijlange geen 4.000. Er zou een scenario als dat van Doel kunnen ontstaan.”
Terwijl Dirk zijn uitleg doet, draait een camion op het kruispunt aan de kerk. “Dat is weer een chauffeur die eigenlijk in de haven moet zijn, maar de weg kwijt is. Die camions moeten hier helemaal niet zijn. Toch raken er hier zoveel verzeild en ze rijden onze banen kapot.”
Nieuwe eetgelegenheden
Vrijdagavond is het feest in café ’t Wit Huis op de Verrebroekstraat in Verrebroek, het volgende dorp. Het is weekend, dus zijn er wel klanten. Maar ’t Wit Huis draait niet altijd een grotere omzet. “Er zijn strengere regels in de havenbedrijven en de controles breiden uit”, legt Tanja Hooft (47) uit. Ze runt samen met haar vriend Peter De Graaf (52) het café. “Het verbruik is in dat opzicht wel gedaald.”
Meer nog: er zijn andere kapers op de kust, die ook cliënteel zien in de werknemers die de uitbreiding van de haven met zich meebrengt. “Er zijn meer nieuwe zaakvoerders ondertussen. Wat verderop zijn er twee eetgelegenheden. Die liggen voor de havenarbeiders dichter bij hun werkplek dan mijn café, dus komen ze hier ’s middags minder.” Voor Tanja sneu, maar ondertussen zijn er dus twee nieuwe horecazaken. De haven brengt ook nieuw leven.
In de straat Melseledijk in Melsele is te merken wat een zwaar vrachtverkeer zo’n uitbreiding van de haven veroorzaakt. Een constante stroom aan containers op banden vlamt voorbij het huis van Tonny Bonnet (36) Amber Geerts (35) en zoontje Bali (7,5 maanden). “Het is een sluipweg voor de werknemers”, weet Tonny. “We hebben eigenlijk het liefste dat er file is. Dan rijdt al dat verkeer van de haven tenminste traag. Ik hoop dat er een veilig fietspad komt tegen de tijd dat mijn zoon oud genoeg is om te fietsen.”
Amber is doof. Ze legt de honderd meter naar de bakker elke dag met de auto af, uit schrik voor de snelheidsduivels. “Ook om met onze honden Kira en Marcel te gaan wandelen is het te onveilig”, zegt Tonny. Of ze het willen of niet, de dorpen zullen zich met de haven mee moeten bewegen. Want die laatste laat weinig keuze.