Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Restaurant tussen Schelde en eigen tuin
Chef’s Table trekt na verhuizing nog meer de kaart van de eigen tuin
Dimitri Van Berlo en Tanja Veyt verhuisden hun restaurant Chef’s Table naar de overzijde van de straat. Het stel maakte van die verhuizing gebruik om hun concept nog meer uit te diepen. Terroir is hier geen loos woord, zowel op het bord als tegen de muur. De Schelde en de eigen tuin zijn altijd in de buurt.
Dimitri en Tanja voelen zich helemaal thuis op ‘hun’ plein. Ze verhuisden van de Koningin Astridlaan naar het Kaaiplein, maar elke Burchtenaar zal zeggen dat ze daarmee gewoon de straat hebben overgestoken. De grote verandering zit hem in de ruil die ze hebben volbracht. Niet alleen is het restaurant Chef’s Table verhuisd, op het oude adres openden ze de groenten- en delicatessenwinkel Culinaire Verwenboetiek. Maar de verhuizing verliep moeizaam. “Het project hield veel meer in dan we eerst dachten. We kochten het pand van café Violetta, maar het smalle gebouw bood geen oplossing voor de verplichte parkings”, vertelt Dimitri. Het stel kocht ook het pand ernaast, een broodjeszaak. “Dat werd veel om te dragen voor ons. Met de hulp van een projectontwikkelaar lukte het allemaal wel, maar het kostte veel meer tijd dan de geplande tweeënhalf jaar.” Achteraan grenst de nieuwbouw aan de tuin van Dimitri en Tanja. “Ja, en daar moest een boom sneuvelen die we 25 jaar geleden samen hebben geplant. Net daarom zochten we naar een tweede leven voor die boom. We hebben hem, met wortels en al, opgehangen in de zaal en er couverts kunstig in verwerkt.”
Boven de boom is te lezen: Think about what you eat, It’s coming from a garden, the Chef’s Table Garden. Dat is ook exact de sterkte van het restaurant. “Ik werk al heel lang met kruiden en groenten, maar sinds ik twee jaar geleden Chef-kok Dimitri Van Berlo en echtgenote Tanja Veyt: een hecht team. Op de achtergrond hangt de gesneuvelde boom.
Dimitri Van Berlo
Chef’s Table
met een eigen tuin startte, volg ik zijn ritme. Ik wil zoveel mogelijk zelf telen en druk daarbij op biologisch werken en versheid. Daarom begint mijn dag met het plukken van kruiden en groenten. Daar ben ik snel twee uur zoet mee. Maar de genoegdoening achteraf is groot. De frietjes bij onze mosselen komen van aardappelen die ik vanmorgen heb uitgestoken. Dat proef je. Mensen weten niet meer dat een radijsje pikant hoort te zijn. Oudere klanten wel, die herinneren zich dat dan ineens weer.
Voor die kleine dingen doe je het.” Toch betekent het ritme van de tuin ook dat de chef nog geen tomaten heeft. “De tuin loopt zo’n drie weken achter, door de zware regenval in maart. Maar dat is niet zo erg, er zijn nog genoeg andere dingen.”
Zoals scheermesjes of maatjes, bijvoorbeeld? “Inderdaad, ik reken de Oosterschelde en alles wat die ons brengt graag tot het terroir (streekgebonden gerechten, red.) van de zaak. Dat trekken we ook door in de beleving die we willen meegeven: de stenen waarin we de amuses steken, zocht ik langs de Scheldeboord en er hangt een levensgrote foto van mensen aan de rand van de rivier. En ook de waterpartij aan de inkom verwijst ernaar. We hebben de Schelde, dus doen we er graag iets mee.”
“De frietjes bij onze mosselen komen van aardappelen die ik vanmorgen heb uitgestoken.”