Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“Ik kwam mijn huis niet meer uit”
Eva (32) raakte in depressie na burn-out en werd door huisarts doorverwezen
Bijna twee jaar geleden kwam Eva (niet haar echte naam) bij het mobiele crisisteam terecht, op aandringen van haar huisarts. “Ik dacht dat ik mijn problemen wel alleen kon oplossen, maar ik besefte niet hoe diep ik zat.”
Dat ze zich niet alles herinnert van die periode, waarschuwt Eva als we hebben afgesproken. Er zitten gaten in haar geheugen en de chronologie van de gebeurtenissen weet ze niet meer, maar het gevoel dat ze toen had, komt helemaal terug als ze erover praat. “Na een burn-out was ik opnieuw beginnen te werken. In een andere functie, dat wel, maar het bleef heel stresserend. Op een bepaald moment ben ik compleet gecrasht. Ik wilde alles graag heel goed doen, dit was mijn droomjob, maar het voelde alsof ik op drijfzand stond. Toen er in die periode ook nog een vriend overleed, ben ik gestopt met werken. Het voelde alsof ik kilo’s bakstenen aan mijn voeten had. Op sommige dagen kwam ik mijn bed niet uit. Ik wilde er gewoon liever niet meer zijn.”
Huisarts ongerust
Het was haar huisarts die aandrong op een afspraak bij het mobiele crisisteam. “Een jonge dokter, die mijn vaste huisarts verving. Zij vertrouwde het niet en liet het crisisteam bij me thuis langskomen. Ik woon alleen en mijn dokter was ongerust. Als je echt hulp nodig hebt, ben je niet altijd meer in staat om die te vragen. En bij psychiaters en psychologen zijn de wachtlijsten vaak erg lang. Op den duur was alles zo uitzichtloos dat ik mezelf compleet isoleerde. Ik had paniekaanvallen, was heel verward. Ik begon mensen te mijden. Familie en vrienden hadden niet door hoe diep ik zat. Of ze gaven goedbedoeld de tip om wat yogalessen te volgen. Daar los je het niet mee op.” Door de bezoeken van het mobiele crisisteam werd Eva’s isolement doorbroken. “Ze zijn heel mild en kijken vanuit een ander perspectief. De mensen van het crisisteam luisteren zonder een oordeel te vellen, ze helpen je vooruit zonder iets terug te verwachten. Omdat ze letterlijk je woonkamer binnenstappen, is hun aanpak ook meteen heel intiem en persoonlijk. Je kan geen schijn ophouden, ze dringen meteen door naar de essentie. De psychiater is ook meegekomen. Hij dacht toch aan een opname, maar dat zag ik niet zitten. Ik dacht toen nog dat ik wel snel mijn ‘gewone’ leven terug kon hervatten. Uiteindelijk ben ik twee jaar thuis geweest.”
Moeilijk te aanvaarden
Van dat eerste jaar heeft ze weinig herinneringen. Na zes weken stopte de begeleiding van het crisisteam en werd Eva verder begeleid door een psychologe en een psychiater. “Dat tweede jaar voelde ik me al veel beter. Ik sprak weer af met vrienden, ging vaak wandelen aan zee, maar toch was ik nog niet genezen. Dat is moeilijk om te accepteren.”
Eva krijgt tranen in haar ogen als ze erover vertelt. “Ik wilde sterk zijn voor mezelf, maar soms moet je durven toegeven dat het niet meer gaat. Ik vond dat ik alles had om gelukkig te zijn: een job, een huis, familie en vrienden, en toch voelde elke dag als een vreselijke opgave. Dat aanvaarden, is lastig. Ik zie veel mensen die het moeilijk hebben. Laat u begeleiden, denk ik nu. Hoe hard we ook roepen dat psychiatrie geen taboe is, dat is het nog wel.”
“Omdat ze letterlijk je woonkamer binnenstappen, is hun aanpak ook meteen heel intiem en persoonlijk. Je kan geen schijn ophouden.”