Gazet van Antwerpen Stad en Rand
“De Mount Everest zegt me niet veel”
Niels Jespers (32) uit Antwerpen beklimt als derde Belg ooit 8.126 meter hoge Nanga Parbat in Pakistan
8.126 meter. Zo hoog is de Nanga Parbat, de negende hoogste berg ter wereld, die Antwerpenaar Niels Jespers eerder deze week beklom. De berg draagt de naam Killer Mountain, vanwege de vele doden die er vorige eeuw vielen. “De Alpen kunnen veel gevaarlijker zijn”, sust Jespers.
“Eerst wil ik twee dingen kwijt”, begint Niels, sinds vrijdagochtend terug in het land nadat hij maandagochtend nog op de top had gestaan. “De mensen hebben er geen goed beeld van, maar Pakistan is een prachtige bestemming. Het is er prachtig, de regio waar ik kwam, was veilig en heel wat mensen spreken goed Engels.” “Daarnaast moet ik ook mijn baas bedanken. Ik ben drie dagen te laat terug thuis”, erkent hij. Al van jongs af klautert Niels – oorspronkelijk afkomstig uit Meerle (Hoogstraten) – overal op en beroepsmatig leidt hij bij de organisatie Rising You vluchtelingen op om bijvoorbeeld in hoogspanningsmasten te werken.
Sinds februari heeft hij evenwel fors getraind voor een nieuwe grote uitdaging, na de 7.010 meter hoge Khan Tengri in Kirgizië: nog 1,1 kilometer hoger op de Nanga Parbat.
Thuis sliep hij zes weken in een zuurstofarme tent, alsof hij al op 4.000 meter verbleef. Hij roeide ook met een soortgelijk masker. Ook ging hij geregeld urenlang trappenlopen in de Antwerpse Silvertopblokken, met een 18 kilogram zware rugzak, om te oefenen op de vele hoogtemeters die hem te wachten stonden.
Weer veelal spelbreker
Op 15 mei was het dan zo ver. Hij vloog naar de Pakistaanse hoofdstad Islamabad. Na een weekje schapen hoeden en een oefenberg van 6.000 meter trok hij op 7 juni naar het basiskamp van de koning der bergen, op 4.200 meter hoogte.
“Daar was het lang slecht weer en ook een hele tijd wachten op een groep Koreanen”, vertelt Jespers. “Uiteindelijk ben ik op 2 juli vanuit kamp 4 op 7.200 meter
aan de toppoging begonnen, met ook nog twee nachten slecht weer tussendoor. Afgelopen maandag, na een nacht klimmen met een hoofdlampje, zijn we omstreeks 10u op de top aangekomen. We bleven er een uur, een geweldige ervaring”, klinkt het.
Daarna volgde een snelle afdaling en donderdagavond stond hij op de luchthaven, om vrijdagochtend om 8u in Zaventem te landen. Net op tijd, want hij heeft net 59 dagen van zijn visum voor 60 dagen opgebruikt. Waarom precies deze berg? “Klimmaten van vroeger noemden me, vermoedelijk door mijn lengte, Nanga Parbat, en ook via Pakistaanse jongeren op het werk
kwam de interesse er. En ondanks de prijs – zo’n 10.000 euro – is een expeditie daar nog een pak goedkoper dan bijvoorbeeld in Nepal.”
Zijden draadje
Moeilijk waren het wachten en de eenzaamheid. “Het trotst ben ik op mijn mentale buffer die ik heb vergroot. Op dit soort expedities moet je heel wat praktische zaken weten te regelen, zoals gasbusjes die op kunnen raken, of partners die maar moeilijk vooruit raken. Ik heb vijf of zes momenten gehad waarop de expeditie mentaal aan een zijden draadje hing, maar nu de klim geslaagd is, geniet ik er des te meer van.” Wil hij nog hoger? “Goh, ik wil het overwegen. Misschien de K2 nog, omdat die technisch uitdagend is. Maar de Mount Everest zegt me niet zo veel.”
Niels Jespers Bergbeklimmer
“Ik liep geregeld de trappen van de Silvertopblokken op en af met een zware rugzak.”