Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Fanny en Marcel verrijzen uit de inkt in gloednieuwe luxeloft in Brasschaat
De Kiekeboes hebben samen met hun geestelijke vader Merho een nieuwe stek gevonden. Ze verhuisden zopas van een riante villa in Zoersel naar een luxueuze loft in het residentiële Brasschaat. “Onze villa in Zoersel werd te groot voor mijn vrouw en mij”, klinkt het.
Ze zien er minstens tien jaar jonger uit, Rob Merhottein (70) en zijn vrouw Ria Smits (66). Ze hebben altijd graag in Halle-Zoersel gewoond, waar ze in een villa in de buurt van het park van Halle woonden. Nu ze de stap zetten om naar Brasschaat te verhuizen, kijken ze met weemoed terug op de mooie Zoerselse jaren.
“Na 24 jaar in Zoersel wilden we compacter en comfortabeler gaan wonen. Onze woning met de grote tuin onderhouden begon een last te worden. Mijn eerste idee was om ons in het centrum van Antwerpen te vestigen, waar we zouden kunnen genieten van het bruisende culturele leven. Maar Ria zag dat niet zitten, omdat ze houdt van een groene omgeving. Zo kwam Brasschaat uit de bus, een groene gemeente met alle faciliteiten van een stad: veel winkels en een bloeiende horeca”, zegt Merhottein.
Er moest een plek worden gevonden voor zowel hun privégedeelte als voor de tekenstudio, én plaats voor een archief met materiaal van veertig jaar De Kiekeboes. Gelukkig maakte Ria toevallig kennis met een bouwproject rond het Pendennis Castle in het centrum van Brasschaat. In 1971 logeerden Paul en Linda McCartney er in het toenmalige hotel, in de periode van het optreden van The Wings in Antwerpen.
De succesvolle tekenaar en bedenker van De Kiekeboes woonde de eerste tien jaar van zijn leven in de Antwerpse wijk Seefhoek. Daar lagen ook de roots van zijn leermeester Willy Vandersteen en diens opvolger Paul Geerts. Een goede voedingsbodem voor striptalent, zo blijkt.
Het grootste deel van zijn jeugd bracht Merhottein in Merksem door. “Het was toen een toffe gemeente met een rijk sociaal leven. Nu ken ik mijn dorp van vroeger haast niet meer terug.”
Mooie herinneringen
In 1979 kwam Merho’s eerste Kiekeboe-album De Wollebollen uit. De eerste drie verhalen tekende hij in Merksem. “Toen onze dochter Ine werd geboren, bleek het appartement te klein. We kochten een huis in de Eugeen Verbiststraat in Schoten-Deuzeld. Daar zagen de albums 4 tot en met 62 het levenslicht. Ook aan Schoten houden we mooie herinneringen over. Zo staat er een beeldengroep van De Kiekeboes, een creatie van Luk Van Soom, bij het dienstencentrum Cogelshof.
Maar het langst woonden Rob en Ria in Halle-Zoersel: 24 jaar. Goed voor de productie van de albums 63 tot en met 152. In zijn meest recent verschenen album,
Dédé & Partner, voert Merhottein de Sint-Elisabethkerk van Zoersel op als de tot rendez-voushotel getransformeerde Maria Magdalenakerk van ‘Mestwalle’. Ook in andere albums worden vaak Zoerselse gebouwen in het verhaal geïntegreerd.
In Zoersel werd een aantal speelpleintjes vernoemd naar bekende figuren uit de De Kiekeboes-strips en werd zelfs de gemeentelijke basisschool omgedoopt tot ‘De Kiekeboes’. In 2002 werd Merho ereburger
van Zoersel en vorig jaar werd veertig jaar De Kiekeboes uitgebreid gevierd. “Ja, ik ben verwend door Zoersel.”
Rob Merhottein ‘‘Ik wou naar Antwerpen verhuizen, maar mijn vrouw zag dat niet zitten. Dus kwam Brasschaat als compromis uit de bus.’’
Geschiedenis herhaalt zich
Maar nu is aan die periode een einde gekomen. Vanop hun terras in hun Brasschaatse loft hebben Rob en Ria een mooi uitzicht over de omgeving. In hetzelfde complex bevindt zich ook de studio. Daar tekent Merho zijn verhalen en doet Ria het administratieve werk. “De geschiedenis herhaalt zich”, zegt Merho. “Onze dochter Ine kleurt nu de albums in. Voorheen deed Ria dat. Beiden gaven hun job als lerares op om voor mij te werken. Ik sta nog altijd in voor de scenario’s en de ruwe potloodtekeningen.”
De medewerkers Kristof Fagard en Thomas Du Caju werken die tekeningen in detail uit en Jos Vanspauwen zet ze in inkt. De final
touch gebeurt door Merho zelf. Rob Merhottein denkt nog niet aan ophouden, al doet hij het de jongste tijd wel rustiger aan. “Voor ons is ook de tijd aangebroken om te genieten van de nieuwe omgeving. Een voordeel is dat we met het openbaar vervoer makkelijk in Antwerpen geraken.”
Eens sinjoor, altijd sinjoor?