Gazet van Antwerpen Stad en Rand
Van frisdrank tot post-its: handelsoorlog maakt alles duurder voor Amerikanen
Bedrijven in Verenigde Staten moeten hun prijzen sterk verhogen
De handelsoorlog tussen de Verenigde Staten enerzijds en China en de Europese Unie anderzijds, wordt steeds meer voelbaar voor de gemiddelde Amerikaan. Tal van producenten van alledaagse consumentengoederen, zoals Coca-Cola en Fanta, postits of personenwagens, maakten van de publicatie van hun kwartaalresultaten gebruik om prijsverhogingen aan te kondigen.
Deze bedrijven zien zich immers geconfronteerd met duurdere grondstoffen. Door de prijs te verhogen, rekenen ze de duurdere productiekost door aan de eindgebruiker en stellen ze hun winstmarge veilig. De nieuwe taksen maken ook de uitvoer duurder, terwijl de dure dollar een bijkomend nadeel vormt.
Voor frisdrankengigant Coca-Cola bijvoorbeeld worden blikjes duurder. Het bedrijf moest begin juli de prijzen in de Verenigde Staten verhogen, nadat er taksen van 10 tot 25% kwamen op de invoer van staal en aluminium. En ook fabrikant van gezelschapsspelen Hasbro waarschuwt voor prijsverhogingen door duurdere grondstoffen. Het bedrijf onderhandelt volgens financieel directeur Deborah Thomas volop met zijn leveranciers en distributeurs. Tegen de eindejaarsperiode zou de impact voelbaar zijn.
Alarmbel
In de Amerikaanse autosector luidt men eveneens de alarmbel. De grote drie uit Detroit (General Motors, Ford en Fiat Chrysler) hebben hun verwachtingen voor dit jaar verlaagd, verwijzend naar de nieuwe taksen. GM schat de factuur van het duurdere staal en aluminium alleen al dit jaar op 1 miljard dollar. “We gaan dat moeten compenseren en onze prijzen optrekken”, aldus financieel directeur Chuck Stevens. Zakenbank Goldman Sachs becijferde dat de winsten van de vijfhonderd grootste Amerikaanse bedrijven met 15% kunnen dalen als gevolg van de handelsoorlog. Voor bedrijven die sterk afhankelijk zijn van import, dreigen er zelfs operationele risico’s.